ECLI:NL:RBDHA:2023:5522

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
19 april 2023
Publicatiedatum
19 april 2023
Zaaknummer
09/256125-22
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Oplegging van gevangenisstraf voor meerdere bedrijfsinbraken in Den Haag, Delft en Leiden

Op 19 april 2023 heeft de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die betrokken was bij vijftien bedrijfsinbraken in de regio Den Haag, Delft en Leiden. De verdachte, geboren op [geboortedag 1] 1986, was op het moment van de zitting gedetineerd in de penitentiaire inrichting Ter Apel. De rechtbank heeft het onderzoek gehouden op de terechtzittingen van 20 januari 2023 en 5 april 2023. Tijdens deze zittingen zijn de vordering van de officier van justitie en de verdediging van de verdachte besproken. De officier van justitie, mr. A. Baas, heeft gevorderd tot een gevangenisstraf van vier jaar, terwijl de verdediging pleitte voor een deels voorwaardelijke straf.

De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan meerdere inbraken, waarbij hij samen met anderen of alleen waardevolle goederen heeft weggenomen. De rechtbank heeft de verdachte vrijgesproken van enkele ten laste gelegde feiten, maar heeft de overige feiten bewezen verklaard. De rechtbank heeft daarbij rekening gehouden met de ernst van de feiten, de persoonlijke omstandigheden van de verdachte en zijn strafblad, waaruit bleek dat hij eerder was veroordeeld voor vergelijkbare delicten.

Uiteindelijk heeft de rechtbank de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van vier jaar, met aftrek van de tijd die hij in voorarrest heeft doorgebracht. Daarnaast zijn er vorderingen van benadeelde partijen behandeld, waarbij de rechtbank heeft besloten tot gedeeltelijke toewijzing van schadevergoedingen. De rechtbank heeft ook de verbeurdverklaring van een in beslag genomen telefoon uitgesproken, terwijl een andere telefoon aan de verdachte werd teruggegeven. De uitspraak is gedaan in het openbaar en is vastgelegd door de griffier.

Uitspraak

Rechtbank DEN HAAG

Strafrecht
Meervoudige kamer
Parketnummer: 09/256125-22
Datum uitspraak: 19 april 2023
Tegenspraak
De rechtbank Den Haag heeft op de grondslag van de tenlastelegging en naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting het navolgende vonnis gewezen in de zaak van de officier van justitie tegen de verdachte:
[verdachte],
geboren op [geboortedag 1] 1986 in [geboorteplaats] ,
op dit moment gedetineerd in de penitentiaire inrichting Ter Apel.

1.Het onderzoek ter terechtzitting

Het onderzoek is gehouden op de terechtzittingen van 20 januari 2023 (pro forma) en 5 april 2023 (inhoudelijke behandeling).
De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering van de officier van justitie, mr. A. Baas, en van hetgeen door de verdachte en zijn raadsvrouw, mr. S. Marjanovic, naar voren is gebracht.

2.De tenlastelegging

Aan de verdachte is ten laste gelegd hetgeen is vermeld in de dagvaarding, die is gewijzigd op de terechtzitting van 5 april 2022. De tekst van de gewijzigde tenlastelegging is als bijlage I aan dit vonnis gehecht.

3.De bewijsbeslissing

3.1.
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gerekwireerd tot partiële vrijspraak van het onder feit 1, zaak 15 en 16 ten laste gelegde en tot bewezenverklaring van de andere ten laste gelegde feiten.
3.2.
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft vrijspraak van het onder 1, zaak 15 en 16 en het onder 2, 3, 4 en 5 ten laste gelegde bepleit en heeft zich met betrekking tot de onder 1, zaak 1 en 2 en het onder 6 ten laste gelegde gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank.
3.3.
Vrijspraak
Vrijspraak van het onder feit 1, zaak 15 en 16 ten laste gelegde
De rechtbank is, met de officier van justitie en de raadsvrouw, van oordeel dat de zaken 15 en 16 die onder feit 1 ten laste zijn gelegd niet wettig en overtuigend kunnen worden bewezen. De rechtbank zal de verdachte daarom vrijspreken van dit deel van de tenlastelegging.
Vrijspraak van het onder feit 2, zaak 6 ten laste gelegde
Volgens de aangifte van [naam 1] heeft in het weekend van zaterdag 6 november op zondag 7 november 2021 een inbraak plaatsgevonden bij [naam 3] ). Uit het dossier blijkt dat in de nacht van vrijdag 5 op zaterdag 6 november 2021 is ingebroken in het bedrijfspand waarin ook [naam 3] is gevestigd. In dit bedrijfspand zijn elders een telefoon (toebehorend aan verdachte) en een schroevendraaier met daarop DNA van de verdachte aangetroffen. De rechtbank acht dit echter onvoldoende om te komen tot een bewezenverklaring van de bij [naam 3] gepleegde inbraak mede gelet op de mogelijkheid dat de inbraak bij [naam 3] op een later tijdstip heeft plaatsgevonden.
3.4.
Gebruikte bewijsmiddelen
De rechtbank heeft hierna in bijlage II opgenomen de wettige bewijsmiddelen met de voor de bewezenverklaring redengevende feiten en omstandigheden.
3.5.
Nadere bewijsoverwegingen
Ten aanzien van feit 2, zaak 5
In de nacht van 5 op 6 november 2021 heeft een inbraak plaatsgevonden bij het bedrijf [naam 4] . gevestigd in het verzamelkantoorpand aan de [adres 2] te ‘s-Gravenhage.
Op 06 november 2021 werd op de grond op de tweede etage van het gebouw waar was ingebroken een mobiele telefoon aangetroffen en inbeslaggenomen. Onderzoek aan deze telefoon leverde gebruikersgegevens op (Facebook en Hotmail), waarover de verdachte heeft verklaard dat deze aan hem toebehoren. Op de begane grond werd voorts een door de daders achtergelaten schroevendraaier aangetroffen met daarop DNA van de verdachte (DNA-mengprofiel; matchkans één op één miljard). De rechtbank houdt het ervoor dat de aangetroffen telefoon toebehoort aan de verdachte en acht op grond van voornoemde bewijsmiddelen bewezen dat hij de onder feit 2, zaak 5 ten laste gelegde inbraak heeft gepleegd.
Ten aanzien van feit 3
De raadsvrouw heeft aangevoerd dat de verdachte van dit feit dient te worden vrijgesproken, omdat verdachte alleen herkend is op de camerabeelden bij de in- en uitgang op de begane grond van het verzamelgebouw.
De rechtbank gaat hier niet in mee en is van oordeel dat op grond van de herkenning van verdachte op de camerabeelden, het tijdsbestek waarin hij en zijn mededader in het pand zijn geweest (er zitten zo’n 20 minuten tussen het moment van binnenkomst en het moment van verlaten van het pand), alsmede het aantreffen van DNA van de verdachte op een propje papier, geplaatst in de opening van de schootvanger van het slot van de eerste toegangsdeur, wettig en overtuigend is bewezen dat verdachte deze inbraken heeft medegepleegd. Hierbij is in aanmerking genomen dat uit de camerabeelden niet is gebleken dat er die nacht andere personen het pand hebben betreden.
Ten aanzien van feit 5
De verdediging heeft verweer gevoerd ten aanzien van de herkenning.
De rechtbank stelt voorop dat volgens vaste jurisprudentie behoedzaam dient te worden omgegaan met herkenningen aan de hand van beelden en/of foto’s en de bewijskracht daarvan. Dit geldt temeer wanneer de herkenning het voornaamste of enige bewijsmiddel vormt. Bij de beoordeling van het bewijs is van doorslaggevend belang of deze herkenningen c.q. conclusies voldoende betrouwbaar zijn om daadwerkelijk tot een bewezenverklaring te kunnen komen.
Voor de beoordeling van de betrouwbaarheid van een herkenning aan de hand van camerabeelden en/of afbeeldingen is onder meer van belang in hoeverre op deze beelden voldoende duidelijke, specifieke en onderscheidende persoonskenmerken zichtbaar zijn. Of hiervan sprake is, hangt af van de kwaliteit van de afbeeldingen, evenals de mate van zichtbaarheid van persoonskenmerken op die afbeeldingen. Daarnaast is ook van belang onder welke omstandigheden en met welke frequentie de waarnemer de door hem herkende persoon eerder heeft gezien en hoe de herkenning tot stand is gekomen.
De rechtbank is van oordeel dat de afbeeldingen van voldoende kwaliteit zijn om een herkenning op te kunnen baseren. De verbalisant die de verdachte stellig en zonder voorbehoud heeft herkend, kent hem ambtshalve van meerdere verhoren en heeft beschreven dat de verdachte op de beelden op meerdere momenten duidelijk zichtbaar is. Hierbij waren zijn gezicht, zijn postuur en manier van bewegen meerdere malen goed waar te nemen, aldus de verbalisant. Gelet op het voorgaande geeft het door de raadsvrouw gevoerde verweer geen aanleiding om aan de betrouwbaarheid van de herkenning te twijfelen.
3.6.
De bewezenverklaring
De rechtbank verklaart ten laste van de verdachte bewezen dat:
1.
hij op
25 september2021 te 's-Gravenhage, tezamen en in vereniging met een ander meermalen, in elk geval eenmaal, (telkens) met het oogmerk van wederrechtelijke
toe-eigeninguit een bedrijfspand gelegen aan de [adres 1] ,
door middel van braakde hierna te noemen goederen, toebehorende aan de hierna te noemen rechthebbenden
heeft weggenomen, en wel:
- een Iphone en laptops en Ipad's, toebehorende aan het bedrijf [naam 6] en;
-
meerderelaptops en cadeaubonnen en een bluetooth speaker en toetsenborden met muis, toebehorende aan [naam 5] .
2.
hij in de periode van 5 november 2021 tot en met
6november 2021 te ’s-Gravenhage met het oogmerk van wederrechtelijke
toe-eigeninguit een bedrijfspand gelegen aan de [adres 2] , door middel van braak
meerderelaptops, toebehorende aan [naam 4] ., heeft weggenomen.
3.
hij op 2 augustus 2022 te 's-Gravenhage, tezamen en in vereniging met een ander, met het oogmerk van wederrechtelijke
toe-eigeninguit een bedrijfspand gelegen aan de [adres 3]
door middel van braakde hierna te noemen goederen, toebehorende aan de hierna te noemen rechthebbenden
heeft weggenomen, en wel:
- een laptop, toebehorende aan [naam 7] en;
- een tas en een camera met bijbehorende microfoon, toebehorende aan [naam 8] en;
-
meerderelaptops en
eenplaystation met accessoires, toebehorende aan [naam 9] .
4.
hij in de periode van
24oktober 2021 tot en met 31 oktober 2021 te Leiden, meermalen, telkens met het oogmerk van wederrechtelijke
toe-eigeninguit een bedrijfspand gelegen aan de [adres 4]
door middel van braakde hierna te noemen goederen en geld, toebehorende aan de hierna te noemen rechthebbenden,
heeft weggenomen, en wel:
-
meerdere laptopsen een telefoon en een bankpas en een creditcard, toebehorende aan [naam 10] en;
- een bankpas, toebehorende aan [naam 11] en;
-
meerderefotocamera's en een geldkistje, geheel toebehorende aan [naam 12] en;
- een mobiele telefoon en
simkaartenen creditcards en een plastic tasje met geld (ongeveer 700 euro) en diverse kledingstukken en een briefopener, toebehorende aan [naam 13] en;
-
meerderefotocamera's en fotoapparatuur
enfotolenzen, toebehorende aan [naam 12] .
5.
hij
op 6 augustus 2022te 's-Gravenhage, tezamen en in vereniging met een ander, met het oogmerk van wederrechtelijke
toe-eigeninguit een bedrijfspand gelegen aan het [adres 5] ,
door middel van braakde hierna te noemen goederen en geld, toebehorende aan de hierna te noemen rechthebbenden
heeft weggenomen,en wel:
-
meerdere laptopsen een tas en geld (500 euro) en een paspoort, toebehorende aan [naam 14] en;
- een tas en geld (500 euro) en een computer en een paspoort, toebehorende aan [naam 15] en;
- een mobiele telefoon, toebehorende aan [naam 16] .
6.
hij
op5 juli 2022 te Delft, tezamen en in vereniging met een ander uit een bedrijfspand gelegen aan de [adres 6] ,
meerderelaptops en docking stations en beeldschermen en webcams,
toebehorendeaan [naam 17] ., heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte en zijn mededader zich de toegang tot de plaats van het misdrijf hebben verschaft door middel van braak.
Voor zover in de tenlastelegging type- en taalfouten voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd en gecursiveerd weergegeven, zonder dat de verdachte daardoor in de verdediging is geschaad.

