ECLI:NL:RBDHA:2023:7575

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
16 mei 2023
Publicatiedatum
26 mei 2023
Zaaknummer
C/09/646937 / JE RK 23-899
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Trajectmachtiging tot uithuisplaatsing in een gesloten accommodatie voor jeugdhulp na een spoedmachtiging

Op 16 mei 2023 heeft de kinderrechter van de Rechtbank Den Haag een beschikking gegeven in de zaak van [minderjarige01], geboren op [geboortedatum01] 2007. Deze beschikking volgde op een eerder verleende spoedmachtiging op 8 mei 2023, die het mogelijk maakte om [minderjarige01] in een gesloten accommodatie voor jeugdhulp op te nemen. De kinderrechter heeft de verzoeken van de gecertificeerde instelling beoordeeld, die om een trajectmachtiging vroeg voor de uithuisplaatsing van [minderjarige01]. De kinderrechter heeft vastgesteld dat er ernstige opgroei- en opvoedingsproblemen zijn die de ontwikkeling van [minderjarige01] ernstig belemmeren. De kinderrechter oordeelde dat het noodzakelijk is om [minderjarige01] in een gesloten accommodatie te plaatsen om te voorkomen dat hij zich aan de benodigde jeugdhulp onttrekt. De kinderrechter verleende een machtiging voor de gesloten plaatsing van [minderjarige01] van 16 mei 2023 tot maximaal 16 juli 2023, met de mogelijkheid van een eerdere overplaatsing naar een open groep bij Jeugdformaat. De beslissing is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken, met de schriftelijke uitwerking vastgesteld op 26 mei 2023.

Uitspraak

Rechtbank DEN HAAG

Kinderrechter
Team Jeugd- en Zorgrecht
Zaaksgegevens: C/09/646937 / JE RK 23-899
Datum uitspraak: 16 mei 2023

Beschikking van de kinderrechter

Trajectmachtiging tot uithuisplaatsing in een gesloten accommodatie voor jeugdhulp na een spoedmachtiging en aansluitend tot uithuisplaatsing in een accommodatie van een jeugdhulpaanbieder
in de zaak naar aanleiding van het op 8 mei 2023 ingekomen verzoekschrift van:

Stichting Jeugdbescherming west Haaglanden,

hierna te noemen: de gecertificeerde instelling,
betreffende:
- [minderjarige01] ,geboren op [geboortedatum01] 2007 te [geboorteplaats01] ,
hierna te noemen: [minderjarige01] ,
advocaat: mr. P. Drenth, gevestigd te Den Haag.
De kinderrechter merkt als belanghebbenden aan:

[de vrouw01] ,

hierna te noemen: de grootmoeder,
en
[de man01] ,hierna te noemen: de grootvader,
hierna gezamenlijk te noemen: de grootouders,
beiden wonende te [woonplaats01] .
De kinderrechter merkt als informant aan:

[de vrouw02] ,

hierna te noemen: de moeder,
wonende te [woonplaats01] .

Het procesverloop

Bij beschikking van 8 mei 2023 heeft de kinderrechter in deze rechtbank een spoedmachtiging verleend om [minderjarige01] in een gesloten accommodatie voor jeugdhulp te doen opnemen en te doen verblijven van 8 mei 2023 tot 18 mei 2023, en de behandeling van het verzoek voor het overige aangehouden tot deze zitting.
De kinderrechter heeft kennisgenomen van de stukken, waaronder thans ook:
- voornoemde beschikking 8 mei 2023;
- de instemmingsverklaring van 9 mei 2023 van een gedragswetenschapper als bedoeld in artikel 6.1.2, zesde lid, van de Jeugdwet, die de jeugdige met het oog daarop kort tevoren
heeft onderzocht (de gedragswetenschapper heeft [minderjarige01] op 8 mei 2023 telefonisch gesproken);
- het verzoekschrift met bijlagen.
Op 16 mei 2023 is de behandeling van de zaak ter zitting met gesloten deuren voortgezet. Daarbij zijn verschenen:
- de grootmoeder;
- de advocaat van [minderjarige01] ;
- [naam01] namens de gecertificeerde instelling.
[minderjarige01] is niet naar de zitting gekomen. Zijn advocaat heeft aangegeven dat hij dat niet nodig vond, omdat hij kan instemmen met het verzoek.

Feiten

De kinderrechter in deze rechtbank heeft de Raad voor Rechtsbijstand gelast een advocaat aan [minderjarige01] toe te voegen.

