ECLI:NL:RBDHA:2023:5394
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Bestuurlijke boete wegens overtreding van de Huisvestingswet en de rechtsgeldigheid van het inspectierapport
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 19 april 2023 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiseres, een verhuurder, en het college van burgemeester en wethouders van Den Haag. Eiseres had een bestuurlijke boete opgelegd gekregen vanwege een overtreding van de Huisvestingswet, omdat zij een woning had verhuurd zonder de benodigde huisvestingsvergunning. Eiseres stelde dat het inspectierapport, dat als basis voor de boete diende, in strijd met haar huisrecht tot stand was gekomen, omdat de inspecteurs geen toestemming hadden gevraagd om de woning te betreden. Eiseres voerde aan dat de huurovereenkomst ten tijde van de inspectie al was opgezegd en dat zij direct maatregelen had getroffen toen bleek dat de huurders geen vergunning hadden.
De rechtbank oordeelde dat het inspectierapport op zorgvuldige wijze was opgesteld en dat de huisrechten van eiseres niet waren geschonden, aangezien zij zelf niet in het pand woonde. De rechtbank concludeerde dat eiseres niet had aangetoond dat de inspecteurs onrechtmatig hadden gehandeld. Bovendien werd vastgesteld dat eiseres bedrijfsmatig onroerend goed exploiteerde, aangezien zij meerdere panden verhuurde. De rechtbank oordeelde dat de opgelegde boete van €10.000,- terecht was en dat er geen bijzondere omstandigheden waren die aanleiding gaven tot matiging van de boete. Het beroep van eiseres werd ongegrond verklaard, en de rechtbank wees de kosten voor de procedure toe aan de verweerder.