ECLI:NL:RBDHA:2023:7984
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- B.F.Th. de Roos
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoeken om voorlopige voorzieningen in asielzaken
In de onderhavige zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in de zaken NL20.12950 en NL20.12952, waarbij verzoekers, vertegenwoordigd door hun gemachtigden, een voorlopige voorziening hebben gevraagd. De verzoekers hebben beroep ingesteld tegen besluiten van de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, die hun asielaanvragen in de verlengde procedure niet-ontvankelijk heeft verklaard. De verzoekers verzochten de voorzieningenrechter om te bepalen dat zij niet zouden worden uitgezet totdat er op hun beroepen was beslist.
De voorzieningenrechter heeft de verzoeken op 16 juli 2020 behandeld, maar heeft uiteindelijk op 25 mei 2023 in een eerdere uitspraak in de zaken NL20.12949 en NL20.12951 de beroepen van verzoekers afgehandeld. Aangezien de beroepen zijn afgedaan, zijn de verzoeken om voorlopige voorzieningen niet langer nodig. De voorzieningenrechter heeft daarom de verzoeken als kennelijk ongegrond afgewezen.
De uitspraak is gedaan door mr. B.F.Th. de Roos, in aanwezigheid van mr. A.S. Hamans, griffier. De uitspraak is openbaar gemaakt door middel van een geanonimiseerde publicatie op de website van de Rechtspraak. Tegen deze uitspraak staat geen rechtsmiddel open.