Uitspraak
Rechtbank den haag
1.De procedure
2.Het wrakingsverzoek
2.3. De rechter heeft niet in de wraking berust en een reactie ingediend. De rechter erkent dat hij de hand van de broer niet geschud heeft omdat hij moeite had met een nieuw verwijt dat hem tijdens de wrakingzitting gemaakt werd. Het was op dat moment wat teveel gevraagd ook de broer van verzoekster een hand te geven. Daarbij geeft de rechter wel aan dat handen schudden niet iets is wat hij als te doen gebruikelijk zou willen aanmerken. Achteraf beschouwd is het misschien wat flauw om geen hand te geven maar geen enkele reden om te veronderstellen dat de rechter niet in staat zou zijn professioneel en dus onbevooroordeeld en onpartijdig de procedure in de hoofdzaak af te ronden.