ECLI:NL:RBDHA:2023:18601
Rechtbank Den Haag
- Wraking
- Rechtspraak.nl
Afwijzing wrakingsverzoek tegen rechter en niet-ontvankelijkheid wrakingsverzoek tegen griffier, rechtbank en rechtspraak
Op 21 juni 2023 heeft de meervoudige wrakingskamer van de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan op het wrakingsverzoek van verzoekster, dat was ingediend op 2 juni 2023. Het verzoek was gericht tegen mr. I.D. Bellaart, de behandelend rechter in een andere procedure tussen verzoekster en OHRA Zorgverzekeringen N.V. Verzoekster stelde dat er sprake was van vooringenomenheid van de rechter, maar de wrakingskamer oordeelde dat het verzoek niet was onderbouwd met concrete feiten of omstandigheden die de vrees voor partijdigheid objectief gerechtvaardigd zouden maken. Daarom werd het wrakingsverzoek tegen de rechter afgewezen.
Daarnaast was er ook een verzoek tot wraking van de griffier, de rechtbank en de rechtspraak ingediend. De wrakingskamer oordeelde dat dit verzoek niet-ontvankelijk was, omdat een wrakingsverzoek alleen kan worden ingediend tegen een individuele rechter. De wrakingskamer benadrukte dat het wrakingsinstrument niet bedoeld is voor een algemeen gebrek aan vertrouwen in het rechtssysteem zonder specifieke redenen die betrekking hebben op de behandelend rechter.
De wrakingskamer besloot verder dat een volgend wrakingsverzoek van verzoekster in deze zaak niet in behandeling zal worden genomen, om misbruik van het wrakingsmiddel te voorkomen. De beslissing werd openbaar uitgesproken en er staat geen rechtsmiddel open tegen deze uitspraak.