Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
1.AEGON SCHADEVERZEKERING N.V.te Den Haag,
GOUDSE SCHADEVERZEKERINGEN N.V.te Gouda,
1.De procedure
- [verzoeker] in persoon, vergezeld van zijn echtgenote en bijgestaan door mr. Wijnakker;
- namens Aegon c.s.: mevrouw mr. H.C. van der Plas (advocaat bij Aegon), bijgestaan door mr. Van Weering.
2.De feiten
3.Het geschil
- een voorlopig deskundigenbericht beveelt met benoeming van arbeidsdeskundige de heer E.P. Audenaerde (hierna: Audenaerde) als deskundige en hem opdraagt de in randnummer 5.1 van het verzoekschrift geformuleerde vragen te beantwoorden;
- beslist dat de kosten verbonden aan het deskundigenbericht voor rekening van Aegon c.s. komen, althans dat het voorschot op deze kosten ten laste van Aegon c.s. komt.
4.De beoordeling
5.De beslissing
binnen twee wekenna de datum van de nota met betaalinstructies van het Landelijk Dienstencentrum voor de Rechtspraak;
- hij voor aanvang van het onderzoek kennis moet nemen van de Leidraad deskundigen in civiele zaken (te raadplegen op www.rechtspraak.nl of desgevraagd te verkrijgen bij de griffie);
- hij het onderzoek pas na het bericht van de griffier omtrent betaling van het voorschot mag aanvangen;
- hij het onderzoek onmiddellijk moet staken en contact moet opnemen met de griffier, indien tijdens de uitvoering van de werkzaamheden het voorschot niet toereikend blijkt te zijn;
- uit het schriftelijk bericht moet blijken op welke stukken zijn oordeel is gebaseerd,
- de deskundige een concept van het rapport aan partijen moet toezenden, opdat partijen de gelegenheid krijgen binnen vier weken daarover bij de deskundige opmerkingen te maken en verzoeken te doen, en dat de deskundige in het definitieve rapport de door partijen gemaakte opmerkingen en verzoeken en de reactie van de deskundige daarop moet vermelden;