ECLI:NL:RBDHA:2023:5429

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
17 april 2023
Publicatiedatum
17 april 2023
Zaaknummer
C/09/645945 / JE RK 23-740
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Voorlopige ondertoezichtstelling en machtiging tot uithuisplaatsing in een spoedvoorziening

Op 17 april 2023 heeft de kinderrechter in de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in een zaak betreffende de voorlopige ondertoezichtstelling en machtiging tot uithuisplaatsing van twee minderjarigen, [minderjarige01] en [minderjarige02]. De zaak kwam voort uit een verzoekschrift dat op dezelfde datum was ingediend. De kinderrechter heeft op 15 april 2023, buiten kantooruren, al een voorlopige beslissing genomen, waarbij de minderjarigen van 15 april tot 17 april 2023 onder toezicht zijn gesteld van de gecertificeerde instelling en hen is gemachtigd uit huis te plaatsen in een pleegzorgvoorziening en ziekenhuis.

De ouders van de minderjarigen, de vader en de moeder, zijn gezamenlijk belast met het ouderlijk gezag. De kinderrechter heeft vastgesteld dat er ernstige zorgen zijn over de fysieke veiligheid van de kinderen in de thuissituatie, vooral gezien de toestand van [minderjarige02], die op 14 april 2023 met ernstig hersenletsel in het ziekenhuis is opgenomen. De kinderrechter oordeelt dat het noodzakelijk is om de kinderen voorlopig onder toezicht te stellen en uit huis te plaatsen, gezien de onduidelijkheid over de oorzaak van het letsel en de onmogelijkheid om veiligheidsafspraken met de ouders te maken.

In de beslissing van 17 april 2023 is de voorlopige ondertoezichtstelling van [minderjarige01] en [minderjarige02] vastgesteld tot 27 april 2023. Tevens is de Stichting Jeugdbescherming west Haaglanden gemachtigd om beide minderjarigen gedurende dag en nacht uit huis te plaatsen. De behandeling van het verzoek voor het overige is aangehouden tot de zitting op 25 april 2023, waar de betrokken partijen zullen worden opgeroepen.

Uitspraak

Rechtbank DEN HAAG

Team Jeugd- en Zorgrecht
Zaaksgegevens: C/09/645945 / JE RK 23-740
Datum uitspraak: 17 april 2023

Beschikking van de kinderrechter

Voorlopige ondertoezichtstelling en machtiging tot uithuisplaatsing; spoedvoorziening

in de zaak naar aanleiding van het op 17 april 2023 ingekomen verzoekschrift van:

de Raad voor de Kinderbescherming, Regio Haaglanden,

hierna te noemen: de Raad,
betreffende:
-
[minderjarige01], geboren op [geboortedatum01] 2021 te [geboorteplaats01] ,
hierna te noemen: [minderjarige01] ;
-
[minderjarige02]geboren op [geboortedatum02] 2022 te [geboorteplaats01] ,
hierna te noemen: [minderjarige02] .
De kinderrechter merkt als belanghebbenden aan:

[de man01] i,

hierna te noemen: de vader,
wonende te [woonplaats01] ,

[de vrouw01] ,

hierna te noemen: de moeder,
wonende te [woonplaats01] ,

Stichting Jeugdbescherming west Haaglanden,hierna te noemen: de gecertificeerde instelling.

Het procesverloop

Op 15 april 2023 heeft mr. R. van Zeijst-Repelaer van Driel, kinderrechter in deze rechtbank mondeling (buiten kantooruren) beslist dat:
- [minderjarige01] en [minderjarige02] van 15 april 2023 tot 17 april 2023 te 17:00 uur voorlopig onder toezicht zijn gesteld van de gecertificeerde instelling;
- de gecertificeerde instelling is gemachtigd [minderjarige01] en [minderjarige02] gedurende dag en nacht uit huis te plaatsen in een voorziening voor pleegzorg (voor [minderjarige01] ) en in een ziekenhuis (voor [minderjarige02] ) en aansluitend een voorziening voor pleegzorg van 15 april 2023 tot 17 april 2023 te 17:00 uur;
- deze beslissing tot zover uitvoerbaar bij voorraad is;
- de behandeling van het verzoek voor het overige werd aangehouden tot het verzoek, met nadere onderbouwing, schriftelijk bij de rechtbank was ingediend.
De kinderrechter heeft kennisgenomen van het verzoekschrift met bijlagen.

