Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
[Naam], eiser
de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
www.rechtspraak.nl.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 22 maart 2023 uitspraak gedaan in een beroep tegen een terugkeerbesluit en een inreisverbod dat was opgelegd aan eiser, die de Surinaamse nationaliteit heeft en niet rechtmatig in Nederland verblijft. Eiser had op 30 januari 2023 een terugkeerbesluit en een inreisverbod voor de duur van twee jaar ontvangen. Eiser heeft beroep ingesteld tegen dit besluit, waarbij hij werd bijgestaan door zijn gemachtigde.
De rechtbank heeft vastgesteld dat het beroep tegen het terugkeerbesluit niet-ontvankelijk is, omdat het terugkeerbesluit onverplicht was genomen en geen rechtsgevolgen had. Eiser had eerder al een aanvraag voor een verblijfsvergunning afgewezen gekregen, wat ook een terugkeerbesluit inhield. De rechtbank heeft echter geoordeeld dat het inreisverbod onvoldoende gemotiveerd was. Eiser had aangegeven dat hij acht kinderen in Nederland heeft, maar deze omstandigheden waren niet expliciet meegewogen in de besluitvorming van verweerder.
De rechtbank heeft geconcludeerd dat het inreisverbod in strijd was met de artikelen 3:2 en 3:46 van de Algemene wet bestuursrecht, omdat het niet zorgvuldig was voorbereid en niet deugdelijk gemotiveerd. Daarom heeft de rechtbank het beroep tegen het inreisverbod gegrond verklaard en het bestreden besluit vernietigd. Tevens is verweerder veroordeeld in de proceskosten van eiser, die zijn vastgesteld op € 1.674,-. De uitspraak is gedaan door mr. J.F.I. Sinack, rechter, en is openbaar gemaakt.