Uitspraak
Rechtbank DEN HAAG
Beschikking van de Meervoudige Kamer
[de man01] ,
[de vrouw01] ,
[minderjarige01], geboren op [geboortedatum01] 2019 te [geboorteplaats01] ,
[minderjarige02], geboren op [geboortedatum02] 2020 te [geboorteplaats02] ,
[naam01] ,
Het procesverloop
- de beschikking van 21 maart 2023;
- de schriftelijke rapportage van 5 april 2023;
- het verzoekschrift met bijlagen van 7 april 2023;
- de factuur van het Nederlands Instituut voor Forensische Psychiatrie en Psychologie (hierna: NIFP) van 16 december 2022;
- de rapporten van het forensisch psychologisch onderzoek van de moeder, de vader, [minderjarige01] en [minderjarige02] van 21 december 2022, ingekomen ter griffie op 30 december 2022 (hierna: de NIFP-rapporten);
- het advies van de Raad voor de Kinderbescherming als bedoeld in artikel 1:265j, derde lid, van het Burgerlijk Wetboek ten aanzien van [minderjarige01] .
- de moeder, bijgestaan door haar advocaat en ondersteund door [naam02] , tolk in de Nederlandse gebarentaal;
- de gezinshuismoeder;
- [naam03] , [naam04] en [naam05] , namens de gecertificeerde instelling;
- de gastouders van [minderjarige02] als informanten.
Feiten
- De vader en de moeder hebben een geregistreerd partnerschap.
- De vader en de moeder zijn gezamenlijk belast met het ouderlijk gezag.
- [minderjarige01] verblijft feitelijk in een gezinshuis. [minderjarige02] verblijft feitelijk bij de moeder.