Op 30 november 2023 heeft de Rechtbank Den Haag, zittingsplaats Middelburg, een hersteluitspraak gedaan in de zaak tussen een eiser en de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid. De zaak betreft een eerdere uitspraak van 23 november 2023, waarin de rechtbank een kennelijke fout had vastgesteld. De rechtbank ontving op 27 november 2023 een bericht van de gemachtigde van de eiser, mr. M.C.M. van der Mark, waarin werd gewezen op deze fout. De rechtbank heeft vastgesteld dat in rechtsoverweging 6 van de eerdere uitspraak een deel van de tekst ontbrak, wat aanleiding gaf tot deze hersteluitspraak.
In de hersteluitspraak heeft de rechtbank rechtsoverweging 6 gecorrigeerd en aangevuld. De rechtbank concludeert dat, hoewel de eiser medische zorg nodig heeft, er geen objectieve medische gegevens zijn die aantonen dat de overdracht aan Frankrijk een aanzienlijke en onomkeerbare verslechtering van de gezondheidstoestand van de eiser met zich meebrengt. Daarom was de staatssecretaris niet verplicht om een BMA-advies op te vragen voordat de eiser werd overgedragen aan Frankrijk. De rechtbank laat de overige delen van de uitspraak van 23 november 2023 ongewijzigd.
De uitspraak is gedaan door rechter mr. E.F. Bethlehem en is openbaar gemaakt. Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.