4.De strafbaarheid van het bewezen verklaarde

Het bewezen verklaarde is volgens de wet strafbaar, omdat er geen feiten of omstandigheden aannemelijk zijn geworden die de strafbaarheid van de feiten uitsluiten.

5.De strafbaarheid van de verdachte

De verdachte is eveneens strafbaar, omdat er geen feiten of omstandigheden aannemelijk zijn geworden die zijn strafbaarheid uitsluiten.

6.De strafoplegging

6.1.
De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat de verdachte wordt veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 4 jaren, met aftrek van de tijd in voorarrest doorgebracht.
6.2.
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft verzocht aan de verdachte een deels voorwaardelijke straf op te leggen.
6.3.
Het oordeel van de rechtbank
Na te melden straf is in overeenstemming met de ernst van de gepleegde feiten, de omstandigheden waaronder deze zijn begaan en gegrond op de persoon en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte, zoals daarvan tijdens het onderzoek op de terechtzitting is gebleken. De rechtbank neemt hierbij in het bijzonder het volgende in aanmerking.
Ernst van de feiten
De verdachte heeft zich in een periode van ongeveer een jaar schuldig gemaakt aan vijftien bedrijfsinbraken waarbij hij diverse waardevolle goederen heeft gestolen. Een aantal van deze inbraken heeft hij samen met een ander gepleegd. Dit zijn buitengewoon vervelende feiten, welke voor de betrokken ondernemers veel schade, overlast en frustratie veroorzaken. De verdachte heeft kennelijk slechts gehandeld uit eigen financieel belang en heeft daarbij geen enkel oog gehad voor de belangen en het eigendom van anderen.
De persoon van de verdachte
Uit het strafblad van de verdachte van 20 maart 2023 blijkt dat hij eerder is veroordeeld voor vermogensdelicten, waaronder voor vijf bedrijfsinbraken op 24 december 2019. Dit weegt de rechtbank in het nadeel van de verdachte mee bij de straftoemeting.
De straf
Gelet op het voorgaande is de rechtbank van oordeel dat niet kan worden volstaan met een andere straf dan een onvoorwaardelijk gevangenisstraf. Gezien het strafblad van de verdachte ziet de rechtbank geen aanleiding voor de oplegging van een voorwaardelijk strafdeel. Bij de bepaling van de duur van die straf heeft de rechtbank aansluiting gezocht bij de landelijke oriëntatiepunten voor straftoemeting. Daarin staat als uitgangspunt voor feiten als de onderhavige bij veelvuldige recidive een gevangenisstraf van vier maanden per inbraak vermeld. Gelet op de ernst van de feiten en het strafblad van de verdachte, acht de rechtbank de door de officier van justitie geëiste straf passend en geboden en zal daarom een gevangenisstraf van 4 jaren opleggen.
Tenuitvoerlegging van de op te leggen gevangenisstraf zal volledig plaatsvinden binnen de penitentiaire inrichting, tot het moment dat aan de verdachte voorwaardelijke invrijheidstelling wordt verleend als bedoeld in artikel 6:2:10 van het Wetboek van Strafvordering.

7.De vorderingen van de benadeelde partijen en de schadevergoedingsmaatregel

[naam 7] heeft zich als benadeelde partij gevoegd in het strafproces en vordert een schadevergoeding van € 700,00 aan materiële schade.
[naam 3] heeft zich als benadeelde partij gevoegd in het strafproces en vordert een schadevergoeding van € 643,00. Dit bedrag bestaat uit € 492,00 aan materiële schade en € 151,00 aan immateriële schade.
[naam 8] heeft zich als benadeelde partij gevoegd in het strafproces en vordert een schadevergoeding van € 2.629,00 aan materiële schade.
7.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat de vordering van [naam 7] onvoldoende is onderbouwd en dat de benadeelde partij daarom niet-ontvankelijk dient te worden verklaard in de vordering.
Ten aanzien van [naam 3] heeft de officier van justitie geconcludeerd tot een gedeeltelijke toewijzing van de vordering ten aanzien van de materiële schade en tot niet-ontvankelijkverklaring van de benadeelde partij voor het overige.
Tot slot heeft de officier van justitie geconcludeerd tot volledige toewijzing van de vordering van [naam 8] , vermeerderd met de wettelijke rente en met oplegging van de schadevergoedingsmaatregel.
7.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft zich ten aanzien van de vorderingen van [naam 7] en [naam 3] primair op het standpunt gesteld dat de benadeelde partijen niet-ontvankelijk dienen te worden verklaard in hun vorderingen, gezien de door haar bepleite vrijspraak. Subsidiair heeft zij zich op het standpunt gesteld dat de machtigingen om namens de bedrijven een vordering in te dienen ontbreken en dat zij om die reden niet-ontvankelijk dienen te worden verklaard in hun vorderingen.
De raadsvrouw heeft zich ten aanzien van de vordering van [naam 8] gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank.
7.3
Het oordeel van de rechtbank
[naam 7]
De rechtbank zal de benadeelde partij niet-ontvankelijk in haar vordering verklaren nu de vordering door [naam 2] is ingediend en uit de vordering niet blijkt dat zij gemachtigd is om namens het bedrijf een vordering in te dienen. Dit brengt mee dat de benadeelde partij moet worden veroordeeld in de kosten die de verdachte tot aan deze uitspraak in verband met zijn verdediging tegen die vordering heeft moeten maken. De rechtbank begroot deze kosten tot op heden op nihil.
[naam 3]
De rechtbank zal de benadeelde partij niet-ontvankelijk verklaren in de vordering, nu de verdachte zal worden vrijgesproken ten aanzien van het ten laste gelegde waarop de vordering betrekking heeft. Dit brengt mee dat de benadeelde partij moet worden veroordeeld in de kosten die de verdachte tot aan deze uitspraak in verband met zijn verdediging tegen die vordering heeft moeten maken. De rechtbank begroot deze kosten tot op heden op nihil.
[naam 8]
De vordering is door de verdachte niet betwist en door de benadeelde partij voldoende onderbouwd. Op grond van het dossier en het onderzoek ter terechtzitting kan dan ook worden vastgesteld dat de benadeelde partij rechtstreeks schade heeft geleden door het onder 3.6. onder 3 bewezen verklaarde feit, ter grootte van het gevorderde bedrag. De rechtbank zal de vordering dan ook toewijzen tot een bedrag van € 2.629,00, bestaande uit materiële schade.
De rechtbank zal de gevorderde wettelijke rente toewijzen met ingang van 2 augustus 2022, omdat vast is komen te staan dat de schade vanaf die datum is ontstaan.
Nu de vordering wordt toegewezen, zal de verdachte worden veroordeeld in de kosten die de benadeelde partij tot aan deze uitspraak in verband met de vordering heeft gemaakt. De rechtbank begroot deze kosten tot op heden op nihil. Daarnaast wordt de verdachte veroordeeld in de kosten die de benadeelde partij voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog moet maken.
Nu de verdachte voor het bewezen verklaarde strafbare feit zal worden veroordeeld en hij jegens het slachtoffer naar burgerlijk recht aansprakelijk is voor de schade die door dit feit is toegebracht, zal de rechtbank aan de verdachte de verplichting opleggen tot betaling aan de Staat van een bedrag van € 2.629,00, vermeerderd met de wettelijke daarover vanaf 2 augustus 2022, tot aan de dag van de algehele voldoening, ten behoeve van [naam 8] .

