Uitspraak
REchtbank den haag
Gemeente Krimpenerwaard,
Rechtbank Den Haag
In deze civiele zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Den Haag op 30 maart 2023 uitspraak gedaan in een geschil tussen een eiser en de Gemeente Krimpenerwaard. De eiser, een vrouw geboren in 1962, vorderde een schadevergoeding van € 10.000,= van de Gemeente, omdat zij op 23 januari 2021 met haar e-bike ten val was gekomen door een opstaande stalen rand van twee centimeter hoog langs de rijbaan op de dijk langs de Lek/Nieuwe Maas te Krimpen aan den Lek. De eiser stelde dat de Gemeente aansprakelijk was voor haar schade op grond van artikel 6:174 BW en artikel 6:162 BW, omdat zij niet had gewaarschuwd voor de gevaarlijke situatie van de rand, die niet zichtbaar was vanaf de fiets.
De Gemeente betwistte de aansprakelijkheid en voerde aan dat zij maatregelen had genomen om de veiligheid te waarborgen, waaronder het plaatsen van een waarschuwingsbord en het opruwen van de rand. De Gemeente stelde dat de situatie na deze aanpassingen niet gevaarlijk was en dat de eiser zelf verantwoordelijk was voor het hoogteverschil, waarvoor zij gewaarschuwd was. De kantonrechter oordeelde dat de Gemeente met de genomen maatregelen de kans op ongevallen had gereduceerd tot (vrijwel) nihil en dat de eiser zelf een ongelukkige stuurbeweging had gemaakt, waardoor zij ten val was gekomen. De vorderingen van de eiser werden afgewezen, en zij werd veroordeeld in de kosten van de procedure.