ECLI:NL:RBDHA:2023:7414
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijk verklaring van asielaanvraag en beoordeling van gezondheidsredenen
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 4 mei 2023 uitspraak gedaan in een asielzaak waarbij de eiser, een Jemenitische vreemdeling, zijn aanvraag om een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd niet-ontvankelijk verklaard zag. De eiser had op 19 januari 2023 asiel aangevraagd, maar de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder, heeft deze aanvraag afgewezen op basis van het feit dat de eiser internationale bescherming geniet in Spanje. De rechtbank heeft de zaak behandeld, maar eiser en zijn gemachtigde zijn niet verschenen. Verweerder was wel vertegenwoordigd door zijn gemachtigde.
De rechtbank heeft in haar overwegingen vastgesteld dat de verweerder niet ambtshalve hoeft te beoordelen of de vreemdeling in aanmerking komt voor uitstel van vertrek vanwege gezondheidsredenen bij een niet-ontvankelijk verklaring van een asielaanvraag. Eiser had de mogelijkheid om zelf een aanvraag te doen voor uitstel van vertrek, waarbij verweerder dan kan beoordelen of de gezondheidstoestand van eiser het verantwoord maakt om naar Spanje te reizen. Eiser heeft aangevoerd dat hij gewond is geraakt door een raketinslag en dat hij een nierafwijking heeft, maar de rechtbank oordeelde dat de mogelijkheid om medische documenten te verzamelen via een nieuwe aanvraag niet in strijd is met het recht.
De rechtbank heeft het beroep van eiser ongegrond verklaard en het verzoek om een voorlopige voorziening afgewezen. Tevens is eiser geen proceskostenvergoeding toegekend. De uitspraak is openbaar gemaakt en partijen zijn gewezen op de mogelijkheid om binnen één week hoger beroep in te stellen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.