ECLI:NL:RBDHA:2023:5641
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Weigering omgevingsvergunning voor lozing percolaatwater door Groenrecycling Goeree-Overflakkee B.V.
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 19 april 2023 uitspraak gedaan in een geschil tussen Groenrecycling Goeree-Overflakkee B.V. en het college van gedeputeerde staten van de provincie Zuid-Holland. De zaak betreft de aanvraag van Groenrecycling voor een omgevingsvergunning voor het lozen van percolaatwater, dat afkomstig is van het composteren van groenafval, op het persriool. De rechtbank heeft eerder op 1 maart 2021 een tussenuitspraak gedaan waarin werd vastgesteld dat het besluit van 4 november 2019 een motiveringsgebrek vertoonde. De rechtbank had verweerder de gelegenheid gegeven om dit gebrek te herstellen binnen een termijn van vierentwintig weken. Verweerder heeft op 23 september 2021 een herstelbesluit genomen, maar Groenrecycling heeft hiertegen beroep ingesteld.
De rechtbank heeft in de einduitspraak geoordeeld dat het beroep van Groenrecycling tegen het herstelbesluit ongegrond is. De rechtbank concludeert dat verweerder het motiveringsgebrek in het herstelbesluit heeft hersteld. De rechtbank heeft vastgesteld dat de omgevingsvergunning is geweigerd op grond van artikel 2.14, derde lid, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo), in het belang van de bescherming van het milieu. De rechtbank heeft daarbij de adviezen van het waterschap Hollandse Delta en de gemeente Goeree-Overflakkee in aanmerking genomen, die stelden dat de lozing van percolaatwater negatieve gevolgen zou hebben voor de werking van de rioolwaterzuiveringsinstallaties en de kwaliteit van het oppervlaktewater.
De rechtbank heeft het beroep van Groenrecycling voor zover gericht tegen het bestreden besluit niet-ontvankelijk verklaard, omdat het bestreden besluit inmiddels was vervangen door het herstelbesluit. De rechtbank heeft verweerder wel veroordeeld tot vergoeding van de proceskosten van Groenrecycling, die zijn vastgesteld op € 1.674,-. De uitspraak is openbaar gedaan en een afschrift is verzonden aan de betrokken partijen.