ECLI:NL:RBDHA:2023:18446

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
28 november 2023
Publicatiedatum
30 november 2023
Zaaknummer
nl23.22601
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Vreemdelingenrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Niet-ontvankelijkheid van het beroep inzake aanvraag machtiging tot voorlopig verblijf nareis asiel

In deze uitspraak van de Rechtbank Den Haag, gedateerd 28 november 2023, is het beroep van eiseres tegen de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid niet-ontvankelijk verklaard. Eiseres had een aanvraag ingediend voor een machtiging tot voorlopig verblijf in het kader van nareis asiel, maar verweerder had niet tijdig op deze aanvraag beslist. Eiseres stelde verweerder in gebreke, maar deed dit voordat de beslistermijn was verstreken. De rechtbank oordeelde dat het beroep niet-ontvankelijk was omdat de ingebrekestelling te vroeg was verzonden. De beslistermijn eindigde op 30 juli 2023, terwijl eiseres verweerder op 20 en 21 juli 2023 in gebreke stelde. Hierdoor kon de rechtbank het beroep niet inhoudelijk beoordelen. De rechtbank heeft geen zitting gehouden, omdat partijen daarmee instemden en geen verzoek om een zitting hebben ingediend. De uitspraak is openbaar gemaakt op dezelfde dag als de uitspraak.

Uitspraak

uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Utrecht Bestuursrecht zaaknummer: NL23.22601
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen

[eiseres] , eiseres V-nummer: [V nummer]

(gemachtigde: mr. E. Derksen), en
de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder

Procesverloop

Deze uitspraak gaat over het beroep dat eiseres heeft ingediend, omdat verweerder niet op tijd heeft beslist op haar aanvraag tot het verlenen van een machtiging tot voorlopig verblijf nareis asiel (de aanvraag).
Verweerder heeft geen verweerschrift ingediend.

Overwegingen

1. De rechtbank heeft partijen laten weten dat zij een zitting niet nodig vindt en heeft gevraagd of zij het daarmee eens zijn. Omdat partijen daarna niet om een zitting hebben gevraagd, heeft de rechtbank het onderzoek gesloten en de zaak niet behandeld op een zitting.1
2. Tegen het niet tijdig nemen van een besluit kan beroep worden ingesteld.2 Het beroepschrift kan worden ingediend zodra het bestuursorgaan in gebreke is om op tijd een besluit te nemen en twee weken zijn verstreken nadat een schriftelijke ingebrekestelling door het bestuursorgaan is ontvangen.3
3. Als de iemand de ingebrekestelling te vroeg stuurt, is het beroep niet-ontvankelijk. Dit betekent dat de rechtbank het beroep niet inhoudelijk kan beoordelen. In dit geval eindigde de beslistermijn op 30 juli 2023. Eiseres heeft verweerder op 20 juli 2023 en op 21 juli 2023 in gebreke gesteld. Op beide momenten was de beslistermijn nog niet verstreken.
1. Artikel 8:57, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb).
2 Artikel 6:2, aanhef en onder b, van de Awb in samenhang met artikel 7:1, eerste lid, aanhef en onder f, van de Awb.
3 Artikel 6:12, tweede lid, van de Awb.
4. Het beroep is daarom niet-ontvankelijk.

Beslissing

De rechtbank verklaart het beroep niet-ontvankelijk.
Deze uitspraak is gedaan door mr. R.J.A. Schaaf, rechter, in aanwezigheid van
V.M. de Waard, griffier.
De uitspraak is uitgesproken in het openbaar en bekendgemaakt op:
28 november 2023

Documentcode: [Documentcode]

Bent u het niet eens met deze uitspraak?

Als u het niet eens bent met deze uitspraak, kunt u een brief sturen naar de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State waarin u uitlegt waarom u het er niet mee eens bent. Dit heet een hogerberoepschrift. U moet dit hogerberoepschrift indienen binnen 4 weken na de dag waarop deze uitspraak is verzonden. U ziet deze datum hierboven.