8.De inbeslaggenomen voorwerpen

8.1.
De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat de twee in beslag genomen telefoons verbeurd zullen worden verklaard
8.2.
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft verzocht om teruggave van de onder de verdachte in beslag genomen telefoon en heeft zich ten aanzien van de in een kantoorpand in beslag genomen telefoon gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank.
8.3.
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank zal de op 6 november 2021 aan de [adres 2] in Den Haag in beslag genomen Samsung telefoon verbeurdverklaren. Dit voorwerp is voor verbeurdverklaring vatbaar, aangezien dit voorwerp aan de verdachte toebehoort en met behulp van dit voorwerp het onder 3.6. onder 2 bewezen verklaarde feit is begaan.
De rechtbank is van oordeel dat ten aanzien van de onder de verdachte in beslag genomen Samsung telefoon niet is gebleken dat de verdachte deze heeft gebruikt in de voorbereiding van of tijdens een van de bewezen verklaarde strafbaar feiten. Nu het belang van strafvordering zich daartegen niet meer verzet, zal de rechtbank de teruggave aan de verdachte gelasten van de telefoon.

9.De toepasselijke wetsartikelen

De op te leggen straffen en maatregel zijn gegrond op de artikelen 33, 33a, 36f, 47, 57 en 311 van het Wetboek van Strafrecht.
Deze voorschriften zijn toegepast, zoals zij ten tijde van het bewezen verklaarde rechtens golden dan wel ten tijde van deze uitspraak rechtens gelden.

