ECLI:NL:RBDHA:2023:6441
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid beroep wegens ontbreken ingebrekestelling in bestuursrechtelijke procedure
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 23 januari 2023 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure, waarbij eiser een beroep heeft ingesteld tegen het niet tijdig beslissen door het college van burgemeester en wethouders van Den Haag. Eiser had op 24 februari 2022 beroep ingesteld, omdat hij meende dat er niet tijdig was beslist op zijn aanvraag van 26 november 2021. De rechtbank heeft overwogen dat eiser geen ingebrekestelling heeft verstuurd, wat een vereiste is voordat beroep kan worden ingesteld. Volgens de Algemene wet bestuursrecht (Awb) moet een betrokkene het bestuursorgaan per brief laten weten dat er binnen twee weken alsnog een beslissing moet komen. Eiser had wel een ingebrekestelling gestuurd, maar deze had betrekking op andere aanvragen en niet op de aanvraag van 26 november 2021. Hierdoor concludeert de rechtbank dat het beroep niet-ontvankelijk is, omdat eiser niet aan de vereisten heeft voldaan. De rechtbank heeft ook overwogen dat, zelfs als de ingebrekestelling als geldig zou worden beschouwd, eiser niet binnen de vereiste termijn van 14 dagen beroep heeft ingesteld. De rechtbank heeft besloten het beroep niet-ontvankelijk te verklaren en er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gedaan en een afschrift is verzonden aan de betrokken partijen.