ECLI:NL:RBDHA:2023:3656
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om voorlopige voorziening in asielzaak zonder connexiteit
Op 21 maart 2023 heeft de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in de zaak NL23.5972, waarin de voorzieningenrechter, mr. C.H. de Groot, het verzoek om een voorlopige voorziening heeft afgewezen. De zaak betreft een verzoeker van Surinaamse nationaliteit, die zijn asielaanvraag had ingediend. In het bestreden besluit van 22 februari 2023 heeft de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid de asielaanvraag van verzoeker afgewezen als kennelijk ongegrond, waarbij een vertrektermijn werd onthouden en een inreisverbod werd opgelegd.
Verzoeker heeft tegen dit besluit beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening. De partijen hebben toestemming gegeven om uitspraak te doen zonder zitting, waarna de voorzieningenrechter het onderzoek heeft gesloten. In een eerdere uitspraak, zaaknummer NL23.5971, heeft de rechtbank het beroep van verzoeker niet-ontvankelijk verklaard. Hierdoor was er geen sprake meer van connexiteit tussen de zaken, wat leidde tot de afwijzing van het verzoek om een voorlopige voorziening.
De voorzieningenrechter heeft tevens bepaald dat verzoeker geen proceskostenvergoeding ontvangt. De uitspraak is openbaar gemaakt via een geanonimiseerde publicatie op rechtspraak.nl en er staat geen hoger beroep of verzet open tegen deze uitspraak.