ECLI:NL:RBDHA:2023:3354

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
10 maart 2023
Publicatiedatum
16 maart 2023
Zaaknummer
NL23.3460
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Vreemdelingenrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek om voorlopige voorziening in asielzaak met betrekking tot Dublinverordening

In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 10 maart 2023 uitspraak gedaan in een verzoek om een voorlopige voorziening in het kader van een asielaanvraag. De verzoeker, vertegenwoordigd door zijn gemachtigde mr. N. Hamzaoui, had beroep ingesteld tegen een besluit van de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, waarin de asielaanvraag niet in behandeling werd genomen op de grond dat Frankrijk verantwoordelijk was voor de behandeling van de aanvraag. Dit besluit was genomen op 3 februari 2023.

De voorzieningenrechter heeft het verzoek om een voorlopige voorziening behandeld op 8 maart 2023, waarbij de verzoeker aanwezig was met zijn gemachtigde en een tolk, T.J. Hussain. De staatssecretaris was vertegenwoordigd door zijn gemachtigde, mr. F.A. van den Berg. Tijdens de zitting is het verzoek om voorlopige voorziening besproken in samenhang met een andere zaak (NL23.3459), waarin de rechtbank het beroep ongegrond heeft verklaard.

De voorzieningenrechter heeft geconcludeerd dat het verzoek om voorlopige voorziening ongegrond is, omdat het beroep in de andere zaak ook ongegrond is verklaard. Er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan door mr. K.M. de Jager en is openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie. Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Middelburg
Bestuursrecht
zaaknummer: NL23.3460

uitspraak van de voorzieningenrechter in de zaak tussen

[naam verzoeker], verzoeker

V-nummer: [V-nummer]
(gemachtigde: mr. F.A. van den Berg),
en

de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder

(gemachtigde: mr. N. Hamzaoui).

Procesverloop

Bij besluit van 3 februari 2023 (het bestreden besluit) heeft verweerder de asielaanvraag van verzoeker niet in behandeling genomen op de grond dat Frankrijk verantwoordelijk is voor de behandeling daarvan.
Verzoeker heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld. Hij heeft verder de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen.
De voorzieningenrechter heeft het verzoek, tezamen met de zaak NL23.3459, op 8 maart 2023 op zitting behandeld. Verzoeker is verschenen, bijgestaan door zijn gemachtigde. Als tolk is verschenen T.J. Hussain. Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde.

Overwegingen

1. Bij uitspraak van vandaag, zaaknummer NL23.3459, heeft de rechtbank het beroep waarop dit verzoek om een voorlopige voorziening betrekking heeft ongegrond verklaard. Om die reden zal het verzoek als ongegrond worden afgewezen.
2. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af.
Deze uitspraak is gedaan door mr. K.M. de Jager, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr. S.D.C.J. Verheezen, griffier, en openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op
www.rechtspraak.nl.
De uitspraak is bekendgemaakt op:
Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.