ECLI:NL:RBDHA:2023:21651

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
14 december 2023
Publicatiedatum
25 januari 2024
Zaaknummer
C/09/641323 / FA RK 23-321
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Beschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Herroeping van een Nederlandse adoptie en vaststelling van geboortegegevens

In deze zaak heeft de rechtbank Den Haag op 14 december 2023 een beschikking gegeven inzake de herroeping van een adoptie en de vaststelling van geboortegegevens van verzoekster, die in Zuid-Korea is geboren. Verzoekster heeft verzocht om de adoptie, uitgesproken in 1984 door de rechtbank [plaats02], te herroepen. De rechtbank heeft vastgesteld dat er misstanden zijn geweest rondom de adoptie, waaronder het feit dat verzoekster te vondeling is gelegd. De rechtbank heeft op basis van artikel 8 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM) besloten om af te wijken van de termijn in artikel 1:231 van het Burgerlijk Wetboek (BW) voor het indienen van een herroepingsverzoek. De rechtbank heeft geoordeeld dat de herroeping in het kennelijk belang van verzoekster is en dat de belangen van anderen niet worden geschaad. Daarnaast heeft de rechtbank de geslachtsnaam van verzoekster na herroeping van de adoptie vastgesteld en haar geboortegegevens vastgesteld, aangezien er geen geboorteakte beschikbaar was. De rechtbank heeft ook de voornaam van verzoekster gewijzigd in een naam die haar verbindt met haar Koreaanse afkomst. De beschikking is gegeven door rechter A.M. Brakel, bijgestaan door griffier V. van den Hoed-Koreneef.

Uitspraak

Rechtbank DEN HAAG
Enkelvoudige kamer
Rekestnummer: FA RK 23-321
Zaaknummer: C/09/641323
Datum beschikking: 14 december 2023
Beschikkingop het op 17 januari 2023 ingekomen en op 14 november 2023 aangepaste verzoekschrift van:

[naam01] ,

verzoekster,
wonende te [woonplaats01] ,
advocaat mr. E.P.J. Appelman te Alkmaar.
Als belanghebbende wordt aangemerkt:

de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente [plaats01] ,

zetelend te [plaats01] ,
de ambtenaar.

Procedure

De rechtbank heeft kennisgenomen van de stukken, waaronder:
- het verzoekschrift, met bijlagen;
- het F9-formulier van 19 januari 2023 van de zijde van verzoekster;
- het F9-formulier van 1 maart 2023 van de zijde van verzoekster;
- de brieven van 24 april 2023 en 17 mei 2023 van de ambtenaar;
- het mailbericht van 28 juli 2023 van verzoekster;
- het mailbericht van 18 augustus 2023 van verzoekster;
- het F9-formulier van 1 september 2023 van de zijde van verzoekster;
- het F9-formulier van 18 oktober 2023 van de zijde van verzoekster;
- het F9-formulier van 2 november 2023, met bijlage, van de zijde van verzoekster;
- de brief van 3 november 2023 met bijlagen, van de zijde van verzoekster;
- de brief van 9 november 2023 van de ambtenaar;
- het F9-formulier van 14 november 2023 van de zijde van verzoekster.

Verzoek

Het verzoekschrift strekt ertoe dat de rechtbank:
de adoptie-uitspraak van [beschikkingsdatum01] 1984 van de rechtbank [plaats02] herroept;
verstaat dat verzoekster ingevolge de herroeping van voormelde uitspraak de geslachtsnaam “ [geslachtsnaam01] ” draagt;
de geboortegegevens van verzoekster vaststelt;
de voornaam van verzoekster wijzigt in “ [voornaam01] ”, zodat zij uiteindelijk zal zijn geheten: “ [naam02] ”

