ECLI:NL:RBDHA:2023:19093
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing asielaanvraag op basis van geloofwaardigheid en vertrektermijn
In deze uitspraak van de Rechtbank Den Haag op 6 december 2023, wordt het beroep van eiser tegen de afwijzing van zijn asielaanvraag beoordeeld. Eiser, van Tunesische nationaliteit en geboren op 6 juli 2000, diende op 15 mei 2023 een aanvraag voor een verblijfsvergunning asiel in. De staatssecretaris van Justitie en Veiligheid heeft deze aanvraag op 14 september 2023 afgewezen als kennelijk ongegrond. De rechtbank heeft het beroep op 18 oktober 2023 behandeld, maar eiser en zijn gemachtigde waren niet aanwezig.
De rechtbank concludeert dat de staatssecretaris de identiteit en nationaliteit van eiser geloofwaardig achtte, maar de verklaringen over de bedreigingen door een man genaamd [naam] ongeloofwaardig vond. Eiser had geen onderbouwde argumenten gepresenteerd om de staatssecretaris te weerleggen. De rechtbank oordeelt dat de staatssecretaris terecht geen aanleiding zag om de beslissing op de asielaanvraag aan te houden, ondanks de beweringen van eiser dat hij documentatie uit Tunesië aan het verkrijgen was.
Daarnaast oordeelt de rechtbank dat de staatssecretaris niet verplicht was om eiser een vertrektermijn te geven, gezien de afwijzing van de asielaanvraag als kennelijk ongegrond. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond, wat betekent dat de afwijzing van de asielaanvraag in stand blijft en eiser geen proceskostenvergoeding ontvangt.