ECLI:NL:RBDHA:2023:4403

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
30 maart 2023
Publicatiedatum
31 maart 2023
Zaaknummer
C/09/643364 / KG ZA 23-161
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Kort geding
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vervangende toestemming voor wisseling basisschool, bso en huisarts in kort geding betreffende minderjarige

In deze zaak gaat het om een kort geding tussen de vader en moeder van de vierjarige minderjarige [zoon]. De ouders zijn niet langer partners en hebben afspraken gemaakt over de zorg voor hun kind. De moeder kampt echter met ernstige drugs- en drankproblematiek, wat heeft geleid tot een advies van Veilig Thuis dat [zoon] voorlopig bij de vader moet wonen. Sinds half februari 2023 woont [zoon] bij de vader in [woonplaats vader]. De voorzieningenrechter moet beslissen of [zoon] bij de vader kan blijven wonen en of hij in [woonplaats vader] naar school, bso en huisarts kan gaan.

De voorzieningenrechter oordeelt dat het in het belang van [zoon] is dat hij bij de vader blijft wonen en verleent vervangende toestemming voor inschrijving op basisschool Annie M.G. Schmidt en de bijbehorende buitenschoolse opvang. Ook wordt toestemming verleend voor inschrijving in de gemeenteregisters en bij de huisarts van de vader. De rechter stelt ook een voorlopige zorgregeling vast voor het contact tussen [zoon] en de moeder, waarbij [zoon] elke woensdag en om de week in het weekend bij de moeder kan zijn, onder begeleiding van een derde. Daarnaast is er een regeling voor videobellen op dinsdag en donderdag.

De voorzieningenrechter benadrukt dat de situatie van de moeder problematisch is en dat het nog onduidelijk is hoe lang [zoon] bij de vader zal moeten blijven wonen. De vader heeft een spoedeisend belang bij de verzoeken, gezien de huidige onhoudbare situatie. De rechter wijst de vorderingen van de moeder af en bepaalt dat beide partijen hun eigen proceskosten dragen.

Uitspraak

Rechtbank den haag

Team handel - voorzieningenrechter
zaak- / rolnummer: C/09/643364 / KG ZA 23-161
Vonnis in kort geding van 30 maart 2023
in de zaak van
[de vader], te [woonplaats vader] ,
eiser in conventie,
verweerder in reconventie,
advocaat mr. H. Plantenga te Amsterdam
tegen:
[de moeder]te [woonplaats moeder 1] ,
gedaagde in conventie,
eiseres in reconventie,
advocaat mr. C. de Jongh-Moolenaar te Sassenheim.
Partijen worden hierna ‘de vader’ en ‘de moeder’ genoemd.

