Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
[eiser], eiser
de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
- wijst het verzoek om schadevergoeding af.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 20 februari 2023 uitspraak gedaan in een beroep tegen een vrijheidsontnemende maatregel die was opgelegd aan een Syrische eiser op grond van artikel 6, derde lid, van de Vreemdelingenwet 2000. De maatregel was opgelegd door de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, die op 10 december 2022 het bestreden besluit nam. Eiser heeft tegen dit besluit beroep ingesteld, waarbij hij tevens verzocht om schadevergoeding. De staatssecretaris heeft de maatregel op 14 december 2022 opgeheven, omdat de asielaanvraag van eiser zich niet leent voor afdoening in de grensprocedure.
De rechtbank heeft vastgesteld dat partijen instemden met een schriftelijke afdoening van het beroep. Eiser heeft zijn beroepsgronden op 14 december 2022 ingediend, waarna de staatssecretaris op 16 december 2022 een verweerschrift heeft ingediend. Het onderzoek is op 22 december 2022 gesloten. De rechtbank heeft in haar overwegingen gekeken naar de medische omstandigheden van eiser, die onder andere hoge bloeddruk en diabetes heeft, en of deze omstandigheden voldoende gemotiveerd waren om een lichter middel toe te passen.
De rechtbank oordeelde dat het bestreden besluit geen motiveringsgebrek vertoonde. Eiser had aangegeven dat hij liever niet naar Ter Apel wilde, en de rechtbank concludeerde dat de staatssecretaris de medische omstandigheden van eiser in zijn afweging had betrokken. Eiser had geen bewijs geleverd dat zijn medische klachten niet behandeld konden worden in het aanmeldcentrum. Daarom kon de staatssecretaris het belang van grensbewaking zwaarder laten wegen dan de persoonlijke omstandigheden van eiser.
De rechtbank verklaarde het beroep ongegrond en wees het verzoek om schadevergoeding af. Tevens werd er geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan door rechter W.B. Klaus, in aanwezigheid van griffier R. Pronk, en is openbaar uitgesproken.