Uitspraak
RECHTBANK Den Haag
1.De procedure
- de (aanvullende) producties EP01 t/m EP19 van Borek;
- de conclusie van antwoord, tevens eis in reconventie;
- de (aanvullende) producties GP01 t/m GP12 van Manutti.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak, die voor de Rechtbank Den Haag is behandeld, betreft het een kort geding tussen Borek Parasols B.V. en Manutti BVBA. Borek, een familiebedrijf dat zich richt op de ontwikkeling en productie van tuinmeubilair, heeft een nieuwe collectie, de Deauville-collectie, gepresenteerd. Manutti, dat ook tuinmeubelen ontwerpt en verkoopt, heeft een ex parte verbod aangevraagd tegen Borek, omdat zij meende dat de Deauville-collectie inbreuk maakte op haar Gemeenschapsmodellen, waaronder de Kobo-collectie. De voorzieningenrechter heeft op 30 januari 2023 een ex parte beschikking gegeven, waarbij Borek werd bevolen om de inbreuk te staken.
Borek heeft vervolgens de voorzieningenrechter verzocht om deze ex parte beschikking te herzien. In de procedure heeft Borek betoogd dat de Gemeenschapsmodellen nietig zijn, omdat zij niet nieuw zijn en geen eigen karakter bezitten. Daarnaast stelde Borek dat de Deauville-collectie een andere algemene indruk wekt dan de Kobo-collectie, en dus geen inbreuk maakt op de modelrechten van Manutti.
De voorzieningenrechter heeft geoordeeld dat de Deauville-collectie inderdaad geen inbreuk maakt op de Gemeenschapsmodellen van Manutti. De rechter heeft vastgesteld dat de modulaire Deauville-collectie bij de geïnformeerde gebruiker een andere algemene indruk wekt dan de Gemeenschapsmodellen. De ex parte beschikking is herzien en het bevel aan Borek is vernietigd. Manutti is veroordeeld in de proceskosten van Borek, die zijn vastgesteld op € 15.782,73, te vermeerderen met wettelijke rente.