1.Samenvatting

De partijen zijn de vader en moeder van de minderjarige [zoon] van vier jaar oud. Zij zijn geen partners meer van elkaar en hebben na het verbreken van hun relatie samen afspraken gemaakt hoe zij de zorg voor [zoon] verdelen. Op dit moment kampt de moeder met (forse) drugs- en drankproblematiek. Vanwege die problematiek heeft Veilig Thuis geadviseerd dat [zoon] voorlopig bij de vader in [woonplaats vader] moet wonen, wat sinds half februari 2023 het geval is. Deze zaak gaat over de vraag of [zoon] voorlopig bij de vader moet blijven wonen en in [woonplaats vader] naar school, bso, huisarts en zwemles mag gaan.
De voorzieningenrechter beslist dat [zoon] voorlopig bij de vader blijft wonen. [zoon] zal bij de vader op zijn adres worden ingeschreven en zal voortaan in [woonplaats vader] naar de basisschool, bso en huisarts gaan. Omdat [zoon] bij de vader blijft wonen neemt de voorzieningenrechter ook een beslissing over hoe het contact tussen [zoon] en de moeder er voorlopig uit zal zien. [zoon] zal elke woensdag en om de week in het weekend naar de moeder toe gaan, als zijn halfzusjes er ook zijn en er een derde bij aanwezig is. Aanvullend zullen [zoon] en de moeder elke dinsdag en donderdag om 18.30 met elkaar videobellen.
Hierna legt de rechter haar oordeel uit en wordt op een rij gezet op welke informatie ze zich baseert.
2. De informatie waar de voorzieningenrechter bij de beoordeling van uit is gegaan
2.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding, met producties 1 tot en met 8;
- de conclusie van antwoord, met eis in reconventie, met bijlage A tot en met D;
- productie 9 en 10 bij dagvaarding;
- de op 23 maart 2023 gehouden mondelinge behandeling, waar vonnis is bepaald op vandaag.
2.2.
Partijen hebben een affectieve relatie met elkaar gehad en zijn samen de ouders van de minderjarige [zoon] , geboren op [geboortedag] 2018 ( [zoon] ). Ouders dragen sinds 15 februari 2023 gezamenlijk het ouderlijk gezag over [zoon] .
2.3.
Partijen hebben samen afspraken gemaakt over de verdeling van de zorg van [zoon] nadat zij hun relatie hebben verbroken. Eerst was [zoon] in de weekenden bij de vader en in oktober 2022 spraken partijen af dat zij elk de helft van de tijd voor [zoon] zorgen.
2.4.
[zoon] gaat sinds dit schooljaar naar groep 1 van basisschool De Springplank in [woonplaats moeder 1] .
2.5.
De moeder heeft twee dochters uit een eerdere relatie, [dochter 1] van 12 jaar en [dochter 2] van 9 jaar. Ook heeft de moeder een nieuwe partner met wie zij samenwoont.
2.6.
Naar aanleiding van een melding door de politie in december 2022 is Veilig Thuis een onderzoek gestart naar de situatie bij de moeder. Veilig Thuis heeft in februari 2023 een schriftelijk advies gegeven. Daarin staat dat het voor de veiligheid van [zoon] , [dochter 1] en [dochter 2] van belang is dat zij voorlopig bij hun vaders gaan wonen. Dit omdat de moeder met drank- en drugsproblematiek kampt en er onvoldoende hulpverlening is voor de moeder. Veilig Thuis vindt het daarom niet veilig voor de kinderen om bij de moeder te blijven wonen op dit moment.
2.7.
Veilig Thuis vindt hulpverlening voor de moeder in het vrijwillig kader onvoldoende en zal de Raad voor de Kinderbescherming verzoeken om hulpverlening binnen een kinderbeschermingsmaatregel. Zolang het onderzoek nog loopt adviseert Veilig Thuis dat de kinderen bij hun vaders blijven wonen en het contact tussen de moeder en de kinderen wordt begeleid door een derde.
2.8.
Sinds half februari 2023 draagt de vader volledig de zorg over [zoon] .

3.Het geschil

De vordering van de vader (conventie)
3.1.
De vader vordert, zakelijk weergegeven, bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad:
I. [zoon] voorlopig toe te vertrouwen aan vader;
II. vervangende toestemming om [zoon] in te schrijven op basisschool Annie M.G. Schmidt, gevestigd aan de [adres school] , [woonplaats vader] ;
III. vervangende toestemming om [zoon] in te schrijven op de buitenschoolse opvang die gevestigd is in hetzelfde gebouw als basisschool Annie M.G. Schmidt
IV. vervangende toestemming om [zoon] in te schrijven op adres van vader in de gemeenteregisters;
V. vervangende toestemming te verlenen voor inschrijving van [zoon] op een sportclub of (zwem-)vereniging in [woonplaats vader] en bij de huisartsenpraktijk van vader;
VI. te bepalen dat deze vervangende toestemming strekt tot vervanging van de vereiste toestemming van de moeder.
3.2.
De vader vraagt dit aan de voorzieningenrechter omdat hij sinds februari de volledige zorg voor [zoon] draagt en het ernaar uitziet dat dit voorlopig ook zo zal blijven. Het is voor de vader niet haalbaar om [zoon] elke dag vanuit [woonplaats vader] naar [woonplaats moeder 1] te brengen en halen van school. De reistijd is lang en vader krijgt dit niet rond met zijn werk. Hij vangt [zoon] met liefde op, maar de situatie waarin de vader plots voltijds verzorger is vraagt veel van hem. Door [zoon] in [woonplaats vader] naar school te laten gaan, te laten sporten en daar zijn huisarts te hebben komt er meer rust en stabiliteit in het dagelijks leven en kan de vader een beroep doen op zijn netwerk in [woonplaats vader] om hem te ondersteunen. Daar zijn zowel [zoon] als de vader bij gebaat.
3.3.
De moeder voert verweer tegen wat de vader vordert, daar zal de voorzieningenrechter onder het kopje ‘beoordeling’ op ingaan.
De vordering van de moeder (reconventie)
3.4.
De moeder vordert, zakelijk weergegeven, bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad:
  • als [zoon] tijdelijk aan de zorg van vader wordt toevertrouwd een voorlopige zorgregeling tussen [zoon] en moeder vast te stellen met de volgende inhoud: dat vader [zoon] elke zondag, met ingang van zondag 26 maart 2023, om 14:00 naar moeder brengt en om 18:00 uur daar weer ophaalt;
  • en voorts te bepalen dat moeder, als [zoon] tijdelijk aan de zorg van vader wordt toevertrouwd, conform het advies met VT, door vader in de gelegenheid gesteld wordt om, met ingang van 23 maart 2023, elke dag even met [zoon] te bellen rond 19:00 uur.
3.5.
De moeder vraagt dit aan de voorzieningenrechter omdat zij wil dat [zoon] weer bij haar komt wonen. De moeder heeft hulp ingeschakeld vanuit de gemeente en zal haar leven gaan beteren. Als [zoon] nog niet direct bij haar mag komen wonen dan wil de moeder dagelijks contact met hem via videobellen om hem even gedag te kunnen zeggen. Ook is het belangrijk dat zij [zoon] elke week ziet als zijn halfzusjes ook bij de moeder zijn. Zo kan deze moeilijke maar tijdelijke periode worden overbrugd tot [zoon] weer bij de moeder komt wonen.
3.6.
De vader voert verweer tegen wat de moeder vordert, daar zal de voorzieningenrechter onder het kopje ‘beoordeling’ op ingaan.