Verzoek

De gecertificeerde instelling verzoekt:
1. een spoedmachtiging om [minderjarige01] te doen opnemen en te doen verblijven in een gesloten accommodatie voor jeugdhulp voor de periode van 4 weken;
2. aansluitend een machtiging om [minderjarige01] te doen opnemen en te doen verblijven in een gesloten accommodatie voor jeugdhulp voor de periode van 2 maanden;
3. aansluitend een machtiging te verlenen [minderjarige01] gedurende dag en nacht uit huis te plaatsen in een accommodatie van een jeugdhulpaanbieder tot het einde van de ondertoezichtstelling.
Aan het verzoek ligt het volgende ten grondslag.
In de afgelopen maanden hebben er meerdere zorgelijke gebeurtenissen plaatsgevonden in het leven van [minderjarige01] , waar onder andere sprake was van seksueel onveilige relaties en middelengebruik. Het plan was dat [minderjarige01] zou doorstromen naar een accommodatie van Jeugdformaat maar er was tot voor kort geen plek beschikbaar. Afgelopen vrijdag is er een overleg geweest over de plaatsing en is er een akkoord gegeven. De overplaatsing van [minderjarige01] zal plaatsvinden op 31 mei 2023. Deze plek wordt als het meest passend voor [minderjarige01] ervaren en hij wil hier zelf ook heen. Het is voor hem niet wenselijk om in de tussentijd op een andere instelling of een crisisplek geplaatst te worden, omdat hij voorspelbaarheid en duidelijkheid nodig heeft. Veel veranderingen in een korte tijd vergroten het risico op een terugval in zijn gedrag. De machtiging is noodzakelijk zodat [minderjarige01] tot het moment van overplaatsing bij [verblijfplaats01] kan verblijven. Nadat [minderjarige01] is geplaatst bij de accommodatie van Jeugdformaat, kan hij aansluitend, wanneer hij oud genoeg is en voldoende vaardigheden heeft ontwikkeld, doorstromen naar begeleid wonen.
De advocaat van [minderjarige01] heeft ter zitting gesteld dat [minderjarige01] het eens is met het verzoek en hij refereert zich daarom aan het oordeel van de kinderrechter. [minderjarige01] is gebaat bij duidelijkheid over zijn verblijf en het zou niet in zijn belang zijn om, in afwachting van zijn overplaatsing naar de open groep bij Jeugdformaat, tijdelijk op een andere plek te verblijven.
De grootmoeder heeft ingestemd met het verzochte.

Beoordeling

De kinderrechter is, gelet op hetgeen uit het dossier en ter terechtzitting naar voren is gekomen, van oordeel dat sprake is van ernstige opgroei- of opvoedingsproblemen die de ontwikkeling van [minderjarige01] naar volwassenheid ernstig belemmeren. Die maken dat de opneming en het verblijf in een gesloten accommodatie voor jeugdhulp noodzakelijk zijn om te voorkomen dat [minderjarige01] zich aan de jeugdhulp die hij nodig heeft onttrekt of daaraan door anderen wordt onttrokken. Aansluitend is een plaatsing in een accommodatie noodzakelijk.
Daartoe overweegt de kinderrechter het volgende. [minderjarige01] heeft in de afgelopen weken positieve stappen gemaakt om zijn overplaatsing naar de open groep van Jeugdformaat goed te laten verlopen. Gezien de zorgen om het middelengebruik, de emotieregulatie en de seksuele ontwikkeling van [minderjarige01] , is het nodig dat de overplaatsing meteen aansluit bij zijn huidige plaatsing. Het is niet wenselijk dat [minderjarige01] de overbruggingsperiode tot de overplaatsing doorbrengt in een open setting of bij een andere accommodatie. [minderjarige01] is gebaat bij stabiliteit en duidelijkheid en een korte overplaatsing zou bij hem voor een terugval in zijn gedrag kunnen zorgen. De kinderrechter constateert dat het een positieve ontwikkeling is dat er nu dan toch echt een plek voor [minderjarige01] is vrijgekomen bij de open groep van Jeugformaat en dat hij vanuit daar kan toewerken naar begeleid wonen.
De kinderrechter benadrukt dat de gesloten plaatsing
maximaaltwee maanden, tot 16 juli 2023, zal mogen duren en gaat ervan uit dat [minderjarige01] eerder al, mogelijk per 31 mei 2023, op een open groep kan worden geplaatst.
Daarom zal als volgt worden beslist.

Beslissing

De kinderrechter:
verleent een machtiging om [minderjarige01] te doen opnemen en te doen verblijven in een gesloten accommodatie voor jeugdhulp, zoals bedoeld in artikel 6.1.2, eerste lid, van de Jeugdwet, van 16 mei 2023 tot maximaal 16 juli 2023;
en verleent na afloop van de gesloten plaatsing een machtiging om [minderjarige01] gedurende dag en nacht uit huis te plaatsen in een accommodatie van een jeugdhulpaanbieder tot 12 oktober 2023, zijnde de duur van de ondertoezichtstelling;
bepaalt dat de machtiging gesloten jeugdhulp vervalt met ingang van de datum dat van de reguliere machtiging gebruik wordt gemaakt;
verklaart deze beslissing uitvoerbaar bij voorraad.
Deze beschikking is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken op 16 mei 2023 door mr. A.M.A. Keulen, kinderrechter, in tegenwoordigheid van M. van Leeuwen als griffier.
De schriftelijke uitwerking van deze beschikking is vastgesteld op 26 mei 2023.
Hoger beroep tegen deze beschikking kan worden ingesteld:
- door de verzoeker en de belanghebbende(n) aan wie een afschrift van de beschikking is verstrekt of verzonden, binnen drie maanden na de dag van de uitspraak,
- door andere belanghebbenden binnen drie maanden na de betekening daarvan of nadat de beschikking aan hen op een andere wijze bekend is geworden.
Het hoger beroep moet, door tussenkomst van een advocaat, worden ingediend bij de griffie van
het gerechtshof Den Haag.