ECLI:NL:RBDHA:2023:18275

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
22 november 2023
Publicatiedatum
28 november 2023
Zaaknummer
NL23.24158
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Vreemdelingenrecht
Procedures
  • Voorlopige voorziening+bodemzaak
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Buitenbehandelingstelling asielaanvraag van derdelanders Oekraïne

In deze uitspraak van de Rechtbank Den Haag, gedaan op 22 november 2023, is de asielaanvraag van een verzoeker, een derdelander uit Oekraïne, buiten behandeling gesteld door de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid. Het bestreden besluit, dat op 17 augustus 2023 is genomen, leidde tot beroep van de verzoeker, die tevens verzocht om een voorlopige voorziening. De voorzieningenrechter heeft op basis van artikel 8:83, derde lid, van de Algemene wet bestuursrecht uitspraak gedaan zonder zitting.

De voorzieningenrechter heeft in deze zaak geconstateerd dat er eerder een uitspraak is gedaan op een vergelijkbaar beroep (zaaknummer NL23.24157), wat aanleiding gaf om het verzoek om een voorlopige voorziening als kennelijk ongegrond af te wijzen. Desondanks heeft de voorzieningenrechter verweerder veroordeeld in de proceskosten die door de verzoeker zijn gemaakt, vastgesteld op € 837. Dit bedrag is berekend op basis van het Besluit proceskosten bestuursrecht, waarbij rekening is gehouden met de rechtsbijstand die door een derde is verleend.

De beslissing van de voorzieningenrechter houdt in dat het verzoek om een voorlopige voorziening wordt afgewezen en dat de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid de proceskosten moet vergoeden. Deze uitspraak is gedaan door mr. W. Anker, rechter, in aanwezigheid van mr. Ż.A. Meinert, griffier, en is openbaar gemaakt door middel van een geanonimiseerde publicatie. Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Middelburg
Bestuursrecht
zaaknummer: NL23.24158

uitspraak van de voorzieningenrechter in de zaak tussen

[naam] , verzoeker

V-nummer: [nummer]
(gemachtigde: mr. A. Kortrijk),
en

de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder.

Procesverloop

In het besluit van 17 augustus 2023 (bestreden besluit) heeft verweerder de asielaanvraag van verzoeker buiten behandeling gesteld.
Verzoeker heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld. Hij heeft verder de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen.
De voorzieningenrechter doet op grond van artikel 8:83, derde lid, van de Algemene wet bestuursrecht uitspraak zonder zitting.

Overwegingen

1. Bij uitspraak van vandaag, zaaknummer NL23.24157, heeft de rechtbank uitspraak gedaan op het beroep. Het verzoek wordt daarom als kennelijk ongegrond afgewezen.
2. In de uitkomst van het beroep ziet de voorzieningenrechter aanleiding om verweerder te veroordelen in de door verzoeker gemaakte proceskosten. Deze worden op grond van het Besluit proceskosten bestuursrecht voor de door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand vastgesteld op € 837 bestaande uit een punt voor het indienen van het verzoekschrift met een waarde per punt van € 837 en vermenigvuldigd met wegingsfactor 1 (gemiddeld).

Beslissing

De voorzieningenrechter:
- wijst het verzoek om een voorlopige voorziening af;
- veroordeelt verweerder in de door verzoeker gemaakte proceskosten tot een bedrag van € 837 (achthonderdzevenendertig euro).
Deze uitspraak is gedaan door mr. W. Anker, rechter, in aanwezigheid van mr. Ż.A. Meinert, griffier, en openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op
www.rechtspraak.nl.
De uitspraak is bekendgemaakt op:
Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.