ECLI:NL:RBDHA:2023:7555

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
26 mei 2023
Publicatiedatum
26 mei 2023
Zaaknummer
NL23.6544
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Vreemdelingenrecht
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek om voorlopige voorziening in asielzaak

Op 26 mei 2023 heeft de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in de zaak met zaaknummer NL23.6544, waarin verzoekster, vertegenwoordigd door haar gemachtigde, een verzoek om een voorlopige voorziening heeft ingediend. Dit verzoek volgde op een eerder besluit van de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, dat op 3 maart 2023 was genomen, waarin de aanvraag van verzoekster voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd als kennelijk ongegrond werd afgewezen. Verzoekster heeft hiertegen beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening.

De voorzieningenrechter heeft het verzoek op 21 maart 2023 behandeld, samen met een andere zaak (NL23.6543). Tijdens de zitting was verzoekster aanwezig, bijgestaan door haar gemachtigde, terwijl de verweerder werd vertegenwoordigd door zijn gemachtigde. In de uitspraak van dezelfde datum in de andere zaak is door de rechtbank al een beslissing genomen op het beroep van verzoekster, waardoor de noodzaak voor een voorlopige voorziening kwam te vervallen.

De voorzieningenrechter heeft daarom het verzoek om voorlopige voorziening afgewezen. Tevens is er geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan door mr. T.A. Oudenaarden, in aanwezigheid van mr. M.J.C. ten Hoopen als griffier, en is openbaar gemaakt via een geanonimiseerde publicatie op rechtspraak.nl. Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Groningen
Bestuursrecht
zaaknummer: NL23.6544

uitspraak van de voorzieningenrechter in de zaak tussen

[naam] , verzoekster

V-nummer: [V-nummer]
(gemachtigde: mr. M. Rasul),
en

de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder

(gemachtigde: mr. G.J. Westendorp).

Procesverloop

Bij besluit van 3 maart 2023 (het bestreden besluit) heeft verweerder de aanvraag van verzoekster tot het verlenen van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd afgewezen als kennelijk ongegrond.
Verzoekster heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld. Zij heeft verder de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen.
De voorzieningenrechter heeft het verzoek, tezamen met de zaak NL23.6543, op 21 maart 2023 op zitting behandeld. Verzoekster is verschenen, bijgestaan door haar gemachtigde. Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde.

Overwegingen

Bij uitspraak van vandaag, zaaknummer NL23.6543, heeft de rechtbank uitspraak gedaan op het beroep. Een voorlopige voorziening is daarom niet meer nodig. De voorzieningenrechter wijst het verzoek om die reden af.
Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af.
Deze uitspraak is gedaan door mr. T.A. Oudenaarden, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr. M.J.C. ten Hoopen, griffier, en openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op rechtspraak.nl.
De uitspraak is bekendgemaakt op:
Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.