10.De beslissing

De rechtbank:
verklaart wettig en overtuigend bewezen, dat de verdachte de onder 1 (zaken 1 en 2), 2 (zaak 5), 3, 4, 5 en 6 ten laste gelegde feiten heeft begaan, zoals hierboven onder 3.6 bewezen is verklaard en dat het bewezen verklaarde uitmaakt:
ten aanzien van feit 1:
diefstal door twee of meer verenigde personen, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van braak, meermalen gepleegd;
ten aanzien van feit 2:
diefstal, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van braak;
ten aanzien van feit 3:
diefstal door twee of meer verenigde personen, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van braak, meermalen gepleegd;
ten aanzien van feit 4:
diefstal, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van braak, meermalen gepleegd;
ten aanzien van feit 5:
diefstal door twee of meer verenigde personen, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van braak, meermalen gepleegd;
ten aanzien van feit 6:
diefstal, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van braak;
verklaart het bewezen verklaarde en de verdachte daarvoor strafbaar;
verklaart niet bewezen hetgeen aan de verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven is bewezen verklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij;
veroordeelt de verdachte tot:
een gevangenisstraf voor de duur van
4 (VIER) JAREN;
bepaalt dat de tijd door de veroordeelde vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van de hem opgelegde gevangenisstraf geheel in mindering zal worden gebracht, voor zover die tijd niet reeds op een andere straf in mindering is gebracht;
wijst de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij [naam 8] toe en veroordeelt de verdachte om tegen behoorlijk bewijs van kwijting te betalen [naam 8] een bedrag van € 2.629,00, bestaande uit materiële schade, vermeerderd met de wettelijke rente daarover vanaf 2 augustus 2021 tot de dag waarop deze vordering is betaald;
veroordeelt de verdachte in de kosten door de benadeelde partij ten behoeve van die vordering gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken, tot op heden begroot op nihil;
legt aan de verdachte de verplichting op tot betaling aan de Staat van een bedrag van
€ 2.629,00, bestaande uit materiële schade, vermeerderd met de wettelijke rente daarover vanaf 2 augustus 2021 tot de dag waarop dit bedrag is betaald, ten behoeve van [naam 8] ;
bepaalt dat als het verschuldigde bedrag niet volledig wordt betaald of kan worden verhaald, gijzeling kan worden toegepast voor de duur van 36 dagen. De toepassing van gijzeling heft de hiervoor opgelegde betalingsverplichting niet op;
bepaalt dat als de verdachte de toegewezen schadevergoeding deels of geheel aan de benadeelde partij heeft betaald, de verdachte niet verplicht is om dat deel te betalen aan de Staat en dat als de verdachte het toegewezen bedrag deels of geheel aan de Staat heeft betaald, de verdachte niet verplicht is om dat deel aan de benadeelde partij te betalen;
verklaart verbeurd de zilverkleurige Samsung telefoon;
gelast de teruggave aan de verdachte van de blauwe Samsung telefoon.
Dit vonnis is gewezen door
mr. M.T. Paulides, voorzitter,
mr. A.P. Sno, rechter,
mr. J. Herfkens, rechter,
in tegenwoordigheid van mr. C.I.J. van den Bogert, griffier,
en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank van 19 april 2023.
Bijlage I
Tekst tenlastelegging
1.
inbraken perceel [adres 1] te 's-Gravenhage, zaak 1 + zaak 2 + zaak 15 + zaak 16.
hij in of omstreeks de periode van 24 september 2021 tot en met 13 oktober 2021 te
's-Gravenhage, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, meermalen, in elk geval eenmaal, (telkens) met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening in/uit een bedrijfspand gelegen aan de [adres 1] , heeft weggenomen de hierna te noemen goederen en/of geld, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan de hierna te noemen rechthebbende(n), in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), en wel:
- op of omstreeks 25 september 2021, door middel van braak, verbreking en/of inklimming een of meer Iphone(s) en/of laptops en/of computers en/of Ipad's, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan het bedrijf [naam 6]
(zaak 1, aangifte p.9, pvb camerabeelden p.33, pvb herkenning p.40 en 44) en/of
- in of omstreeks de periode van 24 september 2021 tot en met 25 september 2021, door middel van braak, verbreking of inklimming, een of meer laptops en/of cadeaubonnen en/of een bluetooth speaker en/of toetsenborden met muis, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [naam 5]
(zaak 2, aangifte p.46 en 62, pvb camerabeelden p.33, pvb herkenning p.40 en 44) en/of
- in of omstreeks de periode van 12 oktober 2021 tot en met 13 oktober 2021, door middel van braak, verbreking of inklimming een of meer Iphones en/of computers, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [naam 18]
(zaak 15, aangifte p.240, pvb camerabeelden p.272) en/of
- in of omstreeks de periode van 12 oktober 2021 tot en met 13 oktober 2021, door middel van braak, verbreking of inklimming, een pet en/of een of meer Ipads/tablets, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [naam 19]
(zaak 16, aangifte p. 286, pvb camerabeelden p.304);
2.
Inbraken [adres 2] te ’s-Gravenhage. Zaak 5 + zaak 6
hij in of omstreeks de periode van 5 november 2021 tot en met 8 november 2021 te 's-Gravenhage, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, meermalen, in elk geval eenmaal, (telkens) met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening in/uit een bedrijfspand gelegen aan de [adres 2] , heeft weggenomen de hierna te noemen goederen en/of geld, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan de hierna te noemen rechthebbende(n), in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), en wel:
- in of omstreeks de periode van 5 november 2021 tot en met 8 november 2021, door middel van braak, verbreking en/of inklimming, een of meer laptops, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [naam 4] .
(zaak 5, aangifte p. 97, pvb aantreffen telefoon p. 68, pvb uitlezen p. 69, pvb herkenning p 71 en 75, pvb aantreffen sporen p. 76, pvb identificatie p. 84, NFI p. 86, pvb camerabeelden p. 94) en/of
- in of omstreeks de periode van 5 november 2021 tot en met 8 november 2021, door middel van braak, verbreking en/of inklimming, een of meer laptops, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [naam 3]
(zaak 6 aangifte p. 102, pvb aantreffen telefoon p. 68, pvb uitlezen p. 69, pvb herkenning p. 71 en 75, pvb aantreffen sporen p. 76, pvb identificatie p. 84, pvb camerabeelden p. 94);
3.
Inbraken perceel [adres 3] te ’s-Gravenhage.zaak 20 + zaak 21 + zaak 22
hij op of omstreeks 2 augustus 2022 te 's-Gravenhage, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, meermalen, in elk geval eenmaal, (telkens) met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening in/uit een bedrijfspand gelegen aan de [adres 3] heeft weggenomen de hierna te noemen goederen en/of geld, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan de hierna te noemen rechthebbende(n), in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), en wel:
- op of omstreeks 2 augustus 2022, door middel van braak, verbreking of inklimming, een laptop, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [naam 7]
(zaak 20, aangifte p.375, pv camerabeelden p.343, pvb herkenning p.349, NFI p. 362) en/of
- op of omstreeks 2 augustus 2022, door middel van braak, verbreking of inklimming, een tas en/of een camera met bijbehorende microfoon, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [naam 8]
(zaak 21, aangifte p.381, pv camerabeelden p.343, pvb herkenning p.349, NFI p. 362) en/of
- op of omstreeks 2 augustus 2022, door middel van braak, verbreking of inklimming, een of meer laptops en/of playstation met accessoires, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [naam 9] .
(zaak 22, aangifte p.387, pv camerabeelden p.343, pvb herkenning p.349, NFI p. 362);
4.
Inbraken perceel [adres 4] te Leiden. zaak 7 + zaak 8 + zaak 10 + zaak 11 + zaak 13
hij in of omstreeks de periode van 21 oktober 2021 tot en met 31 oktober 2021 te Leiden, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, meermalen, in elk geval eenmaal, (telkens) met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening in/uit een bedrijfspand gelegen aan de [adres 4] , heeft weggenomen de hierna te noemen goederen en/of geld, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan de hierna te noemen rechthebbende(n), in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), en wel:
- in of omstreeks de periode van 22 oktober 2021 tot en met 25 oktober 2021, door middel van braak, verbreking of inklimming, een of meer computers en/of een telefoon en/of een bankpas en/of een flesje water en/of een creditcard, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [naam 10] .
(zaak 7, aangifte p.104, pvb beelden p.113, pvb herkenning p. 130, 136 en 138, pvb sporen p. 141, NFI p.142) en/of
- in of omstreeks de periode van 21 oktober 2021 tot en met 25 oktober 2021, door middel van braak, verbreking of inklimming, een bankpas, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [naam 11]
(zaak 8, aangifte p.148, pvb beelden p.113, pvb herkenning p.130, 136 en 138, pvb sporen p.141, NFI p.142) en/of
- in of omstreeks de periode van 22 oktober 2021 tot en met 25 oktober 2021, door middel van braak, verbreking of inklimming, een of meer fotocamera's en/of een geldkistje, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [naam 12]
(zaak 10, aangifte p.153, pvb beelden p.113, pvb herkenning p.130, 136 en 138, pvb sporen p.141, NFI p.142) en/of
- in of omstreeks de periode van 22 oktober 2021 tot en met 25 oktober 2021, door middel van braak, verbreking of inklimming, een of meer mobiele telefoons en/of sim-kaarten en/of creditcards en/of een (plastic) tasje met geld (ongeveer 700 euro) en/of diverse kledingstukken en/of een briefopener, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [naam 13]
(zaak 11, aangifte p. 157, pvb beelden p.113, pvb herkenning p.130, 136 en 138, pv van bevindingen sporen p.141, NFI p.142) en/of
