ECLI:NL:RBDHA:2023:20077

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
13 december 2023
Publicatiedatum
19 december 2023
Zaaknummer
AWB 23/2226
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Vreemdelingenrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing van tewerkstellingsvergunningen voor autopolijsters en de beoordeling van prioriteitgenietend aanbod

In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 13 december 2023 uitspraak gedaan in een geschil tussen een eiseres, vertegenwoordigd door haar gemachtigde mr. L.H.A.M. Andriessen, en de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (UWV), vertegenwoordigd door mr. S.M.E. Kruijthof. De eiseres had bezwaar gemaakt tegen de afwijzing van haar aanvraag voor vijf tewerkstellingsvergunningen (twv's) voor autopolijsters, die zij wilde aanstellen vanuit Pakistan. De rechtbank heeft het beroep van eiseres ongegrond verklaard, wat betekent dat de afwijzing van de vergunningen door het UWV in stand blijft.

De rechtbank overwoog dat het UWV terecht had vastgesteld dat er sprake was van prioriteitgenietend aanbod op de arbeidsmarkt. Eiseres had onvoldoende wervingsinspanningen verricht en had onterecht zes maanden ervaring als vereiste gesteld voor de functie van autopolijster. De rechtbank benadrukte dat het aan de werkgever is om actief kandidaten te werven en dat de aanwezigheid van werkzoekenden op de Nederlandse arbeidsmarkt niet voldoende was om de vergunningen te verkrijgen. Eiseres had niet overtuigend aangetoond dat zij daadwerkelijk had geprobeerd om geschikte kandidaten te vinden en had geen concrete afspraken gemaakt met potentiële werknemers.

De rechtbank concludeerde dat de eisen die eiseres stelde aan de kandidaten een belemmering vormden voor het vervullen van de arbeidsplaatsen met prioriteitgenietend aanbod. De uitspraak bevestigt de noodzaak voor werkgevers om actief te werven en niet alleen te vertrouwen op de beschikbaarheid van kandidaten. De rechtbank heeft de proceskosten en het griffierecht niet vergoed, en tegen deze uitspraak kan binnen zes weken hoger beroep worden ingesteld bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Middelburg
Bestuursrecht
zaaknummer: AWB 23/2226

uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen

[naam eiseres] , eiseres

(gemachtigde: mr. L.H.A.M. Andriessen),
en
de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (UWV), verweerder
(gemachtigde: mr. S.M.E. Kruijthof).

Procesverloop

In het besluit van 19 januari 2023 (het bestreden besluit) heeft verweerder het bezwaar van eiseres tegen de afwijzing van de aanvraag om verlening van vijf tewerkstellingsvergunningen (twv’s) ongegrond verklaard.
Eiseres heeft beroep ingesteld tegen het bestreden besluit.
Verweerder heeft een verweerschrift ingediend.
De rechtbank heeft het beroep op 17 november 2023 op een zitting behandeld. Eiseres heeft zich laten vertegenwoordigen door [naam vertegenwoordiger] en haar gemachtigde. Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde.

