ECLI:NL:RBDHA:2023:435
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek tot ondertoezichtstelling van minderjarige in een complexe gezinssituatie
In deze zaak heeft de kinderrechter op 6 januari 2023 uitspraak gedaan over het verzoek tot ondertoezichtstelling van een minderjarige, ingediend door de Raad voor de Kinderbescherming. Het verzoek was gebaseerd op zorgen over de thuissituatie van de minderjarige, die opgroeit in een stressvolle omgeving met conflicten tussen de moeder en de stiefmoeder. De Raad stelde dat er een ernstige ontwikkelingsbedreiging was, maar de kinderrechter oordeelde dat de zorgen onvoldoende waren om een ondertoezichtstelling te rechtvaardigen. De minderjarige ontwikkelt zich goed, heeft een goede band met beide ouders en vertoont geen zorgelijke signalen op school. De ouders zijn in staat om constructief met elkaar te communiceren en afspraken te maken over de opvoeding van de minderjarige. De kinderrechter concludeerde dat de gronden voor een ondertoezichtstelling niet aanwezig waren en wees het verzoek af. De beschikking is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken, met de mogelijkheid voor hoger beroep binnen drie maanden.