- in of omstreeks de periode van 29 oktober 2022 tot en met 31 oktober 2021, door middel van braak, verbreking of inklimming, een of meer fotocamera's en/of fotoapparatuur/fotolenzen, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [naam 12]
(zaak 13, aangifte p.166, pvb beelden p.113, pvb herkenning p.130, 136 en 138);
5.
Inbraken perceel [adres 5] te ’s-Gravenhage. zaak 23 + zaak 24 + zaak 25
hij in of omstreeks de periode van 5 augustus 2022 tot en met 8 augustus 2022 te
's-Gravenhage, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, meermalen, in elk geval eenmaal, (telkens) met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening in/uit een bedrijfspand gelegen aan het [adres 5] , heeft weggenomen de hierna te noemen goederen en/of geld, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan de hierna te noemen rechthebbende(n), in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), en wel:
- op of omstreeks 6 augustus 2022, door middel van braak, verbreking of inklimming, een of meer computers en/of een tas en/of geld (500 euro) en/of een paspoort, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [naam 14]
(zaak 23, aangifte p.401, pvb camerabeelden p.422) en/of
- op of omstreeks 6 augustus 2022, door middel van braak, verbreking of inklimming, een tas en/of geld (500 euro) en/of een computer en/of een paspoort, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [naam 15]
(zaak 24, aangifte p.427, pvb camerabeelden p.422, foto's p.432) en/of
- in of omstreeks de periode van 5 augustus 2022 tot en met 8 augustus 2022, door middel van braak, verbreking of inklimming, een mobiele telefoon en/of een laptop, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [naam 16]
(zaak 25, aangifte p.434, foto's p.436, pvb camerabeelden p.445);
6.
Inbraak bedrijfspand [adres 6] te Delft. Zaak 26
hij in of omstreeks de periode van 4 juli 2022 tot en met 5 juli 2022 te Delft, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, in/uit een bedrijfspand gelegen aan de [adres 6] , een of meer laptops en/of docking stations en/of beeldschermen en/of webcams, in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan [naam 17] ., in elk geval aan een ander dan verdachte en/of diens mededader(s) toebehoorde(n) heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte en/of zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft/hebben verschaft en/of die weg te nemen laptops en/of docking stations en/of beeldschermen en/of webcams onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van braak, verbreking of inklimming;”
(Zaak 26, aangifte p.458, pvb camerabeelden p.462, pvb herkenning p.481 en 485).
Bijlage II
De bewijsmiddelen
Wanneer hierna wordt verwezen naar een proces-verbaal, wordt - tenzij anders vermeld - bedoeld een ambtsedig proces-verbaal, opgemaakt in de wettelijke vorm door (een) daartoe bevoegde opsporingsambtena(a)r(en). Wanneer hierna wordt verwezen naar dossierpagina’s, betreft dit de pagina’s van het proces-verbaal met het nummer PL1500- [nummer 1] , van de politie eenheid Den Haag, district Den Haag-Zuid, basisteam Laak, met bijlagen (doorgenummerd pagina 1 t/m 805).
Ten aanzien van feit 1:
1. Het proces-verbaal van aangifte door [naam 20] , opgemaakt op 25 september 2021, voor zover inhoudende (p. 9-11):
Ik ben directeur van het bedrijf [naam 6] aan de [adres 1] in Den Haag. Op 24 september 2021 omstreeks 17:15 uur heb ik de bedrijfsruimte afgesloten. Op 25 september 2021, omstreeks 14.00 uur, werd ik gebeld dat er ingebroken was in mijn bedrijfsruimte. Omstreeks 14.50 uur kwam ik ter plaatse. Ik zag dat de toegangsdeur van mijn bedrijfsruimte opengebroken was. Ik zag dat er verschillende ‘moeten’ aan de zijkant van de deur zaten. Ik zag dat het slot vernield was. Ik zag meerdere houtsplinters op de grond. Ik ben samen met de politie de bedrijfsruimte ingelopen en ik zag dat er meerdere kasten en lades open stonden.
Voor de tweede toegangsdeur van mijn bedrijfsruimte, op de vijfde etage, hangt een Ring camera. Ik zag op de camerabeelden dat op 25 september 2021, om 03.39 uur, twee mannen, door de eerste toegangsdeur van mijn bedrijfsruimte liepen. Ik zag dat de twee mannen vervolgens naar de tweede toegangsdeur liepen. Ik zag dat de mannen de bedrijfsruimte verlieten, waarbij man 2 een grote blauwe tas vasthield en meenam. Ik zag dat de tas er zwaar uitzag en dat man 2 de tas met beide handen moest vasthouden. Naar mijn weten, is weggenomen:
- lx Laptop, merk Lenovo, kleur zwart.
- 2x Macbooks, merk Apple, kleur zilver.
- 1x Ipad pro, merk Apple, kleur zilver.
- lx Ipad, merk Apple, kleur zilver.
- lx Laptop, merk Lenovo, kleur zwart.
- 1x Macbook, merk Apple, kleur zilver.
- lx Iphone, merk Apple, kleur zwart, type 7.
- lx laptop, merk Lenovo, kleur zwart.
2. Het proces-verbaal van aangifte door [naam 21] , opgemaakt op 25 september 2021, voor zover inhoudende (p. 40):
Ik ben werkzaam als office manager bij [naam 5] , gevestigd in het bedrijfspand aan de [adres 1] in Den Haag. Op 24 september 2021 te 17:30 uur is het pand afgesloten. Op 25 september 2021 omstreeks 11.00 uur werd ik gebeld door de schoonmaker. Die vertelde mij dat er was ingebroken bij [naam 5] .
Ik ben naar het pand gekomen. Bij binnenkomst via de ingang kom je in een hal. Vanuit de hal heb je toegang tot meerdere openstaande werkplekken. Alle dressoirkasten zijn open gebroken en doorzocht. De kasten van de keuken staan open en zijn ook doorzocht. In totaal zijn er vijf laptops weggenomen. Deze lagen op diverse plekken in het kantoor. De laptops liggen wel altijd in een afgesloten dressoir.
3. Het proces-verbaal van aanvullende aangifte door [naam 21] , opgemaakt op 11 oktober 2021, voor zover inhoudende (p. 62):
De weggenomen goederen zijn:
- 5 laptops.
- 25 Bol.com cadeaubonnen van 15 euro per stuk.
- Een bluetooth speaker
- 2 toetsenborden met muis
4. Het proces-verbaal camerabeelden, opgemaakt op 18 augustus 2022, voor zover inhoudende (p. 33-39):
De camerabeelden zijn, door de aangever, beschikbaar gesteld aan de politie. De opgenomen camerabeelden starten op zaterdag 25 september 2021, om 03:39:22 uur. De hiervoor genoemde camerabeelden stoppen die dag om 03:52:49. Ik zag dat de Ring-camera gericht is op een gedeelte van de gang van de vijfde etage.
25-09-2021 03:39:22
Ik zag dat er een man de gang in liep, hierna genoemd persoon 1. ik zag dat er nog een man gebukt in de deuropening stond, hierna genoemd persoon 2. Ik zag dat er een zwarte rugtas in de deuropening stond, ik zag dat persoon 2 aan de tas zat.
Ik zag dat persoon 1 volledig in beeld kwam en er als volgt uit zag:
-Man;
-licht getint;
-gezet postuur;
-zwart haar, gemillimeterd, kale plek op het achterhoofd;
-tussen de 30 en 40 jaar oud;
-zwarte sneakers;
-blauwe spijkerbroek;
-donkere gewatteerde bodywarmer;
-donkere jas;
-doorzichtige plastic handschoenen.
Ik zag dat persoon 2 in beeld kwam.
Ik zag dat beide personen geknield naast de linkerdeur zaten, ik zag dat persoon 1 een schroevendraaier in zijn rechterhand vasthield en deze schroevendraaier tussen de deur zette. Ik zag dat persoon 1 zijn linkerhand op de deurklink hield.
25-09-2021 03:52:40
Ik zag dat de deur aan de linkerkant open ging, ik zag dat persoon 1 de gang in liep met een blauwe rugtas op zijn rug. Ik zag dat persoon 1 zijn rechterhand op de kale plek op zijn achterhoofd hield.
25-09-2021 03:52:43
Ik zag dat persoon 2 uit dezelfde deur kwam en dat hij met twee handen een blauwe tas vasthield.
5. Het proces-verbaal herkenning persoon door opsporingsambtenaar met bijlagen, opgemaakt op 28 september 2021, voor zover inhoudende (p. 40-43):
Op 28 september 2021 kreeg ik via Intranet een aandachtvestiging. Daarin werd op basis van de volgende informatie en beeldmateriaal de herkenning van een persoon gevraagd. VE 1: Licht getint, 170 tot 180 centimeter, normaal postuur, donker haar, zwarte jas, blauwe spijkerbroek en zwarte schoenen. Kalend op zijn achterhoofd. Foto 1: inbraak [adres 2] . De verdachte aangeduid als VE 1 werd door mij, verbalisant, [naam 22] , herkend zijnde [verdachte] . Ik, ken hem vanuit mijn werkzaamheden ik heb verdachte vaak gecontroleerd in mijn periode werkzaam in het centrum van Den Haag. Ik ken verdachte als notoire inbreker. Ik ken verdachte al lange tijd. Ik herkende hem aan het totaalbeeld van zijn kenmerken. Aan zijn herkenning droegen de volgende specifieke kenmerken bij: Stand van zijn ogen, gezicht en linker oor. Ik herkende hem onmiddellijk toen ik de foto zag. Over zijn identiteit was mij door anderen geen informatie verstrekt.
Ten aanzien van feit 2:
1. Het proces-verbaal van aangifte door [naam 23] met bijlage, opgemaakt op 8 november 2021, voor zover inhoudende (p. 97-98):
Ik ben de directeur van [naam 4] . gevestigd in een bedrijfsverzamelgebouw aan de [adres 2] te Den Haag. Ik wens aangifte te doen namens het bedrijf van inbraak waarbij 3 notebooks zijn weggenomen. Mijn bedrijf zit op de 8e etage. Op 5 november 2021, omstreeks 20.00 uur, sloot een medewerker als laatste ons kantoor af door middel van slot en sleutel. Hij liet het kantoor in goede staat achter. Op 6 november 2021, omstreeks 11.00 uur ontving een medewerker een mail van de eigenaar van het bedrijfsverzamelgebouw. Hierin stond dat er in de nacht van 5 november 2021 op zaterdag 6 november 2021 was ingebroken in het bedrijfsverzamelgebouw en dat er ook was ingebroken in mijn bedrijf. Op 8 november 2021 omstreeks 8.15 uur ging een medewerkster mijn bedrijf binnen. Zij zag dat alles in het bedrijf overhoop gehaald was. Ik kan u vertellen dat er dus 3 notebooks zijn weggenomen.
2. Het proces-verbaal forensisch onderzoek bedrijf, opgemaakt op 11 november 2021, voor zover inhoudende (p. 76-78)
Op zaterdag 6 november 2021 om 14:45 uur kwam ik, naar aanleiding van een gekwalificeerde diefstal in/uit bedrijf/kantoor, voor forensisch onderzoek aan op de locatie [adres 2] 's-Gravenhage. Dit adres betrof een verzamelgebouw voor bedrijven/kantoren. Op de begane grond was een dansschool gesitueerd. Hier zou een schroevendraaier zijn achtergelaten door de dader(s). Ik zag dat:
- diverse goederen op de vloer lagen, onder andere een geldkistje met een geldlade en een schroevendraaier.
Ik heb het handvat van de aangetroffen schroevendraaier bemonsterd op de mogelijke aanwezigheid van DNA-celmateriaal en de bemonstering voorzien van SIN AANQ1820NL.