4.De beoordeling

4.1.
Omdat de vorderingen van de ouders nauw met elkaar samenhangen worden ze hierna gezamenlijk besproken.
Hoe lang duurt de tijdelijke situatie?
4.2.
Waar het in deze zaak vooral om gaat is hoe lang de huidige situatie zal blijven duren, waarbij [zoon] niet bij de moeder in [woonplaats moeder 1] kan wonen. Op dit moment woont [zoon] bij de vader in [woonplaats vader] . De vader denkt dat dit nog een tijdje zo zal blijven, de moeder zegt dat de situatie over vier maanden weer bij de oude zal zijn. Partijen zijn het er over eens dat wanneer de situatie weer bij de oude is zij weer elk de helft van de tijd voor [zoon] zorgen.
4.3.
De voorzieningenrechter is van oordeel dat de problematische situatie van de moeder niet binnen een paar maanden opgelost zal zijn, hoezeer dat de moeder ook gegund wordt. Daarbij speelt het rapport van Veilig Thuis dat een paar weken geleden werd uitgebracht een belangrijke rol. Veilig Thuis vindt het nu niet veilig voor [zoon] om zonder begeleiding bij de moeder te zijn. Het is nog niet duidelijk hoe lang het duurt voor het weer veilig is voor [zoon] om de helft van de tijd bij de moeder te kunnen wonen. Dat heeft een aantal redenen. Eerdere hulpverlening in het kader van ambulante spoedhulp kwam niet van de grond en het is niet duidelijk of de aanstaande vrijwillige hulpverlening wel het gewenste resultaat zal hebben. Daarbij komt dat Veilig Thuis vrijwillige hulpverlening niet genoeg vindt en daarom de Raad van de Kinderbescherming heeft gevraagd om een onderzoek te doen. Zo lang dat onderzoek loopt blijft het advies dat de kinderen van de moeder bij hun vaders blijven wonen, dus ook [zoon] . Tien dagen voor de mondelinge behandeling in deze zaak, op 13 maart 2023, had de moeder een psychose. Zij stelt dat dit eenmalig was, dat het niet nogmaals zal gebeuren en dat zij alles in het werk stelt om weer gezond te worden. De voorzieningenrechter twijfelt niet aan de intentie van de moeder om aan haar verslaving te werken, maar kan niet vertrouwen op haar toezeggingen. Daarvoor heeft de moeder onvoldoende laten blijken dat ze de ernst van de situatie en haar eigen aandeel daarin onder ogen ziet.
4.4.
Dat betekent dat de voorzieningenrechter ervan uitgaat zal [zoon] voorlopig bij de vader zal blijven wonen en de vader de volledige zorg voor [zoon] op zich blijft nemen. Door de grote afstand van [woonplaats vader] naar de basisschool in [woonplaats moeder 1] vraagt dit dagelijks veel van de vader. Dit heeft ook invloed op [zoon] . De vader heeft daarom spoedeisend belang bij wat hij vraagt in deze procedure.
4.5.
Een kort geding procedure is bedoeld voor tijdelijke maatregelen. De toestemming die de vader vraagt voor een schoolwissel heeft een groot effect op het leven van [zoon] en het is niet gebruikelijk om zulke beslissingen in een kort gedingprocedure te nemen. De voorzieningenrechter vindt de situatie echter onhoudbaar en het is van groot belang dat er snel meer rust en regelmaat in het leven van [zoon] komt in deze roerige periode. Vooral omdat het ernaar uitziet dat deze situatie, waarbij [zoon] voltijds bij de vader woont, voorlopig zo zal blijven.
School, bso, huisarts en inschrijving in het gemeente register
4.6.
De voorzieningenrechter zal vervangende toestemming aan de vader verlenen om [zoon] in te schrijven op de basisschool Annie M.G. Schmidt in [woonplaats vader] en de bso in datzelfde gebouw. Ook wordt vervangende toestemming verleend om [zoon] bij de vader in de gemeenteadministratie en huisarts in te schrijven. Op deze manier kan de vader de zorg voor [zoon] dragen en waar nodig een beroep doen op zijn sociale netwerk in [woonplaats vader] om hem daarbij te ondersteunen.
4.7.
De wisseling van school, en daarmee een deel van het sociale leven van [zoon] , werpt zijn schaduw vooruit, daar is de voorzieningenrechter van bewust. Toch wordt de impact van deze beslissing enigszins beperkt omdat de ouders in de toekomst elk de helft van de tijd voor [zoon] willen zorgen en de vader heeft toegezegd om de moeder te ondersteunen in het halen en brengen als [zoon] op termijn weer naar de moeder toe kan.
Sport / zwemles
4.8.
Voor inschrijving van [zoon] op een sport of zwemles in [woonplaats vader] zal de voorzieningenrechter geen toestemming verlenen. De vader heeft onvoldoende duidelijk gemaakt waarom dit met spoed in een kort geding moet worden beslist.
Het contact tussen de moeder en [zoon]
4.9.
Omdat [zoon] voorlopig bij de vader blijft wonen zal de voorzieningenrechter ook een beslissing nemen over het contact tussen [zoon] en de moeder. Het is belangrijk dat [zoon] regelmatig contact blijft hebben met de moeder. Veilig Thuis acht dit ook van belang, maar adviseert daarbij dat een derde erbij moet zijn wanneer [zoon] bij de moeder is. De vader heeft aangeboden dat [zoon] elke woensdagmiddag en om de week een middag in het weekend bij de moeder kan zijn, en op dinsdag en donderdag met de moeder kan videobellen. De moeder wil het liefst dat zij elke dag met [zoon] kan videobellen en dat [zoon] elk weekend een dag naar haar toe komt. Elke dag videobellen en elk weekend naar de moeder vindt de voorzieningenrechter in deze situatie te veel, het is van belang dat er ook weekenden en avonden zijn waarin [zoon] rust heeft. De voorzieningenrechter vindt het voorstel van de vader redelijk en zal bepalen dat het contact tussen de moeder en [zoon] voorlopig als volgt zal zijn:
  • elke woensdag van 15.00 tot 17.00, wanneer de halfzusjes van [zoon] ook bij de moeder zijn en onder begeleiding van een derde;
  • om de week op een weekenddag van 14.00 tot 17.00, op de dag dat de halfzusjes van [zoon] ook bij de moeder zijn en onder begeleiding van een derde;
  • elke dinsdag en donderdag via videobellen om 18.30.
De kosten van deze zaak
4.10.
Omdat partijen samen de ouders zijn van [zoon] wordt bepaald dat zij beiden hun eigen proceskosten dragen.

