ECLI:NL:RBDHA:2023:55
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing aanvraag uitkering Schadefonds Geweldsmisdrijven wegens gebrek aan bewijs van geweldsmisdrijf
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 6 januari 2023 uitspraak gedaan in een geschil tussen een eiser en het Schadefonds Geweldsmisdrijven. De eiser, die niet van Nederlandse nationaliteit is, had een aanvraag ingediend voor een uitkering uit het Schadefonds, nadat hij aangifte had gedaan van mensenhandel. De aanvraag werd echter afgewezen door verweerder, die stelde dat niet aannemelijk was dat eiser het slachtoffer was van een geweldsmisdrijf. De rechtbank heeft de zaak behandeld en vastgesteld dat de aangifte van mensenhandel was geëindigd in een sepot, wat betekent dat er geen strafrechtelijke veroordeling was en dus ook geen bewijs dat eiser daadwerkelijk slachtoffer was van een geweldsmisdrijf.
Eiser had verschillende bewijsstukken overgelegd, waaronder processen-verbaal van aangifte, Whatsapp-conversaties en verklaringen van zijn psychiater. De rechtbank oordeelde echter dat deze bewijsstukken onvoldoende waren om aan te tonen dat eiser ernstig lichamelijk of geestelijk letsel had opgelopen als gevolg van een opzettelijk gepleegd geweldsmisdrijf. De rechtbank concludeerde dat de door eiser overgelegde documenten niet voldoende bewijs boden voor zijn claims, en dat de afwijzing van de aanvraag door verweerder terecht was.
Uiteindelijk verklaarde de rechtbank het beroep van eiser ongegrond, wat betekent dat de beslissing van verweerder om de aanvraag voor de uitkering af te wijzen, werd bevestigd. Eiser werd ook niet in de kosten van de procedure vergoed.