Feiten

  • Op [datum01] 1983 is te [plaats03] , Zuid-Korea, een verklaring ondertekend waaruit blijkt dat verzoekster te vondeling is gelegd bij het [bedrijf01] te [plaats03] , Zuid-Korea. In deze verklaring wordt verzoekster [naam03] genoemd
  • Op [datum02] 1983 is door [bedrijf01] voormeld instemming gegeven met de uitreis van verzoekster ter adoptie door Nederlandse pleegouders. In dit document wordt verzoekster [naam03] genoemd.
  • Bij vonnis van [beschikkingsdatum01] 1984 van de rechtbank [plaats02] is de adoptie van [naam03] , geboren te [geboorteplaats01] , Zuid-Korea, op [geboortedatum01] 1983, door haar adoptiefouders [naam04] en [naam05] , uitgesproken. Door de adoptie verkreeg verzoekster de geslachtsnaam “ [geslachtsnaam02] ”. Bij de adoptie is de voornaam van verzoekster gewijzigd van “ [naam03] ” in “ [voornaam03] ”. De adoptieakte is op [datum03] 1984 ingeschreven in de registers van de gemeente [plaats01] onder het nummer [nummer01] van het jaar 1984.
  • In het register van de ambtenaar komt geen geboorteakte van verzoekster voor.
  • De adoptiefouders van verzoekster zijn beiden overleden; [naam05] op [datum overlijden01] 2003 en [naam04] op [datum overlijden02] 2018.
  • Bij beschikking van [beschikkingsdatum02] 2019 van de rechtbank [plaats04] is de voornaam van verzoekster gewijzigd van “ [voornaam03] ” in “ [voornaam04] ”.
  • Verzoekster is in de Basisregistratie personen (Brp) ingeschreven als: [naam01] , geboren op [geboortedatum01] 1983 te [geboorteplaats01] , Zuid-Korea.
  • Blijkens een op [datum04] 2023 door de Ambassade van de Republiek van Korea te Nederland verstrekt afschrift is op [datum05] 1983 in het Familieregister, basis registerplaats [plaats] (Zuid-Korea), geregistreerd: [naam06] , geboren op [geboortedatum01] 1983, moeder: [moeder01] . Dit door de Ambassade van de Republiek van Korea maakt melding van een uitschrijving van [naam06] , die op [datum06] 1983 in het Familieregister als baby is gevonden.

