ECLI:NL:RBDHA:2023:21200
Rechtbank Den Haag
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek voorlopige voorziening asielaanvraag met betrekking tot verantwoordelijkheid Kroatië
In de zaak met zaaknummer NL23.38350 heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 22 december 2023 uitspraak gedaan over een verzoek om een voorlopige voorziening in het kader van een asielaanvraag. De verzoeker, vertegenwoordigd door zijn gemachtigde mr. A.C.J. Letmaath, had een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd. Echter, het bestreden besluit van de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, dat op 6 december 2023 was genomen, stelde dat Kroatië verantwoordelijk was voor de behandeling van de asielaanvraag, waardoor de aanvraag niet in behandeling werd genomen.
De verzoeker heeft hiertegen beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening. De zitting vond plaats op 19 december 2023, waarbij de verzoeker aanwezig was met zijn gemachtigde en een tolk, dhr. Salim. De voorzieningenrechter heeft het verzoek om voorlopige voorziening samen met een andere zaak (NL23.38349) behandeld. In de uitspraak van die andere zaak is besloten dat een voorlopige voorziening niet meer nodig was, wat leidde tot de afwijzing van het verzoek in deze zaak.
De voorzieningenrechter, mr. P.J.M. Mol, heeft in zijn beslissing aangegeven dat er geen aanleiding is voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gemaakt op 22 december 2023, en tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.