ECLI:NL:RBDHA:2023:18616
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing asielaanvraag van Marokkaanse eiser wegens kennelijk ongegrond verklaarde geloofwaardigheid en veilig land van herkomst
In deze uitspraak beoordeelt de Rechtbank Den Haag het beroep en het verzoek tot het treffen van een voorlopige voorziening van eiser tegen de afwijzing van zijn asielaanvraag door de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid. De rechtbank heeft op 8 november 2023 de zaak behandeld, waarbij eiser, zijn gemachtigde en een tolk aanwezig waren. Eiser, geboren in 1995 en van Marokkaanse nationaliteit, heeft op 28 januari 2023 asiel aangevraagd, stellende dat hij afvallig en atheïst is, en daardoor in Marokko problemen heeft ondervonden. De staatssecretaris heeft de aanvraag afgewezen als kennelijk ongegrond, omdat eiser afkomstig is uit een veilig land van herkomst en zijn verklaringen niet geloofwaardig werden geacht.
De rechtbank concludeert dat de staatssecretaris terecht heeft geoordeeld dat eiser niet aannemelijk heeft gemaakt dat hij gevaar loopt in Marokko. Eiser heeft zijn verklaringen over de bedreigingen en mishandelingen niet voldoende onderbouwd en blijft steken in vage en summiere verklaringen. De rechtbank oordeelt dat de wijze van horen via videoverbinding niet onzorgvuldig was en dat eiser niet in zijn belangen is geschaad door de tolk. De rechtbank volgt de staatssecretaris in zijn standpunt dat Marokko als veilig land van herkomst kan worden aangemerkt, en dat er geen reden is om afvalligen en atheïsten als uitzonderingscategorie te beschouwen.
Uiteindelijk verklaart de rechtbank het beroep ongegrond en wijst het verzoek om een voorlopige voorziening af. Eiser krijgt geen proceskostenvergoeding. De uitspraak is openbaar gemaakt en er is mogelijkheid tot hoger beroep binnen een week na bekendmaking.