Beoordeling

Herroeping adoptie
Rechtsmacht, relatieve bevoegdheid en toepasselijk recht
Op grond van artikel 3 Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv) komt, omdat verzoekster haar woonplaats in Nederland heeft, aan de Nederlandse rechter rechtsmacht toe.
Verzoekster heeft deze rechtbank verzocht om haar verzoek tot herroeping van de adoptie, gelet op de daarmee door haar gedane samenhangende verzoeken, in behandeling te nemen. Deze rechtbank zal om die reden de behandeling van deze zaak niet naar een andere rechtbank verwijzen.
Op grond van artikel 10:105 van het Burgerlijk Wetboek (BW) is op de herroeping van een in Nederland uitgesproken adoptie het Nederlands recht van toepassing. Derhalve is op het vonnis van de rechtbank [plaats02] van [beschikkingsdatum01] 1984 het Nederlandse recht van toepassing.
Op grond van artikel 1:231 lid 1 van BW kan de adoptie door een uitspraak van de rechtbank op verzoek van de geadopteerde worden herroepen. Op grond van lid 2 kan een verzoek tot herroeping van de adoptie alleen worden toegewezen, indien de herroeping in het kennelijk belang van de geadopteerde is, de rechter van de redelijkheid de herroeping in gemoede overtuigd is, en het verzoek is ingediend niet eerder dan twee jaren en niet later dan vijf jaren na de dag waarop de geadopteerde meerderjarig is geworden.
Ontvankelijkheid
Vaststaat dat de termijn voor de indiening van het verzoek tot herroeping van de adoptie inmiddels is verstreken. Verzoekster verklaart hierover dat het in stand laten van de adoptie in strijd is met artikel 8 van het Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden (EVRM). Voor het verwerken van de traumatische jeugd van verzoekster is het namelijk van groot belang dat verzoekster de adoptie door de adoptiefouders kan laten herroepen.
Op grond van artikel 8 EVRM heeft een ieder recht op respect voor zijn privéleven en zijn familie- en gezinsleven. Geen inmenging van enig openbaar gezag is toegestaan in de uitoefening van dit recht, dan voor zover bij de wet is voorzien en in een democratische samenleving noodzakelijk is in het belang van de nationale veiligheid, de openbare veiligheid of het economisch welzijn van het land, het voorkomen van wanordelijkheden en strafbare feiten, de bescherming van de gezondheid of de goede zeden of voor de bescherming van de rechten en vrijheden van anderen.
De rechtbank overweegt dat in het onderhavige geval de herroepping van de adoptie rechtstreeks betrekking heeft op de uitoefening van het recht op respect voor het privéleven van verzoekster. Dat betekent dat de rechtbank dient te beoordelen of – op basis van artikel 8 EVRM – kan worden afgeweken van de termijn in artikel 1:231 BW. Deze termijn is in de wet opgenomen om de rechtszekerheid te kunnen waarborgen en om de belangen te beschermen van de betrokkenen in die van toepassing zijnde wettelijke bepalingen. In het onderhavige geval is de rechtbank van oordeel dat de bescherming van de hiervoor genoemde belangen, rechten en vrijheden van anderen gewaarborgd blijven indien voorbij wordt gegaan aan de in artikel 1:231 BW gestelde termijn. Ook is niet gebleken dat de belangen van anderen worden geschaad bij het niet hanteren van de termijn. Ook de rechtszekerheid, veiligheid of het economische welzijn is in dit geval niet in het geding als het verzoek in behandeling wordt genomen ondanks het verstrijken van de termijn. Gelet op het voorgaande acht de rechtbank verzoekster ontvankelijk in haar verzoek.
Inhoudelijke beoordeling
