Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
[eiser] , eiser V-nummer: [V-nummer]
Procesverloop
Overwegingen
- verklaart het beroep ongegrond;
- wijst het verzoek om schadevergoeding af.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 21 december 2023 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure betreffende de maatregel van bewaring van een eiser van Poolse nationaliteit. De eiser had op 28 november 2023 een maatregel van bewaring opgelegd gekregen door de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, welke maatregel op 8 december 2023 werd opgeheven. Eiser heeft beroep ingesteld tegen het bestreden besluit, dat tevens als verzoek om schadevergoeding moet worden aangemerkt. Tijdens de zitting op 18 december 2023 was eiser afwezig, maar de gemachtigde van de verweerder was aanwezig.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de gronden voor de maatregel van bewaring niet zijn betwist door eiser. De rechtbank oordeelt dat de motivering van de maatregel voldoende is en dat de staatssecretaris voortvarend heeft gehandeld in de uitvoering van de uitzetting van eiser. Eiser had aangegeven mee te zullen werken aan zijn uitzetting, maar de rechtbank concludeert dat de staatssecretaris niet onrechtmatig heeft gehandeld in de periode van bewaring. De rechtbank heeft ambtshalve getoetst of de maatregel van bewaring onrechtmatig was en heeft dit niet kunnen vaststellen.
Uiteindelijk heeft de rechtbank het beroep ongegrond verklaard en het verzoek om schadevergoeding afgewezen. De uitspraak is gedaan door rechter N.M. Spelt, in aanwezigheid van griffier K.F.K. Hoogbruin, en is openbaar gemaakt op 21 december 2023. Tegen deze uitspraak kan binnen één week hoger beroep worden ingesteld bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.