In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 14 december 2023 uitspraak gedaan in een geschil tussen een vader en een moeder over de wijziging van de kinderalimentatie voor hun drie minderjarige kinderen. De vader, vertegenwoordigd door advocaat mr. R.A.M. Kamphuis-Jansen van Roosendaal, verzocht om de kinderalimentatie te verlagen naar € 50,- per maand per kind, omdat hij nooit de draagkracht heeft gehad om de eerder opgelegde bijdrage te betalen. De moeder, vertegenwoordigd door advocaat mr. N. van Amsterdam, stemde in met de wijziging, maar was het niet eens met een eerdere ingangsdatum dan 28 april 2023.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de vader sinds de voorlopige voorziening van 17 december 2021 en de echtscheidingsbeschikking van 5 augustus 2022 nooit meer dan een minimale draagkracht heeft gehad. Daarom heeft de rechtbank besloten de kinderalimentatie te verlagen naar € 50,- per maand voor alle drie de kinderen, met terugwerkende kracht vanaf 17 december 2021. De rechtbank heeft ook de jaarlijkse indexering van de alimentatie vastgesteld en bepaald dat de vader de alimentatie steeds vóór de eerste dag van de maand vooraf moet betalen.
De beslissing is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat de alimentatie ook betaald moet worden als er hoger beroep wordt ingesteld. Beide partijen zijn verantwoordelijk voor hun eigen proceskosten. De rechtbank heeft de verzoeken voor het overige afgewezen. De beschikking kan, voor zover definitief, worden aangevochten bij het gerechtshof in Den Haag binnen drie maanden na de uitspraak.