Feiten

- De vader en de moeder zijn met elkaar gehuwd.
- De vader en de moeder zijn gezamenlijk belast met het ouderlijk gezag.
- [minderjarige01] verblijft feitelijk in een neutraal pleeggezin en [minderjarige02] verblijft feitelijk in het ziekenhuis ( [verblijfplaats01] ).

Verzoek

Het verzoek strekt tot ondertoezichtstelling van [minderjarige01] en [minderjarige02] , met toepassing van artikel 1:257 van het Burgerlijk Wetboek en tot het verlenen van een machtiging om [minderjarige01] gedurende dag en nacht uit huis te plaatsen in een voorziening voor pleegzorg en [minderjarige02] gedurende dag en nacht uit huis te plaatsen in een ziekenhuis voor de duur van de voorlopige ondertoezichtstelling.
Het verzoek strekt ook tot toepassing van het bepaalde in artikel 800, derde lid, van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering.

Beoordeling

Op grond van de informatie, zoals gebleken uit het verzoekschrift en de daarbij gevoegde bijlagen, komt de kinderrechter tot het oordeel dat het dringend en onverwijld noodzakelijk is [minderjarige01] en [minderjarige02] , hangend een nader in te stellen onderzoek naar de vraag of de ondertoezichtstelling geboden is, voorlopig onder toezicht te stellen. Ook is de kinderrechter van oordeel dat [minderjarige01] en [minderjarige02] in het belang van de verzorging en opvoeding uit huis dienen te worden geplaatst.
Het verhoor van de verzoeker en de overige belanghebbenden kan niet worden afgewacht zonder onmiddellijk en ernstig gevaar voor [minderjarige01] en [minderjarige02] . Daarbij overweegt de kinderrechter dat er ernstige zorgen zijn over de fysieke veiligheid van [minderjarige01] en [minderjarige02] in de thuissituatie. [minderjarige02] is op 14 april 2023 opgenomen in het [verblijfplaats01] met ernstig hersenletsel. Hij is sindsdien in comateuze toestand en er is geen verbetering zichtbaar. Onduidelijk is hoe [minderjarige02] dit letsel heeft opgelopen. De veiligheid van [minderjarige01] kan op dit moment, gelet op de situatie van [minderjarige02] , in de thuissituatie niet worden gegarandeerd. [minderjarige01] is gelet op zijn jonge leeftijd volledig afhankelijk van de zorg van zijn ouders, maar het lukt niet om met de ouders veiligheidsafspraken te maken.
Gelet op het voorgaande acht de kinderrechter een voorlopige ondertoezichtstelling en machtiging tot uithuisplaatsing noodzakelijk. Het verhoor zal op hierna te melden zitting plaatsvinden.

Beslissing

De kinderrechter:
stelt [minderjarige01] en [minderjarige02] van 17 april 2023 tot 27 april 2023 voorlopig onder toezicht van Stichting Jeugdbescherming west Haaglanden;
machtigt Stichting Jeugdbescherming west Haaglanden [minderjarige01] gedurende dag en nacht uit huis te plaatsen in een voorziening voor pleegzorg voor de duur van de voorlopige ondertoezichtstelling en verklaart deze beslissing uitvoerbaar bij voorraad;
machtigt Stichting Jeugdbescherming west Haaglanden [minderjarige02] gedurende dag en nacht uit huis te plaatsen in een ziekenhuis voor de duur van de voorlopige ondertoezichtstelling en verklaart deze beslissing uitvoerbaar bij voorraad;
houdt de behandeling van het verzoek voor het overige aan tot de zitting van:
25 april 2023 te 09:00 uur;
gelast de griffier tegen voormelde zitting op te roepen:
  • de Raad voor de Kinderbescherming;
  • Stichting Jeugdbescherming west Haaglanden;
  • de vader;
  • de moeder.
Deze beschikking is gegeven door mr. E.J. Stalenberg, kinderrechter, in tegenwoordigheid van mr. K.D. van den Berg als griffier en in het openbaar uitgesproken op 17 april 2023.
Voor zover deze beschikking betrekking heeft op de machtiging tot uithuisplaatsing, kan hoger beroep worden ingesteld:
- door de verzoeker en de belanghebbende(n) aan wie een afschrift van de beschikking is verstrekt of verzonden, binnen drie maanden na de dag van de uitspraak,
- door andere belanghebbenden binnen drie maanden na de betekening daarvan of nadat de beschikking aan hen op een andere wijze bekend is geworden.
Het hoger beroep moet, door tussenkomst van een advocaat, worden ingediend bij de griffie van
het gerechtshof Den Haag.