3. Het proces-verbaal identificatie n.a.v. DNA-sporen met als bijlage een NFI-rapport, opgemaakt op 20 januari 2022, voor zover inhoudende (p. 84-89):
SIN
DNA kan afkomstig zijn van
Bewijskracht
AANQ1820NL#01
Minimaal twee personen
- [verdachte]
-minimaal één onbekende persoon
- meer dan 1 miljard
DNA-mengprofiel AANQ1820NL#01 is meer dan 1 miljard keer waarschijnlijker wanneer het DNA afkomstig is van [verdachte] en een willekeurige onbekende persoon, dan wanneer het DNA afkomstig is van twee willekeurige onbekende personen.
4. Het proces-verbaal van bevindingen, opgemaakt op 10 november 2021, voor zover inhoudende (p. 68):
Op 06 november 2021 omstreeks 10:00 uur, heb ik, verbalisant [naam 24] , een mobiele telefoon in beslag genomen voor waarheidsvinding. De mobiele telefoon lag op de grond op de tweede etage van het gebouw waar ingebroken was.
5. Het proces-verbaal van bevindingen, opgemaakt op 12 november 2022, voor zover inhoudende (p. 490):
Naar aanleiding van diefstal uit een bedrijf, is een telefoon (Samsung Galaxy J5, zilverkleurig) in beslag genomen. De telefoon werd aangetroffen op de vloer van een kantoor na een melding van een bedrijfsinbraak. Ik zag in de data van de telefoon de volgende gebruikersgegevens: Bron: Facebook, [naam 25] , FacebookID: [nummer 2] , email: [naam 26] .
6. Het proces-verbaal van verhoor verdachte, opgemaakt op 10 november 2022, voor zover inhoudende (p. 686):
V: Je gebruikersnaam bij facebook zou kunnen zijn: [naam 25] .
A: Dat is mijn Facebook naam ja.
V: Gekoppeld aan je facebook account is het emailadres [naam 26] . Is dit jouw email adres?
A: Ja, dat is van mij
Ten aanzien van feit 3:
1. Het proces-verbaal van aangifte door [naam 2] met bijlage, opgemaakt op 2 augustus 2022, voor zover inhoudende (p. 375-377):
Ik ben eigenaar van een bedrijf genaamd: [naam 7] gevestigd op de [adres 3] te 's-Gravenhage. Dit betreft een bedrijfsverzamelgebouw. Op 1 augustus 2022 heb ik omstreeks 17:30 uur mijn unit verlaten. Ik heb de unit afgesloten door middel van een sleutel. Op dinsdag 2 augustus 2022 hoorde ik van de beheerder dat er was ingebroken. Ik ben naar mijn unit gegaan en zag dat de onderste zijde van mijn deur kapot was. Ik zag dat er meerdere pakketten op de grond lagen en dat de unit was doorzocht. Ik zag dat de laptop weg was.
Object : Computer. Merk/type: HP
2. Het proces-verbaal van aangifte door [naam 27] met bijlage, opgemaakt op 2 augustus 2022, voor zover inhoudende (p. 381-383):
Ik ben eigenaar van een bedrijf genaamd " [naam 8] " gevestigd aan de [adres 3] te 's-Gravenhage. Op 29 juli 2022, omstreeks 14:30 uur heb ik het pand verlaten. Ik heb de unit afgesloten door middel van een sleutel. Op 2 augustus werd ik, omstreeks 09:30 uur, gebeld dat er was ingebroken en dat ik moest komen kijken of er iets was gestolen. Ter plaatse gekomen zag ik dat mijn deur open stond. Ik zag dat de slotplaat en het deurkozijn ontzet waren. Ik zag mijn tas weg was. Ik zag dat de camera met microfoon op mijn statief ook weg was. Ik zag dat de kast rechts achterin open stond en doorzocht was.
3. Het proces-verbaal van aangifte door [naam 28] , opgemaakt op 2 augustus 2022, voor zover inhoudende (p. 387-388):
Ik huur een kantoorpand aan de [adres 3] te 's-Gravenhage. Mijn bedrijf heet [naam 9] . Mijn medewerker [naam 29] heeft het pand op 1 augustus 2022 omstreeks 19:00 uur afgesloten. Op 2 augustus 2022, omstreeks 09:00 werd ik gebeld door een medewerker dat er was ingebroken. In mijn kantoorpand zag ik dat alles overhoop gehaald was en kasten open en leeg gehaald. Ik mis nu op dit moment:
- playstation 5 wit van kleur met accessoires
- 2 Laptops van het merk Lenovo een zwarte en een antraciet kleurig
Diverse kasten zijn open gebroken.
4. Het proces-verbaal van bevindingen met bevindingen, opgemaakt op 21 september 2022, voor zover inhoudende (p. 343-348)
Ik, verbalisant [naam 30] , was belast met het uitkijken van camerabeelden. Op 2 augustus 2022 is er tussen 01:31 uur en 2 augustus 01:50 uur ingebroken bij een bedrijvenverzamelgebouw aan de [adres 3] te Den Haag.
Ik zag dat de camera in het gebouw gericht stond op de in- en uitgang.
Ik zag op de camerabeelden om 01:31:12 uur twee mannen voor het raam van het bedrijvenverzamelgebouw heen en weer lopen waarbij man 1 een voorwerp achter zijn rug vasthield dat de uiterlijke kenmerken had van een stuk ijzerdraad. Ik zag vervolgens dat de twee mannen naar de buitendeur liepen. Ik zag dat man 1 de deur probeerde te openen met in zijn hand een voorwerp dat de uiterlijke kenmerken had van ijzerdraad. Ook zag ik dat man 2 de deurhendel vastpakte. Om 01:32:07 uur zag ik dat man 1 het slot van de deur van dichtbij bestudeerde en met zijn telefoon met de zaklampfunctie scheen op het slot. Om 01:32:33 uur zag ik dat man 2 een voorwerp, dat de uiterlijke kenmerken had van een mes, aan man 1 aanreikte waarmee hij het slot probeerde te forceren. Ik zag dat beide mannen aan de buitendeur trokken en dat man 2 zijn voet tegen de deur zette voor extra druk waardoor de buitendeur open ging. Ik zag om 01:33:17 uur dat man 1 de binnendeur probeerde te forceren met een voorwerp dat de uiterlijke kenmerken had van een mes. Ik zag man 2 met zijn telefoon schijnen op het slot. Ik zag dat het man 1 gelukt was om 01:33:22 uur de deur te forceren en daarna beide mannen het gebouw betraden. Om 01:36:19 uur zag ik dat beide mannen de trap afliepen en door de binnendeur gingen. Ik zag man 2 een folder uit het folderrek pakken en overhandigen aan man 1. Ook zag ik dat man 2 een folder tussen de binnendeur klemde. Om 01:37:03 uur zag ik dat het lukte om de deur te openen waarbij man 2 tegen de muur drukte en man 1 de deur opende. Ik zag dat man 1 een folder aan de bovenkant buiten tussen de deur plaatste waarna beiden mannen het gebouw verlieten en buiten wegliepen. Om 01:44:47 uur zag ik beide mannen weer door de buitendeur naar binnenkomen. Ik zag dat man 2 de trap opliep naar boven. Ik zag om 01:49:15 uur de twee mannen de trap naast de binnendeur aflopen en het gebouw verlaten.
5. Het proces-verbaal van bevindingen met bijlagen, opgemaakt op 19 november 2022, voor zover inhoudende (p. 349-358):
Op 20 september 2022, bekeek ik, verbalisant, camerabeelden met betrekking tot een diefstal, gepleegd op 02 augustus 2022 in een bedrijfspand gevestigd aan de [adres 3] te Den Haag. Ik, verbalisant, zag dat de voornoemde diefstal werd gepleegd door twee verdachten. Een van de verdachten herkende ik van een screenshot afkomstig van een diefstal, gepleegd op 22 oktober 2021 uit een bedrijf gevestigd aan de [adres 4] te Leiden. Ik, verbalisant, zag dat deze verdachte dezelfde verdachte betrof als de verdachte van de bedrijfsinbraak gepleegd op 02 augustus 2022. Ik herkende de verdachte aan het volgende;
- Gelaat;
- Verdachte heeft dikke doorlopende, ronde wenkbrauwen
- Verdachte heeft een opvallende neus.
In de eerdere inbraken is de verdachte herkent als zijnde: [verdachte] . Ik, verbalisant, herken de verdachte ook als zijnde [verdachte] .
6. Het proces-verbaal forensisch onderzoek, opgemaakt op 21 augustus 2022, voor zover inhoudende (p. 359-361):
Op dinsdag 2 augustus 2022 om 11:45 uur kwam ik, naar aanleiding van een gekwalificeerde diefstal uit een bedrijf/kantoor, voor forensisch onderzoek aan op de locatie [adres 3] te 's-Gravenhage.
Ik zag dat (er):
- in het metaal van de deur en deurpost, van de eerste zowel als de tweede
toegangsdeur, puntvormige krassporen te zien waren;
- in de opening, van de schootvanger van het slot, van de eerste deur, een
propje papier zat;
Aangezien het propje papier, in de opening van de schootvanger, van het slot
van de eerste toegangsdeur er voor de inbraak nog niet zat, is deze vermoedelijk daar door één van de daders geplaatst om de deur open te houden zodat ze heen en weer konden lopen zonder het slot opnieuw te hoeven openbreken. Ik, verbalisant, heb vervolgens het propje papier veiliggesteld voor DNA-onderzoek.
SIN : AAPE1890NL
Plaats veiligstellen : Uit opening deurpost dagschoot voordeur
Bijzonderheden : Papiertje achtergelaten door dader
7. Een schriftelijk bescheid, te weten het rapport van het Nederlands Forensisch Instituut van 4 november 2022, opgemaakt door [naam 31] , NFI-deskundige forensisch DNA-onderzoek, voor zover inhoudende (p. 362-364):
AAPE1890NL#01
Minimaal drie personen
een relatief grote hoeveelheid DNA:
- [verdachte]
Bewijskracht
- meer dan 1 miljard
DNA-mengprofiel AAPE1890NL#01 is meer dan 1 miljard keer waarschijnlijker wanneer de bemonstering een relatief grote hoeveelheid DNA bevat van [verdachte] , dan wanneer de bemonstering een relatief grote hoeveelheid DNA bevat van een willekeurige, niet aan [verdachte] verwante, onbekende persoon.
Ten aanzien van feit 4:
1. Het proces-verbaal van aangifte door [naam 32] , opgemaakt op 25 oktober 2021, voor zover inhoudende (p. 104-105):
Ik ben werkzaam bij de firma [naam 10] , [adres 4] , te Leiden, als office-manager. 22 oktober 2021, omstreeks 17.50 uur, heb ik ons kantoor afgesloten. Ons kantoor zit/ligt in een groot bedrijvenpand met misschien wel 100 bedrijven daarin. Vandaag, 25 oktober, omstreeks 08.30 uur, liep ik naar de eerste verdieping, waar ons kantoor zit. Toen ik op de eerste verdieping liep, richting de deur van ons kantoor, zag ik de deur openstaan. Direct zag ik dat er 4 laptops weg waren, aangezien die op de vier bureaus hadden gestaan, direct rechts van de deur. Ook zag ik dat er een bankpas weg was, die had ook op het bureau gelegen. Het was een blauwe Rabobank pas die op naam staat van [naam 33] met [nummer 3] . Naast de 4 laptops en de bankpas, bleken ook een creditcard en een plastic flesje te zijn gestolen. Het betreft hier een flesje van het merk Crystaline. Opeens herinnerde ik me dat ik een leeg flesje van dat merk had zien staan op 25 oktober 2021, omstreeks 08.31 uur, en wel in het keukentje - gelegen op de gang op onze verdieping. Ik vond dat vreemd, maar dacht dat ik het wellicht zelf vergeten was. Nu denk ik dat de inbreker het wellicht heeft opgedronken. Als laatste - voor zover ik weet - is er een mobiele telefoon gestolen van het merk Samsung, type A40, zwart met op de achterzijde een sticker van ons bedrijf: blauw met een afbeelding van een uil met daaronder de tekst: " [naam 10] ".
