ECLI:NL:RBDHA:2023:21140
Rechtbank Den Haag
- Wraking
- Rechtspraak.nl
Afwijzing wrakingsverzoek wegens gebrek aan objectieve aanwijzingen voor partijdigheid van de rechter
Op 29 december 2023 heeft de meervoudige wrakingskamer van de Rechtbank Den Haag een wrakingsverzoek afgewezen. Het verzoek was ingediend door een verzoeker, vertegenwoordigd door zijn advocaat mr. A. El Aqde, tegen de rechter mr. J.M. Vink. De verzoeker had het wrakingsverzoek ingediend naar aanleiding van een zitting waarin hij niet in de gelegenheid was gesteld om adequaat te reageren op een verweerschrift van de wederpartij, dat hij niet had ontvangen. De verzoeker stelde dat de rechter hem niet de kans had geboden om zijn standpunt toe te lichten en dat de afwijzing van zijn verzoek om aanhouding de schijn van vooringenomenheid wekte.
De wrakingskamer oordeelde dat een rechter alleen gewraakt kan worden als er objectieve aanwijzingen zijn voor partijdigheid. De kamer concludeerde dat de motivering van de rechter om de behandeling niet aan te houden niet zodanig gebrekkig was dat dit als blijk van vooringenomenheid kon worden opgevat. Bovendien had de rechter de verzoeker meerdere keren de gelegenheid geboden om de nieuwe stukken door te nemen, waardoor er geen sprake was van schending van hoor- en wederhoor. De klachten van de verzoeker over de manier waarop hij door de rechter was bejegend, werden eveneens niet als voldoende onderbouwd beschouwd om tot wraking over te gaan.
De wrakingskamer besloot het verzoek tot wraking af te wijzen en de procedure voort te zetten in de stand waarin deze zich bevond ten tijde van het indienen van het wrakingsverzoek. De beslissing werd openbaar uitgesproken en er staat geen rechtsmiddel open tegen deze beslissing.