Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
[eiser] , eiser
Procesverloop
Overwegingen
[internetsite]
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 28 maart 2023 uitspraak gedaan in een asielprocedure van een Tunesische eiser. De eiser had een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning asiel, die door de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid was afgewezen als kennelijk ongegrond. De rechtbank heeft de zaak behandeld op zitting op 23 maart 2023, waarbij zowel de eiser als de verweerder zich lieten vertegenwoordigen door hun gemachtigden. De eiser stelde dat hij vanwege drugshandel in Tunesië niet veilig was en dat hij geen eerlijk proces zou krijgen door de corruptie en het ontslag van rechters in zijn land van herkomst.
De rechtbank overwoog dat Tunesië als veilig land van herkomst wordt aangemerkt volgens de Vreemdelingencirculaire en dat de eiser niet tot de uitzonderingscategorieën behoort. De rechtbank concludeerde dat de eiser niet aannemelijk had gemaakt dat hij persoonlijk niet veilig was in Tunesië. De rechtbank oordeelde dat de vrees van de eiser voor vervolging wegens drugshandel niet voldeed aan de criteria voor internationale bescherming, aangezien dit een commuun delict betreft en niet gerelateerd is aan asielgerelateerde gronden. De rechtbank verklaarde het beroep van de eiser ongegrond en bevestigde de afwijzing van de asielaanvraag door de Staatssecretaris.
De uitspraak is openbaar gemaakt op 28 maart 2023, en tegen deze uitspraak kan binnen één week hoger beroep worden ingesteld bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.