5.De beslissing

De voorzieningenrechter:
in conventie
5.1.
verleent de vader toestemming, die de toestemming van de moeder vervangt om de minderjarige [zoon] , geboren op [geboortedag] 2018:
  • in te schrijven op basisschool Annie M.G. Schmidt, gevestigd aan de [adres school] , [woonplaats vader] ;
  • in te schrijven op de buitenschoolse opvang die gevestigd is in hetzelfde gebouw als basisschool Annie M.G. Schmidt;
  • in te schrijven op adres van vader in de gemeenteregisters;
  • in te schrijven bij de huisartsenpraktijk van vader;
5.2.
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad;
5.3.
bepaalt dat iedere partij de eigen kosten draagt;
5.4.
wijst af het meer of anders gevorderde;
in reconventie
5.5.
bepaalt een voorlopige zorgregeling waarbij [zoon] en de moeder contact hebben:
  • elke woensdag van 15.00 tot 17.00, wanneer de halfzusjes van [zoon] ook bij de moeder zijn en onder begeleiding van een derde;
  • om de week op een weekenddag van 14.00 tot 17.00, op de dag dat de halfzusjes van [zoon] ook bij de moeder zijn en onder begeleiding van een derde;
  • elke dinsdag en donderdag via videobellen om 18.30;
5.6.
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad;
5.7.
bepaalt dat iedere partij de eigen kosten draagt;
5.8.
wijst af het meer of anders gevorderde.
Dit vonnis is gewezen door mr. C. de Jong-Kwestro en in het openbaar uitgesproken op 30 maart 2023.
km