Overwegingen

Feiten
1. Eiseres oefent in Breda een bedrijf uit in het ‘detailen’ (de rechtbank begrijpt: poetsen en polijsten) van auto’s en is op zoek naar autopolijsters. Zij heeft daartoe voor vijf potentiële werknemers die in Pakistan verblijven twv’s aangevraagd. Daarbij heeft eiseres meegedeeld dat zij gedurende een half jaar tevergeefs in Nederland en in Europa heeft gezocht naar nieuwe werknemers.
2. In het besluit van 18 oktober 2022 (het primaire besluit) heeft verweerder deze vijf aanvragen afgewezen. Verweerder stelt zich op het standpunt dat er prioriteitgenietend aanbod aanwezig is. Dit betekent dat er volgens verweerder in Nederland en in Europa wel degelijk voldoende kandidaten te vinden zijn voor de functie van autopolijster. Daarnaast stelt verweerder zich op het standpunt dat eiseres onvoldoende wervingsinspanningen heeft verricht en dat zij de vacature-invulling heeft belemmerd door zes maanden ervaring als autopolijster als vereiste te stellen.
3. Eiseres heeft bij verweerder bezwaar gemaakt tegen het primaire besluit. Op 9 januari 2023 heeft zij haar bezwaar tijdens een hoorzitting bij verweerder toegelicht. Bij het bestreden besluit heeft verweerder het bezwaar van eiseres ongegrond verklaard.
4. Hiermee is eiseres het niet eens. Zij vindt namelijk dat zij in bezwaar uitvoerig heeft gemotiveerd dat er geen sprake is van prioriteitgenietend aanbod. Zij heeft tal van bewijsstukken overgelegd waaruit blijkt dat er vergeefse pogingen zijn gedaan om in Nederland en in Europa aan nieuwe werknemers te komen. Verweerder heeft volgens eiseres ten onrechte overwogen dat kandidaten via een interne opleiding in aanmerking komen, omdat het haar ontbreekt aan mensen die kunnen worden opgeleid en aan opleiders. Ook is er volgens eiseres geen sprake van irreële functie-eisen. Het goed polijsten van auto’s vergt namelijk minstens zes maanden ervaring. Daar komt bij dat de auto’s van de klanten van eiseres veelal een aanzienlijke waarde hebben en niet zorgvuldig polijsten tot grote schade kan leiden. De beoogde werknemers uit Pakistan hebben aantoonbaar meer dan zes maanden werkervaring. Het beroep ziet op drie van de vijf beoogde werknemers, te weten de heren [namen werknemers] , omdat de andere twee niet langer beschikbaar zijn.
Beoordelingskader
5. Op grond van artikel 8, eerste lid, aanhef en onder a, van de Wet arbeid vreemdelingen (Wav) wordt een twv afgewezen als er voor de betreffende arbeidsplaats prioriteitgenietend aanbod op de arbeidsmarkt aanwezig is. Toetsen aan het prioriteitgenietend aanbod betekent niet dat het UWV moet aantonen dat dit aanbod concreet voor de werkgever geschikt en beschikbaar is. Het is aan de werkgever om zelf actief dit aanbod te werven en te benaderen. Er is ook sprake van prioriteitgenietend aanbod indien werkzoekenden pas na een inwerkperiode of na enige scholing aan de functie-eisen kunnen voldoen. Dit volgt uit onderdeel 8.1.a.1 van Bijlage I (Uitvoeringsregels) bij de Regeling uitvoering Wet arbeid vreemdelingen 2022 (RuWav).
6. Op grond van artikel 8, eerste lid, aanhef en onder c, van de Wav wordt een twv geweigerd indien de werkgever niet kan aantonen voldoende inspanningen te hebben gepleegd om de arbeidsplaats door prioriteitgenietend aanbod op de arbeidsmarkt te vervullen. De werkgever toont bij de aanvraag bij het UWV zijn wervingsinspanningen aan en doet verslag van de resultaten van de werving. Dit volgt uit onderdeel 8.1.c van Bijlage I bij het RuWav.
7. Op grond van artikel 9, eerste lid, aanhef en onder f, van de Wav, en onderdeel 9.1.f van Bijlage I bij het RuWav, kan een twv worden geweigerd als de werkgever belemmeringen opwerpt waardoor de arbeidsplaats niet met prioriteitgenietend aanbod kan worden vervuld.
Beoordeling door de rechtbank
8. Verweerder heeft in het verweerschrift meegedeeld dat uit zijn onderzoek blijkt dat er momenteel in Nederland 139 werkzoekenden zijn die de functie van autopoetser zouden kunnen vervullen, waarvan 18 in de provincie Noord-Brabant. Eiseres heeft dit als zodanig niet betwist. Wel heeft zij gesteld dat niet elke autopoetser auto’s kan polijsten, dat er veel sollicitanten zijn die niet daadwerkelijk in deze functie geïnteresseerd zijn en dat diverse kandidaten niet bereikbaar zijn. Gelet op de hiervoor onder 5 aangehaalde uitvoeringsregels maakt dit echter nog niet dat geen sprake is van prioriteitgenietend aanbod. De potentiële kandidaten zijn op de Nederlandse arbeidsmarkt aanwezig en het ligt op de weg van eiseres om deze kandidaten actief te werven en te benaderen. Dat dit op geen enkele wijze kan leiden tot het aannemen van geschikte nieuwe autopolijsters, heeft eiseres onvoldoende met stukken onderbouwd.
9. Ter zitting heeft eiseres onderkend dat er eendaagse cursussen zijn voor autopolijsters. Daarbij heeft zij wel aangegeven dat daarmee nog geen sprake is van ervaring, zodat er een kans bestaat op het maken van fouten. Dit is echter niet voldoende. Gelet op de hiervoor onder 5 aangehaalde uitvoeringsregels bestaat prioriteitgenietend aanbod tevens uit kandidaten die na enige scholing intern kunnen worden opgeleid. Prioriteitgenietend aanbod is dus niet beperkt tot kandidaten die (veel) ervaring hebben en (bijna) foutloos kunnen werken. Of eiseres beschikt over voldoende opleidingscapaciteit is binnen de uitvoeringsregels geen relevant criterium.
10. Uit wat hiervoor is overwogen, vloeit reeds voort dat eiseres ook niet aannemelijk heeft gemaakt dat zij voldoende wervingsinspanningen heeft verricht. De rechtbank neemt hierbij tevens in aanmerking dat eiseres ter zitting heeft toegelicht wel met kandidaten te hebben gesproken, maar dat zij, nadat degene die daarbij als tolk fungeerde de indruk had uitgesproken dat die niet werkelijk geïnteresseerd zijn, niet meer heeft geprobeerd om tot concrete afspraken te komen. De rechtbank is van oordeel dat van eiseres een actievere opstelling mag worden verwacht om potentiële kandidaten voor daadwerkelijke indiensttreding te interesseren.
11. Tot slot vloeit uit wat hiervoor is overwogen voort en dat eiseres met het eisen van zes maanden ervaring een belemmering heeft opgeworpen.
Conclusie
12. Het beroep is ongegrond. Dit betekent dat eiseres geen gelijk krijgt en dat het bestreden besluit van verweerder in stand blijft.
13. Verweerder hoeft de door eiseres gemaakte proceskosten en het door eiseres betaalde griffierecht niet te vergoeden.

Beslissing

De rechtbank verklaart het beroep ongegrond.
Deze uitspraak is gedaan door mr. W. Anker, rechter, in aanwezigheid van mr. A.S. Hamans, griffier, op 13 december 2023 en openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op www.rechtspraak.nl.
griffier
rechter
Afschrift verzonden aan partijen op:

Rechtsmiddel

Tegen deze uitspraak kan binnen zes weken na de dag van verzending daarvan hoger beroep worden ingesteld bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.