ECLI:NL:RBDHA:2023:21648
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing asielaanvraag op basis van kennelijke ongegrondheid en beoordeling van medische omstandigheden
In deze uitspraak van de Rechtbank Den Haag, gedaan op 11 december 2023, wordt het beroep van eiser tegen de afwijzing van zijn asielaanvraag beoordeeld. Eiser, van Surinaamse nationaliteit, heeft op 25 september 2023 een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd, welke door de staatssecretaris op 13 oktober 2023 als kennelijk ongegrond is afgewezen. De rechtbank behandelt het beroep na een aanhouding van de zitting op 8 november 2023, waarbij eiser en zijn gemachtigde via een beeldverbinding aanwezig waren. De rechtbank concludeert dat de staatssecretaris terecht heeft geoordeeld dat eiser geen aannemelijke vrees heeft voor vervolging bij terugkeer naar Suriname, ondanks zijn deelname aan demonstraties in 1980. De staatssecretaris stelt dat de omstandigheden van die tijd niet meer relevant zijn en dat eiser geen recente problemen heeft ondervonden in Suriname.
De rechtbank gaat verder in op de beroepsgronden van eiser, waaronder de claim dat er geen medisch advies is opgevraagd. De rechtbank oordeelt dat de staatssecretaris niet verplicht was om een medisch advies aan te vragen, aangezien er geen concrete aanwijzingen waren dat eiser medisch gezien niet in staat was om te worden gehoord. Eiser heeft ook geen relevante medische informatie verstrekt die zijn aanvraag zou ondersteunen. De rechtbank bevestigt dat de staatssecretaris zich terecht op het standpunt heeft gesteld dat de ambtshalve toets achterwege kon blijven, omdat eiser niet binnen zes maanden na zijn eerste inreis een asielaanvraag heeft ingediend.
Uiteindelijk verklaart de rechtbank het beroep ongegrond en bevestigt de afwijzing van de asielaanvraag door de staatssecretaris. Eiser krijgt geen vergoeding van zijn proceskosten. De uitspraak is openbaar gemaakt en kan worden aangevochten bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State binnen een week na verzending.