ECLI:NL:RBDHA:2023:20453
Rechtbank Den Haag
- Vereenvoudigde behandeling
- J. Boerlage - van den Bosch
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek voorlopige voorziening inzake tijdelijke bescherming voor Marokkaanse verzoeker
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 22 december 2023 uitspraak gedaan in een verzoek om een voorlopige voorziening. Verzoeker, een Marokkaanse nationaliteit houder, had beroep ingesteld tegen een besluit van de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, waarin hem werd meegedeeld dat zijn recht op tijdelijke bescherming, zoals bedoeld in Richtlijn 2001/55/EG, eindigde op 4 september 2023. Verzoeker verzocht de voorzieningenrechter om een voorlopige voorziening te treffen, terwijl hij zijn beroep tegen het bestreden besluit aanhangig had gemaakt.
De zitting vond plaats op 24 november 2023, waar verzoeker, zijn gemachtigde, een tolk en de gemachtigde van de staatssecretaris aanwezig waren. De rechtbank schorste het onderzoek ter zitting om verzoeker de gelegenheid te geven aan te tonen dat hij een gezinslid is van iemand die na 4 september 2023 tijdelijke bescherming ontvangt. Verzoeker heeft gebruik gemaakt van deze gelegenheid en aanvullende stukken overgelegd. Het onderzoek werd voortgezet op 19 december 2023, met dezelfde deelnemers.
De voorzieningenrechter heeft in zijn uitspraak van 22 december 2023 geoordeeld dat, gezien de uitspraak in de aanverwante zaak NL23.27879, een voorlopige voorziening niet meer nodig is. Het verzoek om voorlopige voorziening is afgewezen en er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan door mr. J. Boerlage - van den Bosch, in aanwezigheid van griffier R. de Boer, en is openbaar gemaakt via een geanonimiseerde publicatie op rechtspraak.nl. Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.