Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
eisende partij in conventie,
gemachtigde: mr. M.P. Harten,
gedaagde partij in conventie,
gemachtigde: mr. M. van den Oord,
1.Procedure
- de dagvaarding van 8 september 2022;
- de conclusie van antwoord tevens houdende eis in reconventie;
- de in het geding gebrachte producties.
2.Feiten
“Wij hebben vernomen dat er meldingen zijn gemaakt van overlast van onze buren van [adres 1] . Graag wil ik vanuit ons, bewoners van [adres 3] , aangeven dat wij ons hierin niet kunnen vinden. Uiteraard horen wij zo nu en dan muziek die wordt afgespeeld, voornamelijk in de zomermaanden. Echter is dit niet met regelmaat, altijd op schappelijk tijden en ook zeker niet tot overlast te bestempelen. Daarbij is dit afkomstig vanuit alle buren, niet alleen de buren van [adres 1] . (…)”
“(…) Wij kennen mevrouw [eiseres] sinds 6 jaar. (…) Wij leven al 6 jaar in vrede in deze buurt, daarnaast hebben wij samen als buren alleen positieve ervaringen. (…) Dankzij haarlieve kinderen kunnen onze kinderen ook buurtvriendjes maken, veilig met elkaar spellen en het belangrijkste elkaar respecteren ondanks de afkomt en het geloof. (…) Op het moment dat er een melding wordt gedaan (…) moet eerst de centrale vraag beantwoorden: hoe komt het dat na 6 jaar woonachtig in deze buurt dat er twee meldingen ingediend worden in een korte termijn? Wij hebben tot heden geen probleem gehad met mevrouw [eiseres] . Zij is vriendelijk en behulpzaam. (…) Wij zijn haar naaste buren, wij ervaren totaal geen geluidsoverlast. (…)”
“(…) Hoewel wij elkaar niet echt goed kennen, kan ik wel vertellen wat mij indrukken zijn. Ik zie haar als een moeder die goed voor haar kinderen zorgt, zéér oplettend is en zorgzaam, zorgt dat zij zich sociaal gedragen met de buurkinderen, respect hebben voor elkaar. (…) De beschuldiging verbaast mij dus.”
“Bij deze is politie gebeld en geluid opnames opgenomen je krijgt binnenkort een brief van advocaat van staedion (…) wordt hopelijk uit je huis gezet (…) ik bouw een dossiers op (….) je komt er wel achter maak niet uit heb meer in handen dan jou dombo (….) over een jaar ben je eruit geloof me maar (…) jij komt open ten duur op straat te staan (…) je komt je zelf wel tegen als je op straat komt te staan met je 3 kids”en
“ze komen zo geen probleem jij denkt dat je slim bent jij komt binnen een jaar op straat te staan. Wie het laatst lacht lach het hardst. Mijn leidinggevende werkt bij politie dus jammer joh (…) ik bouw iets op jij niet jij wordt er uit gezet (…) vraag je ex wel welke instanties je loopt ”.[eiseres] antwoordt:
“Kom nu naar buiten. Dan praten eve”.
“Je bent echt zielig dat jij [betrokkene 1] een vrouw laat slaat, waar was jij?”[betrokkene 2] antwoordt:
“Houdt je bek”
“Hadden geen reden om te reageren. Wij nooit overlast ondervonden van de buren op [adres 1] . Integendeel: het zijn lieve buren.”
“Ik hoop dat mevrouw [eiseres] met haar lieve kinderen in hun eigen huis mogen blijven wonen en dat (…) [betrokkene 2] (…) [betrokkene 1] een andere woning toegewezen krijgen in een andere buurt.”
3.Vordering, grondslag en verweer
4.Beoordeling
“ten zeerste inspant”om [eiseres]
“spoedig te laten verhuizen”. Daarmee wekt zij de indruk toch vooral [betrokkene 1] en [betrokkene 2] tevreden te willen houden, ondanks dat zij ervan op de hoogte is dat er sprake is geweest van een ernstig incident.
aan de buitenzijdevan het gehuurde kan hiervan worden afgeweken ten nadele van de huurder in die zin, dat daarvoor toestemming van de verhuurder kan worden verlangd (artikel 7:215 lid 6 BW). Vast staat dat [eiseres] niet over die toestemming beschikt, zodat in beginsel sprake is van overtreding van artikel 9.1 van de Algemene Huurvoorwaarden.