Verzoekster stelt dat rond de adoptie uit Zuid-Korea sprake is geweest van een misstand omdat zij beweerdelijk te vondeling zou zijn gelegd. Zij is bekend geworden met het gegeven dat de relevante adoptiedocumenten werden vervalst. Zo is de biologische vader van verzoekster onbekend en heeft hij om die reden nimmer toestemming kunnen geven voor een adoptie. Haar biologische moeder zou voor de adoptie wel haar toestemming hebben verleend. Verzoekster twijfelt echter aan de mate van vrijheid die haar moeder in dat verband heeft gehad en of haar moeder over de adoptie juist geïnformeerd was. Een en ander is voor verzoekster niet verifieerbaar aangezien de [bedrijf01] de relevante adoptiepapieren niet meer bezitten of vrij wensen te geven. Gelet op de omstandigheden rond haar adoptie en haar wens om haar oorspronkelijke identiteit te herstellen wenst verzoekster de familieband met wijlen haar adoptiefouders in Nederland te verbreken. Zij heeft daarbij geen materiele of onedele motieven. Zij voert aan dat ze bij haar adoptiefouders is opgegroeid binnen een ingrijpende gezinssituatie. Zij had een zeer slechte band met haar adoptiefouders en ook met de familie van haar adoptiefouders was de band niet goed. Rond december 2016 heeft zij dan ook om die reden het contact met haar adoptief vader verbroken. Met de familie van haar adoptiefouders heeft zij geen enkel contact.
De ambtenaar is ten aanzien van het verzoek tot herroeping van de adoptie geen belanghebbende en heeft zich dientengevolge niet uitgelaten over dit verzoek. Bij brief van 9 november 2023 heeft de ambtenaar evenwel opgemerkt dat in het afgegeven afschrift van het uitschrijven uit het Familieregister een discrepantie in de schrijfwijze van de voornamen van verzoekster voorkomt, nu haar voornamen in dat afschrift zijn opgenomen als “ [voornaam05] ” terwijl uit de adoptieakte, die voorkomt in het register van de ambtenaar onder aktenummer [nummer01] van het jaar 1984, blijkt dat de oorspronkelijke voornaam “ [oorspronkelijke voornaam01] ” is. De ambtenaar verzoekt de rechtbank een last tot verbeteren van de adoptieakte te geven, zodat de oorspronkelijke voornaam in de adoptieuitspraak verbeterd wordt van “ [oorspronkelijke voornaam01] ” in “ [voornaam05] ”.
De rechtbank zal verstaan dat waar verzoekster in de adoptieakte in het register van de ambtenaar “ [oorspronkelijke voornaam01] ” is genoemd, dient te worden gelezen “ [voornaam05] ” en zal de ambtenaar gelasten deze in die zin te verbeteren.
Uit hetgeen uit het dossier en ter zitting naar voren is gekomen is naar het oordeel van de rechtbank voldoende gebleken dat de herroeping van de adoptie in het kennelijk belang is van verzoekster en dat is voldaan aan de vereisten van artikel 1:231 BW. De rechtbank wijst dan ook het verzoek toe, in die zin dat de bij beschikking van de rechtbank [plaats02] van
[beschikkingsdatum01] 1984 uitgesproken adoptie naar Nederlands recht van verzoekster zal worden herroepen.
Geslachtsnaam
Verzoekster heeft verzocht te verstaan dat ingevolge de herroeping van de adoptie zij de geslachtsnaam “ [geslachtsnaam01] ” draagt.
De rechtbank overweegt als volgt.
Door de herroeping van de adoptie houdt de familierechtelijke betrekking tussen verzoekster enerzijds en de adoptiefouders en hun bloedverwanten anderzijds op te bestaan. Dat betekent dat, zodra een adoptie wordt herroepen, de situatie zoals die voor de adoptie was herleeft. Verzoekster krijgt dientengevolge weer als geslachtsnaam “ [geslachtsnaam01] ”.
Nu de ambtenaar schriftelijk heeft meegedeeld dat de keuze van verzoekster in de te nemen beschikking door de rechtbank dient te worden vermeld, beslist de rechtbank als volgt.