2. Het proces-verbaal van aangifte door [naam 34] , opgemaakt op 25 oktober 2021, voor zover inhoudende (p. 148):
Ik doe aangifte van inbraak in mijn kantoorpand. Deze is gevestigd op de [adres 4] in Leiden. Dit betreft advocatenkantoor [naam 11] . Mijn kantoor is gevestigd in verzamelkantoor Crown Business Center. Ik werd vandaag, 25 oktober 2021 om 08:57 uur gebeld door de receptioniste met de boodschap dat er was ingebroken in het verzamelkantoor en dus ook in mijn eigen kantoor. Ik ging naar mijn kantoor en trof daar mijn ladekasten open aan. Ik trof ook de toegangsdeur naar mijn kantoor open aan. Ik zag dat er krassen op de toegangsdeur zaten. Ik zag dat het kantoor een rommel was aan spullen die omver gegooid waren. Ik mis tot op heden een bankpas van [naam 11] .
3. Het proces-verbaal van aangifte door [naam 37] , opgemaakt op 25 oktober 2021, voor zover inhoudende (p. 153):
Ik doe hierbij aangifte van diefstal uit de kantoorruimte, van het bedrijf [naam 12] , gelegen aan de [adres 4] te Leiden. Onze kantoorruimte is gevestigd in het Crown Business Center op de eerste etage. Ik ben bij het bedrijf [naam 12] werkzaam als klant contact medewerker. Op 22 oktober 2021 rond 17:00 uur verliet ik onze kantoorruimte en sloot ik deze deugdelijk af door middel van het cilinderslot. Op 25 oktober 2021 rond 8:30 uur werd ik gebeld door de receptioniste van het Crown Business Center. Ik hoorde dat zij mij vertelde dat er wederom was ingebroken in het Crown Business Center. Aangekomen in onze kantoorruimte zag ik dat de deur naar onze kantoorruimte open stond. Ik zag op de deur en de deurpost braakschade. Ik zag dat het kantoor overhoop was gehaald. Tot op heden mis ik twee fotocamera's van het merk [naam 12] en een geldkistje zonder inhoud.
4. Het proces-verbaal van aangifte door [naam 36] , opgemaakt op 1 november 2021, voor zover inhoudende (p. 157-158):
Ik doe aangifte van diefstal uit mijn bedrijf. Ik ben eigenaar van [naam 13] . Vanwege de bedrijfswerkzaamheden heb ik ook een kantoorunit in het Crown Business Centre op de [adres 4] te Leiden op de 1e verdieping. Op 21 oktober 2021 omstreeks 16.15 uur heeft mijn broer en mede-eigenaar het kantoor slotvast en zonder schade afgesloten. Op 25 oktober 2021 omstreeks 08.00 uur werd mijn broer gebeld door de receptioniste van het Crown Business Centre die hem vertelde dat er ingebroken was in ons kantoor. Een collega van ons is omstreeks 10.00 uur naar kantoor gegaan en constateerde dat er schade was aan het kozijn van de toegang tot het kantoor en binnen bleek dat alles overhoop gehaald was. Ook sommige kasten die op slot zaten waren open gebroken. Daarnaast kwam mijn collega er achter dat de volgende goederen weggenomen waren:
- Een mobiele telefoon, ik dacht een Samsung of Apple,
- Meerdere SIM kaarten van T-Mobile,
- 2 Creditcards op naam van het bedrijf. Ik heb beide kaarten al geblokkeerd
en er waren volgens de bank nog geen transacties mee gedaan.
- Een plastic tasje met ongeveer 700 euro voor KIKA. Dit tasje lag in een
kast in een plastic [naam 13] tasje.
- Twee paar schoenen van mijn broer, ik dacht van Nike.
- Een Egyptische briefopener van staal met daarop de afbeelding van een Farao,
- Twee poloshirt en twee sweaters van Tommy Hilfiger.
5. Het proces-verbaal van aangifte door [naam 37] , opgemaakt op 4 november 2021, voor zover inhoudende (p. 166-167):
Ik wil aangifte doen van diefstal. Op 28 oktober 2021 omstreeks 12.00 uur verliet ik mijn kantoor, die gevestigd is op de [adres 4] te Leiden. Dat is een verzamelgebouw waar ik een unit huur op de eerste verdieping. Bij het verlaten van mijn kantoor op 28 oktober 2021 sloot ik mijn kantoor af door de deur op slot te draaien. Op 31 oktober 2021 omstreeks 09.00 uur werd ik gebeld door [naam 38] . Zij is receptioniste van het verzamelpand. Ik hoorde haar zeggen dat er bij mijn unit was ingebroken. Ik werk zelf als Client Relation Manager voor [naam 12] , een camerafabrikant gevestigd in Zweden. Bij aankomst bij mijn kantoor diezelfde dag, zag ik dat het slot geforceerd was en de deur open stond. Bij binnenkomst in mijn kantoor zag ik dat diverse camera's en bijbehorende lenzen weg waren genomen. Er is ook een camera en viewfinder weggenomen welke mijn eigendom zijn.
6. Het proces-verbaal van bevindingen, opgemaakt op 16 december 2021, voor zover inhoudende (p. 113-128):
Beeldmateriaal camerabeveiligingssysteem, [adres 4] te Leiden. Opnamedatum/data: zondag 24 oktober 2021
Opnametijd(en): 01.06 - 05.10 uur
Opnamedatum/data: Zondag 31 oktober 2021
Opnametijd(en): 00.50 - 06.22 uur
Op de dagen dat verdachte 1 heeft ingebroken, bij diverse bedrijven in genoemd kantoorpand, heb ik hem redelijk goed kunnen volgen. Op 24 oktober 2021 heb ik verdachte 1 van 01.06 tot 05.10 uur kunnen volgen en op 31 oktober 2021 van 00.50 tot 06.22 uur.
Verdachte 1:
- Een man met een lichtbruine huidskleur, kort zwart haar en een kort zwart baardje, leeftijd tussen 20 en 30 jaar. Op 24 oktober 2021 was hij gekleed in een groene parka met capuchon, een grijze broek en zwarte schoenen. Op 31 oktober 2021 was hij gekleed in een zwarte bodywarmer met capuchon en daaronder vermoedelijk een vest met camouflagekleuren, een zwarte trainingsbroek met een logo op de linker bovenbeen en zwarte schoenen;
24-10-2021:
Foto 1 is een tweeluik van 2 camera's, de ingang en het trappenhuis. Hierop zie ik verdachte 1. Op de camerabeelden zie ik verdachte 1 via een deur het pand binnengaat. Op de camera van de 3e etage zie ik verdachte 1 bij een, kennelijk afgesloten, deur. Verdachte 1 heb ik uit de linker lift zien komen. Ik zie dat verdachte I met zijn linkerarm bewegingen maakt, alsof hij bezig is om een slot te openen. Foto 12 is een screenshot van de camerabeelden, waarop ik zie dat verdachte 1 de deur opent en de ruimte daarachter binnengaat. Op de beelden zie ik dat dit de 3e etage betreft. Op de camerabeelden zie ik dat verdachte 1 via het trappenhuis aankomt op de 2e etage. Ik zie hem vervolgens enkele seconden bij het slot handelingen verrichten, als dat hij de deur van het slot haalt. Hierna zie ik hem de ruimte binnengaan. Om 01.42 uur zie ik verdachte 1 weer naar buiten komen. Op de camerabeelden zie ik dat verdachte 1 op de 1e etage aankomt en langs de lift richting camera loopt. Vervolgens zie ik hem weer in beeld en hem naar de deur lopen. Ook hier zie ik hem bezig ter hoogte van het slot. Ik zie dat hij ervoor staat, waardoor ik alleen de handelingen met zijn linkerarm zie. Hierop zie ik hem de ruimte binnengaan.
Foto 25 is een screenshot van de camerabeelden, waarop ik zie dat verdachte 1 de deur opent op de 1e etage een deur en gaat daar naar binnen. Op de tijdklok links boven in beeld zie ik dat het 02.02 uur is. Ik zie dat verdachte 1 de rode tas in zijn hand heeft. Op de camerabeelden zie ik dat verdachte 1 de ruimte weer uitkomt. Ik zie dat hij enkele gevulde tassen bij zich heeft. Op de tijdklok zie ik dat het 05.09 uur is. Foto 27 is een screenshot van de camerabeelden, waarop ik zie dat verdachte 1 met de gevulde tassen bij de lift loopt
31-10-2021:
Op foto 1 zie ik verdachte 1 lopen. Op de tijdklok zie ik dat het 00.51 uur is. Op de camerabeelden zie ik dat verdachte 1 zijn bodywarmer gebruikt om de deur kennelijk open te maken. Foto 16 is een screenshot van de camerabeelden, waarop ik zie dat verdachte 1 bezig is met het openbreken van de deur. Op de camerabeelden zie ik dat verdachte 1 de deur open heeft gemaakt. Hierop zie ik dat hij de ruimte binnengaat. Op de camerabeelden zie ik dat verdachte 1 de ruimte weer uitkomt en zijn rugzak tussen de deur zet waardoor deze een stukje blijft openstaan. Op de camerabeelden zie ik dat verdachte 1 op de 4e etage om 02.27 uur de lift instapt. Kort daarop zie ik dat hij via de deur, rechts in beeld, naar buitenkomt.
Op de camerabeelden zie ik, om 05.47 uur, twee personen over het parkeerdek lopen. Vervolgens zie ik links een deur opengaan, waarna deze twee personen naar binnen gaan. Op de camerabeelden zie ik verdachte 1 en verdachte 2 uit de lift op de 2e etage stappen. Vervolgens lopen zij naar de deur. Kort nadat de beide verdachten op de 2e etage in de ruimte zijn geweest zie ik hen weer naar buitenkomen, de lift in stappen en er op de 1e etage weer uitkomen. Op de camerabeelden zie ik dat verdachte 2 kennelijk met het slot van de deur bezig is. Ik zie dat na ruim 1 minuut de deur opengaat en dat beide verdachten de ruimte binnengaan. Op de camerabeelden zie ik dat beide verdachten de ruimte uitkomen en dat verdachte 1 een rugzak draagt en verdachte 2 een zwarte tas met een log. Ik heb eerder gezien dat verdachte 2 niets bij zich had. Foto 39 is een screenshot van de camerabeelden, waarop ik zie dat verdachte 2 bezig is met het openmaken van de deur op de 2e etage. Op foto 40 zie ik beide verdachten de ruimte betreden. Op de camerabeelden zie ik beide verdachten van rechts in de ruimte aankomen rennen en de deur openen. Vervolgens zie ik hen richting de lift lopen. Op foto 42 zie ik beide verdachten de garage in komen lopen. Vervolgens zie ik dat verdachte 1 op de zwarte knop drukt, waarna het hek wordt geopend. Hierop zie ik beide verdachten naar buiten lopen en vervolgens wegrennen.
7. Het proces-verbaal van bevindingen met bijlage, opgemaakt op 29 december 2021, voor zover inhoudende (p. 136-137):
Ik zag dat er herkenning werd gevraagd naar aanleiding van een inbraak gepleegd op 24-10-2021 en 31-10-2021 bij de [adres 4] te Leiden. Ik verbalisant, was voorheen werkzaam op het politie bureau van Hoefkade te Den Haag. In deze periode heb ik de verdachte meerdere malen gezien en ook aangehouden. Ik herken de verdachte als zijnde: [verdachte] geboren op [geboortedag 1] -1986. Ik herken hem aan zijn huidkleur, wenkbrauwen, vorm gezicht en opvallende moedervlekje op de wang.
8. Het proces-verbaal identificatie n.a.v. DNA-sporen met als bijlage het NFI-rapport, opgemaakt op 10 december 2021, voor zover inhoudende (p. 141-143):
Delictinformatie : Gekwal. diefstal in/uit bedrijf/kantoor
Datum onderzoek : 25 oktober 2021
Plaats delict : [adres 4]
SIN AAOL4396NL
Datum/tijd veiligstellen 25 oktober 2021 om 13:25 uur
Plaats veiligstellen: Drinkopening waterflesje, merk christaline
Bijzonderheden: Op rand van pantry midden op de gang
