ECLI:NL:RBDHA:2023:4641
Rechtbank Den Haag
- Proces-verbaal
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van het beroep inzake terugkeerbesluit en inreisverbod
Op 7 februari 2023 heeft de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in de zaak van een eiser die een beroep had ingesteld tegen een terugkeerbesluit en inreisverbod dat door de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid was opgelegd. Het bestreden besluit, dat op 15 september 2022 was genomen, hield in dat de eiser een terugkeerbesluit en een inreisverbod voor de duur van twee jaar kreeg opgelegd. De eiser, geboren in 1999 en van Colombiaanse nationaliteit, was eerder in bewaring gesteld, maar deze maatregel was op 27 september 2022 opgeheven in verband met zijn uitzetting naar Colombia.
Tijdens de zitting op 7 februari 2023 is de eiser niet verschenen, terwijl de verweerder zich liet vertegenwoordigen door zijn gemachtigde. De rechtbank heeft vastgesteld dat de eiser in zijn beroepschrift van 12 oktober 2022 geen specifieke gronden heeft ingediend, zoals vereist op grond van artikel 6:5 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De rechtbank heeft de eiser op 13 oktober 2022 een herstelverzuimbrief gestuurd, waarin hij werd verzocht om binnen vier weken de gronden van het beroep in te dienen. De eiser heeft hier echter niet op gereageerd en ook geen reden voor het verzuim opgegeven.
De rechtbank heeft geconcludeerd dat de door de eiser aangevoerde reden voor beroep, namelijk het bestaan van familieleven in de Europese Unie en strijd met artikel 8 van het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens (EVRM), niet als serieuze beroepsgrond kan worden beschouwd. Aangezien de eiser geen gronden heeft ingediend ondanks de geboden mogelijkheden, heeft de rechtbank het beroep niet-ontvankelijk verklaard. Dit betekent dat het beroep niet inhoudelijk wordt behandeld en het bestreden besluit niet door de rechtbank wordt beoordeeld. Er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar uitgesproken door mr. P.J.M. Mol, rechter, in aanwezigheid van mr. S. Sari, griffier.