ECLI:NL:RBDHA:2023:5234

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
12 april 2023
Publicatiedatum
13 april 2023
Zaaknummer
NL23.8296
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Vreemdelingenrecht
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek voorlopige voorziening asielaanvraag

In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 12 april 2023 uitspraak gedaan in het kader van een verzoek om een voorlopige voorziening. Verzoekster, van Eritrese nationaliteit, had een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd, welke door de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid op 14 maart 2023 was afgewezen. De aanvraag werd niet-ontvankelijk verklaard, waarop verzoekster beroep instelde tegen dit besluit en tevens verzocht om een voorlopige voorziening. De zitting vond plaats op 5 april 2023, waarbij verzoekster werd bijgestaan door haar gemachtigde, mr. T.H. Meeuwis, en een tolk, S.B. Aniania. De verweerder werd vertegenwoordigd door zijn gemachtigde, S. Brock.

De voorzieningenrechter heeft in zijn overwegingen vastgesteld dat de rechtbank op dezelfde dag ook uitspraak heeft gedaan in een gerelateerde zaak (NL23.8295), waardoor de noodzaak voor een voorlopige voorziening niet meer aanwezig was. Om deze reden heeft de voorzieningenrechter het verzoek om voorlopige voorziening afgewezen. Tevens is er geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gemaakt en er staat geen hoger beroep of verzet open tegen deze beslissing.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Utrecht Bestuursrecht zaaknummer: NL23.8296
uitspraak van de voorzieningenrechter in de zaak tussen

[verzoekster] , verzoekster V-nummer: [V-nummer]

(gemachtigde: mr. T.H. Meeuwis),
en
de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder (gemachtigde: S. Brock).

Procesverloop

Bij besluit van 14 maart 2023 (het bestreden besluit) heeft verweerder de aanvraag van verzoekster tot het verlenen van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd in de algemene procedure niet-ontvankelijk verklaard.
Verzoekster heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld. Zij heeft verder de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen.
De voorzieningenrechter heeft het verzoek, samen met de zaak NL23.8295, op 5 april 2023 op zitting behandeld. Verzoekster is verschenen, bijgestaan door haar gemachtigde. Als tolk is verschenen S.B. Aniania. Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde.

Overwegingen

1. Verzoekster stelt van Eritrese nationaliteit te zijn en te zijn geboren op [geboortedatum] 1982.
2. Bij uitspraak van vandaag, zaaknummer NL23.8295, heeft de rechtbank uitspraak gedaan op het beroep. Een voorlopige voorziening is daarom niet meer nodig. De voorzieningenrechter wijst het verzoek om die reden af.
3. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af.
Deze uitspraak is gedaan door mr. J.G. Nicholson, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr. P. Bruins, griffier.
De uitspraak is uitgesproken in het openbaar en bekendgemaakt op:
12 april 2023

Documentcode: [documentcode]

Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.