Uitspraak
[derde-partij 1] en [derde-partij 2], uit [woonplaats]
- namens eiseres: de gemachtigde van eiseres en [naam 1] ;
- namens het college: de gemachtigde van het college, [naam 2] en [naam 3]
- namens belanghebbenden: [derde-partij 1] .
Rechtbank Den Haag
In deze uitspraak van de Rechtbank Den Haag op 14 december 2023, wordt het beroep van Provastgoed Nederland B.V. tegen de toekenning van een tegemoetkoming in planschade behandeld. De rechtbank oordeelt dat het college van burgemeester en wethouders van Oegstgeest ten onrechte geen rekening heeft gehouden met de voorzienbaarheid van de planschade. Belanghebbenden, die sinds 1974 op hun perceel wonen, hebben in 2016 een verzoek ingediend voor planschadevergoeding in verband met een wijzigingsplan dat hun uitzicht en privacy aantast. Het college had advies ingewonnen van Langhout & Wiarda, maar de rechtbank concludeert dat dit advies onvoldoende onderbouwd was en dat de voorzienbaarheid van de schade niet adequaat is beoordeeld. De rechtbank vernietigt het bestreden besluit van het college en draagt hen op om een nieuw besluit te nemen, waarbij de voorzienbaarheid van de planschade in acht moet worden genomen. Tevens wordt het college veroordeeld tot vergoeding van immateriële schade en proceskosten aan zowel eiseres als belanghebbenden. De rechtbank stelt vast dat de redelijke termijn voor de procedure is overschreden, wat leidt tot een schadevergoeding voor de betrokken partijen.