Vaststellen geboortegegevens

Rechtsmacht, relatieve bevoegdheid en toepasselijk recht
Verzoekster woont in Nederland, zodat gelet op het bepaalde in artikel 3, aanhef en onder a van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering, de Nederlandse rechter rechtsmacht heeft.
Omdat vaststelling van de geboortegegevens op grond van artikel 1:25c BW dient plaats te vinden in de registers van de burgerlijke stand te [plaats01] , acht deze rechtbank zich op grond van artikel 263 Rv bevoegd om, zulks met toepassing van Nederlands recht, op het verzoek beslissen.
Ontvankelijkheid
Op grond van artikel 1:25c lid 1 BW kan, indien ten aanzien van een buiten Nederland geboren persoon geen akte van geboorte overeenkomstig de plaatselijke voorschriften door een bevoegde instantie is opgemaakt of kan worden overgelegd, op verzoek van het openbaar ministerie, van een belanghebbende of van de ambtenaar de rechtbank Den Haag de voor het opmaken van een geboorteakte noodzakelijke gegevens vaststellen, indien:
die persoon Nederlander is of te eniger tijd Nederlander dan wel Nederlands onderdaan niet-Nederlander is geweest;
die persoon rechtmatig verblijft op grond van artikel 8, onder c en d, van de Vreemdelingenwet 2000;
op grond van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek een latere vermelding aan de akte van geboorte moet worden toegevoegd.
Nu verzoekster de Nederlandse nationaliteit heeft wordt zij ontvangen in haar verzoek.
Inhoudelijke beoordeling
Verzoekster heeft gesteld niet in het bezit te zijn van een originele Zuid-Koreaanse geboorteakte en dat deze bovendien redelijkerwijs niet door haar kan worden verkregen nu er van haar geboorte in Zuid-Korea nimmer een geboorteakte is opgemaakt. Zij stelt dat van haar niet kan worden verlangd dat zij zich 40 jaar na haar geboorte wendt tot de Zuid-Koreaanse autoriteiten ten einde een geboorteakte te verkrijgen.
De ambtenaar heeft opgemerkt dat bij het verzoekschrift een niet gelegaliseerde “Hojukdungbon” familie registratie is gevoegd waaruit blijkt dat de gegevens van de ouders van verzoekster onbekend zijn. Verzoekster heeft echter aangegeven dat zij een niet door haar in het geding gebracht Koreaans document heeft waarop de gegevens van haar moeder zijn vermeld.
De ambtenaar merkt vervolgens op dat in Zuid-Korea voor vondelingen een familieregister bestaat dat op een later tijdstip dan de geboorte wordt gecreëerd en bij adoptie wordt gesloten. Uit dat familieregister kunnen geen afzonderlijke geboorteakten worden afgegeven maar er kan wel een uittreksel uit dat register als geboorteakte worden aangemerkt. De Koreaanse ambassade in Nederland kan, volgens de ambtenaar, zo’n uittreksel afgeven. De ambtenaar stelt zich op het standpunt dat de mogelijkheid van het verkrijgen van een uittreksel uit dat familieregister in de weg staat aan het verzoek tot het vaststellen van de geboortegegevens van verzoekster. Indien verzoekster dat uittreksel in het geding brengt heeft de ambtenaar geen bezwaar tegen een last tot inschrijving van die akte als bedoeld in artikel 1:25 BW.
Waar verzoekster bij brief van 3 november 2023 een afschrift van het uitschrijven van het familieregister in het geding heeft gebracht, wijzigt de ambtenaar zijn standpunt in die zin dat nu in voldoende mate is gebleken dat door verzoekster geen geboorteakte kan worden overgelegd. De ambtenaar stelt dat verzoekster kan worden ontvangen in haar verzoek tot vaststelling van haar geboortegegevens, en wel als volgt:
  • Geslachtsnaam : [geslachtsnaam01]
  • Voornamen : [naam06]
  • Geboortedatum : [geboortedatum01] -1983
  • Geboorteplaats : [geboorteplaats01] , Zuid-Korea
  • Geslacht : F (Vrouwelijk)
De rechtbank begrijpt dat de ambtenaar bedoelt dat de voornamen van verzoekster kunnen worden vastgesteld overeenkomstig de inhoud van het afschrift van het familieregister, waarin is vermeld dat verzoekster genaamd is “ [voornaam05] ”.
De rechtbank is van oordeel dat verzoekster voldoende aannemelijk heeft gemaakt dat zij niet beschikt over een overeenkomstig de plaatselijke voorschriften door een bevoegde instantie opgemaakte akte van geboorte en deze ook niet kan verkrijgen.
De rechtbank is voorts van oordeel dat uit de inhoud van de in de procedure gebrachte stukken voldoende bewijzen en aanwijzingen zijn verkregen omtrent de omstandigheden waaronder, de datum waarop en de plaats waar de geboorte van verzoekster moet hebben plaatsgehad. Het verzoek is op de wet gegrond en op navolgende wijze voor toewijzing vatbaar.