SIN en omschrijving
Celmateriaal kan afkomstig zijn van
Matchkans
AAOL4396NL#01
Speeksel
[verdachte]
kleiner dan één op één miljard
Ten aanzien van feit 5:
1. Het proces-verbaal van aangifte door [naam 39] met bijlagen, opgemaakt op 6 augustus 2022, voor zover inhoudende (p. 401-421):
Ik ben manager bij [naam 14] , gevestigd op het [adres 5] , 6e etage in Den Haag. Op 5 augustus 2022, 18.10 uur is het pand afgesloten middels de sleutel. Op 6 augustus 2022, omstreeks 11.00 uur kwam een collega bij het kantoor. Nadat hij uit de lift stapte zag hij dat een raam naast de deur verbroken was. Ik kwam bij het pand en zag dat er inderdaad schade was. Ik zag dat de metalen deurpost beschadigd was bij de slotplaat. Ik zag dat het raam links van de deur verbroken was. In het pand zag ik dat mijn kantoor, links van de ingang, opengebroken was. Ik zag schade vlak bij het slot. Ook zag ik dat links achter een ruimte open gebroken was. Ook hier zag ik schade aan de deur nabij het slot. Ik zag dat de dressoirkasten achter de balie opengebroken waren. Uit mijn kantoor is een laptop gestolen. Uit de kasten achter de balie zijn drie a vier laptops weggenomen.
Bijlage goederen
Object: Tas. Rugtas.
Object: Geld (biljetten). 500 EUR.
Object: Paspoort. Nederland. [naam 40] geboren op [geboortedag 2] 1992
2. Het proces-verbaal van aangifte door [naam 41] , opgemaakt op 6 augustus 2022, voor zover inhoudende (p. 427):
Ik ben IT medewerker bij [naam 15] . Ons kantoor bevindt zich op [adres 5] te Den Haag, gebouw 8. Het bedrijf bezit de begane grond en de 5e verdieping. Op 5 augustus 2022, omstreeks 21:00 uur, heb ik de begane grond en de 5e verdieping afgesloten. Op 6 augustus 2022 omstreeks 12:30 uur werd mijn collega gebeld dat er was ingebroken in het pand. Omstreeks 13:00 uur kwam ik op de eerste verdieping. Ik zag schade naast het glas bij de ingang. Omstreeks 13:45 uur ging ik samen met een politiemedewerker de 5e verdieping op. Ik zag dat mijn rugtas weg was. In de rugzak zaten diverse documenten, mijn paspoort en 500 euro in briefgeld. Ik zag dat mijn laptop weg was.
2. Het proces-verbaal van aangifte van [naam 42] , opgemaakt op 8 augustus 2022, voor zover inhoudende (p. 434):
Ik ben werkzaam bij het bedrijf [naam 16] gelegen aan het [adres 5] te 's-Gravenhage. Ons bedrijf is gelegen op de eerste etage. Het gebouw is toegankelijk middels een gezamenlijke ingang op de begane grond. Op 5 augustus 2022 omstreeks 17:30 uur is de laatste werknemer weg gegaan. De deur valt automatisch op slot. Hij heeft de deur achter zich dicht laten vallen en het bedrijf in goede orde achter gelaten. Vandaag op 8 augustus 2022 omstreeks 08:45 uur kwam ik als eerste aan bij het bedrijf. Ik zag dat er een grote barst in de ruit van de deur zat. Ik voelde dat de deur wel in het slot zat. Binnen op de werkvloer zag ik dat er meerdere kasten open waren getrokken. Ik zag dat de kasten overhoop zijn gehaald en dat er meerdere spullen uit de kasten op de grond lagen. In de kasten lagen meerdere iPhones en bankpassen. Het lijkt erop dat er maar 1 IPhone is weggenomen.
3. Het proces-verbaal van bevindingen met bijlagen, opgemaakt op 1 september 2022, voor zover inhoudende (p. 422-426):
Ik, verbalisant [naam 43] , was belast met het uitkijken van camerabeelden van 6 augustus 2022. De beelden zijn afkomstig van een kantoorpand gelegen aan de [adres 5] te 's-Gravenhage.
Ik zag dat op de beelden het strafbare feit, genoemd in de aangifte, inbraak bedrijfspand, duidelijk is waar te nemen. Ik zag dat het gaat om twee verdachten. Ik beschrijf ze als volgt:
Ik zag dat camera 1 zicht had op de begane grond van het bedrijfspand. Ik zag dat om 01:38:53 uur verdachte 1 en verdachte 2 in het bedrijfspand liepen.
Camera 3: zesde etage
Ik zag dat om 02:22:53 uur beide verdachten uit de lift stapte. Ik zag dat om 02:52:11 uur beide verdachten uit de lift stapten. Ik zag dat verdachte 2 twee schroevendraaiers onder zijn jas vandaan haalden en deze overhandigde aan verdachte 1. Ik zag dat verdachte 1 wrikte aan het slot. Ik zag dat verdachte 2 zwarte handschoenen aan trok en de schroevendraaiers overnam. Ik zag dat verdachte 2 wrikte aan het slot. Ik zag dat om 03:03:28 uur verdachte 2 de schroevendraaier tussen het kozijn en de ruit plaatste. Ik zag dat verdachte 2 slaande bewegingen maakte op de schroevendraaier. Ik zag dat de ruit barste. Ik zag dat de schroevendraaier door de ruit heen stak. Ik zag dat verdachte 1 en 2 tegen de ruit trapte. Ik zag dat een groot deel van de ruit kapot was. Ik zag dat verdachte 1 met de achterkant van de schroevendraaier de randen van het overgebleven glas verwijderde. Ik zag dat om 03:06:09 uur beide verdachten één voor één door het gat heen stapte en vervolgens uit beeld liepen.
Ik zag dat verdachte 2 twee laptops pakte en deze op het bureau neerlegde. Ik zag dat verdachte 2 een derde en vierde laptop op het bureau plaatste. Ik zag dat beide verdachten de vier laptops aan het bekijken waren. Ik zag dat verdachte 1 een zwarte laptoptas vasthield en de laptop in de tas stopte.
Camera 2: vijfde etage
Ik zag dat om 03:32:39 uur de twee verdachten uit de lift stapten. Ik zag dat verdachte 2 in zijn handen de schroevendraaiers vasthield. Ik zag dat verdachte 1 licht scheen op de deurklink. Ik zag dat verdachte 2 met een schroevendraaier aan het slot wrikte. Ik zag dat om 03:34:11 uur de deur open ging. Ik zag dat beide verdachten de tweede ruimte betraden. Ik zag dat om 03:39:35 uur beide verdachten terug naar de deur liepen. Ik zag dat verdachte 1 een rugzak vasthield.
4. Het proces-verbaal van bevindingen met bijlagen, opgemaakt op 6 november 2022, voor zover inhoudende (p. 445-457):
Onderhavig beeldmateriaal is afkomstig van het bedrijf [naam 16] , gevestigd aan het perceel [adres 5] te 's-Gravenhage. Het bedrijf [naam 16] is gevestigd op de eerste etage van het pand. Ik zie in onderhavig beeldmateriaal een datumaanduiding staan, namelijk: 06/08/2022.
In onderhavig beeldmateriaal komen twee manspersonen naar voren. Ik zag omstreeks cameratijdsaanduiding 03:50:19 uur de liftdeur van de rechterliftschacht openen. Ik zag [NN01] en [NN02] uit de lift stappen. Vervolgens zag ik een [NN02] een dun chroomkleurig stangvormig voorwerp, welke naar uiterlijke verschijningsvorm overeenkomstigheden vertoont met een schroevendraaier, uit de zwartkleurige tas pakken. Ik zag omstreeks cameratijdsaanduiding 03:50:43 uur dat [NN02] voorgenoemde stangvormig voorwerp in zijn rechterhand, ter hoogte van het deurbeslag toebrengt van laatstgenoemde deur. Ik zag vervolgens dat [NN02] duwende en trekkende bewegingen maakt op het stangvormig voorwerp. Ik zag ogenschijnlijk dat er scheuren in het glaswerk van de deur, als gevolg van voorgenoemde handeling door NN02] verschijnen. Ik zag dat [NN02] vervolgens naar de deur toestapt met een dun chroomkleurig stangvormig voorwerp in zijn rechterhand. Ik zag omstreeks cameratijdsaanduiding 03:51:24 uur dat [NN02] het dun stangvormig voorwerp, vermoedelijk een schroevendraaier, door het glaswerk naar de binnenzijde van de deur brengt en met stangvormig voorwerp de deurklink naar beneden drukt. Omstreeks cameratijdsaanduiding 03:51:30 uur zag ik dat de toegangsdeur door [NN02] geopend wordt. Vervolgens zag ik [NN01] de ontvangstruimte binnenlopen en via de rechterzijde van onderhavig cameraperspectief binnenlopen. Vervolgens zag ik [NN02] de ontvangstruimte binnenstappen met de zwartkleurige laptoptas en de zwartkleurige laptoptas om de hoek van de ingang op de grond plaatsen.
Ik zag dat [NN02] een rechthoekig witkleurig voorwerp en een zwartkleurig rechthoekig voorwerp; voorzien van witkleurig element in zijn rechterhand vasthield. Ik zag dat eenmaal aangekomen bij de zwartkleurige laptoptas dar NN02 voorovergebogen, de zwartkleurige laptoptas openen en vermoedelijk voorgenoemde voorwerpen in de zwartkleurige laptoptas plaatsen. Omstreeks cameratijdsaanduiding 03:58:31 zag ik dat [NN01] een vermoedelijk het zwartkleurige rechthoekachtige voorwerp in zijn zwartkleurige rugzak plaatst.
5. Het proces-verbaal herkenning persoon door opsporingsambtenaar met bijlagen, opgemaakt op 9 november 2022, voor zover inhoudende (p. 668-675):
Op woensdag 9 november 2022 kreeg ik via het verzoek om alle aanwezige beelden te bekijken van meerdere bedrijfsinbraken. Al deze inbraken waren reeds gevoegd in het dossier een aandachtvestiging van eenheid den haag. Daarin werd op basis van de volgende informatie en beeldmateriaal de herkenning van een persoon gevraagd.
Verstrekt beeldmateriaal
- foto 1 : [adres 3] 6 ( zaak 17 )
- foto 2 : [adres 5] ( zaak 23 )
- foto 3 : [adres 5] ( zaak 25 )
- foto 4 : [adres 2] ( zaak 1 )
- foto 5 : [adres 4] ( zaak 7 )
- foto 6 : [adres 6] ( zaak 26 )
- foto 7 : politiefoto
De persoon op foto 1, de persoon op foto 2, de persoon op foto 3, de persoon op foto 4, de persoon op foto 5, de persoon op foto 6 en de persoon op foto 7 herken ik als:
Achternaam : [verdachte]
Voornamen : [verdachte]
Geboren : [geboortedag 1] 1986
Ik ken hem vanuit mijn werkzaamheden ik heb met verdachte meerdere verhoren gevoerd. Ik heb hierbij de verdachte goed kunnen zien en zijn kenmerken goed kunnen waarnemen. De laatste keer dat ik hem zag was op dinsdag 15 november 2022. Het contact duurde toen ongeveer 3 uur. Ik herkende hem aan het totaalbeeld van zijn kenmerken. Tijdens het bekijken van de beelden is de verdachte op meerdere momenten duidelijk zichtbaar. Hierbij is zijn gezicht, zijn postuur en manier van bewegen meerdere malen goed waar te nemen. De verdachte is een man met een licht gezet postuur en vaak gekleed in dezelfde soort / kleur kleding.
Ten aanzien van feit 6:
De rechtbank zal voor het onder 6 ten laste gelegde feit met een opgave van bewijsmiddelen, als genoemd in artikel 359, derde lid, van het Wetboek van Strafvordering volstaan. De verdachte heeft dit bewezen verklaarde feit namelijk bekend en daarna niet anders verklaard. Daarnaast heeft de raadsvrouw geen vrijspraak bepleit. De officier van justitie heeft met betrekking tot dit feit bovendien gerekwireerd tot bewezenverklaring.
1. De bekennende verklaring van de verdachte, afgelegd op de terechtzitting van 5 april 2023;
2. Het proces-verbaal van aangifte door [naam 44] namens [naam 17] ., opgemaakt op 13 juli 2022 (p. 458).