Uitspraak
Rechtbank den haag
1.De procedure
2.De feiten
“I, undersigned, hereby express my interest in being transferred tot the Kingdom of the Netherlands, based on the Convention on the Transfer of Sentenced Persons.”
“I […] hereby declare that I agree to be transferred to the Kingdom of the Netherlands […] The sentence after being transferred to the Kingdom of the Netherlands shall be carried out under the laws of the Kingdom of the Netherlands […]”
3.Het geschil
4.De beoordeling van het geschil
met de overbrengingheeft ingestemd.
instemt. Dat is naar het oordeel van de voorzieningenrechter een conclusie waartoe de Minister in redelijkheid heeft kunnen komen, niet alleen op basis van de tekst daarvan, maar ook omdat niets in het latere proces erop wijst dat [eiser] zijn interesse heeft laten varen. Integendeel, daaruit kan juist worden afgeleid dat [eiser] vrijwillig met de overbrenging heeft ingestemd en zich volledig bewust was van de daaruit voortvloeiende rechtsgevolgen. Daarover wordt nog het volgende overwogen.
Japan, als ‘sentencing State’, zich ervan moeten vergewissen dat [eiser] vrijwillig met de overbrenging heeft ingestemd en zich volledig bewust was van de daaruit voortvloeiende rechtsgevolgen. De Minister is er bij zijn beslissing kennelijk van uitgegaan dat Japan deze taak naar behoren heeft verricht en dat heeft de Minister naar het oordeel van de voorzieningenrechter ook in redelijkheid kunnen aannemen. Hij heeft de Japanse autoriteiten immers bij brief van 22 maart 2022 verzocht om aan [eiser] de bij die brief gevoegde bijlages in de Nederlandse en Engelse taal uit te reiken, waarin een nadere toelichting is verstrekt omtrent de voortgezette tenuitvoerlegging van de straf in Nederland. De Minister heeft ook kennis genomen van de brief van 16 november 2022 van de Japanse autoriteiten, waarin is vermeld dat bij die brief is gevoegd een stuk waaruit blijkt dat [eiser] met zoveel woorden instemt met de overbrenging naar Nederland.