Voornaamswijziging

Rechtsmacht, relatieve bevoegdheid en toepasselijk recht
Op grond van artikel 3 Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv) komt aan de Nederlandse rechter rechtsmacht toe, omdat verzoekster haar woonplaats in Nederland heeft.
Verzoekster heeft deze rechtbank verzocht om gelet op de samenhang van haar verzoeken haar in behandeling te nemen. Deze rechtbank zal om die reden de behandeling van deze zaak niet naar een andere rechtbank verwijzen.
Ingevolge artikel 10:20 van het Burgerlijk Wetboek is Nederlands recht op het verzoek van toepassing.
De rechtbank stelt voorop dat een voornaamswijziging – indien toegewezen – eerst tot stand komt doordat van de beschikking waarbij de voornaamswijziging is gelast een latere vermelding aan de geboorteakte wordt toegevoegd.
Inhoudelijke beoordeling
Verzoekster heeft aangevoerd dat haar voornaam is gewijzigd bij beschikking van [beschikkingsdatum02] 2019 van de rechtbank [plaats04] van “ [naam01] ” in “ [naam07] ”. Deze voornaamswijziging is niet op een geboorteakte van verzoekster verwerkt.
Verzoekster wil thans haar voornaam (wederom) wijzigen van “ [naam07] ” in “ [naam08] ”. Haar eerder gekozen voor naam “ [naam07] ” heeft zij vooral gekozen omdat zij zo snel als mogelijk van de bij haar adoptie verkregen naam [naam09] af wilde. Uit praktische overwegingen die te maken hadden met de uitspraak van haar Koreaanse geboortenaam “ [naam07] ” koos zij indertijd voor de makkelijker uitspreekbare voornaam “ [voornaam06] ”. Nu -een aantal jaren verder in het verwerkingsproces wat betreft haar adoptie, haar verleden, haar papieren familie en haar groei als eigen persoon- is verzoekster tot de conclusie gekomen dat het voor haar niet meer aan de orde is om rekening te houden met derden bij het kiezen van haar voornaam. Zij kiest er thans derhalve voor om de naam “ [voornaam06] ” te vervangen door “ [voornaam07] ”, een puur Koreaanse naam die “ [betekenis naam] ” betekent ( [betekenis naam] ) als eerbetoon aan haar biologische moeder, zodat haar voornaam zal komen te luiden: “ [voornaam01] ”.
Naar het oordeel van de rechtbank is voldoende gebleken van een zwaarwichtig belang bij toewijzing van het verzoek tot voornaamswijziging. De gevraagde voornamen zijn geoorloofd naar de maatstaven van artikel 1:4, tweede lid, BW. De rechtbank zal dat verzoek derhalve toewijzen.
Nu de rechtbank bij deze beschikking de geboortegegevens van verzoekster vaststelt, en de ambtenaar van die uitspraak een akte van inschrijving in zijn register opneemt, kan de op [beschikkingsdatum01] 1984 door de arrondissementsrechtbank te [plaats02] uitgesproken adoptie van verzoekster en voornaamswijziging daaraan als latere vermelding worden toegevoegd, alsook de door de rechtbank [plaats04] genomen beslissing tot voornaamswijziging van [beschikkingsdatum02] 2019, en de heden door deze rechtbank uit te spreken herroeping van de adoptie, zoals door de ambtenaar bij zijn brief van 9 november 2023 is aangegeven, alsmede de heden uit te spreken voornaamswijziging.

Beslissing

De rechtbank:
verstaat dat waar verzoekster in de adoptieakte [nummer01] van het jaar 1984 in het register van de ambtenaar “ [oorspronkelijke voornaam01] ” is genoemd, dient te worden gelezen “ [naam07] ” en gelast de ambtenaar om voormelde akte in die zin te verbeteren;
herroept de bij beschikking van [beschikkingsdatum01] 1984 van de rechtbank [plaats02] uitgesproken adoptie naar Nederlands recht van verzoekster door [naam04] en [naam05] .
verstaat dat de geslachtsnaam van verzoekster na herroeping van de adoptie “ [geslachtsnaam01] ” luidt;
stelt van verzoekster de volgende geboortegegevens vast:
Geslachtsnaam : [geslachtsnaam01]
Voornamen : [voornaam05]
Geboortedatum : [geboortedatum01] -1983
Geboorteplaats : [geboorteplaats01] , Zuid-Korea
Geslacht : F (Vrouwelijk)
gelast de wijziging van de voornamen van verzoekster in die zin dat de voornamen zullen luiden: “ [naam02] ”;
wijst af het meer of anders verzochte.
Deze beschikking is gegeven door mr. A.M. Brakel, rechter, bijgestaan door
V. van den Hoed-Koreneef als griffier en uitgesproken ter openbare terechtzitting van
14 december 2023.