ECLI:NL:RBDHA:2023:18036

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
17 november 2023
Publicatiedatum
23 november 2023
Zaaknummer
NL23.29931
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Vreemdelingenrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Niet-ontvankelijkheid van asielaanvraag wegens ontbreken procesbelang

In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 16 november 2023 uitspraak gedaan in een asielprocedure. De eiser, vertegenwoordigd door zijn gemachtigde mr. N. Wouters, had beroep ingesteld tegen een besluit van de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, dat de asielaanvraag van eiser als kennelijk ongegrond had afgewezen. De rechtbank heeft vastgesteld dat eiser niet op de zitting aanwezig was, maar dat zijn gemachtigde wel aanwezig was. De staatssecretaris was vertegenwoordigd door mr. A. Hadfy-Kovacs en nam digitaal deel aan de zitting.

De rechtbank heeft het beroep niet-ontvankelijk verklaard, omdat eiser door het Centraal Orgaan opvang asielzoekers (COA) op 6 oktober 2023 en door de vreemdelingendienst op 15 november 2023 is afgemeld als vertrokken met onbekende bestemming. De gemachtigde van eiser heeft op 13 november 2023 aangegeven dat zij geen contact meer kon krijgen met eiser en niet op de hoogte was van zijn verblijfplaats. De rechtbank verwijst naar de jurisprudentie van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, waarin wordt gesteld dat een vreemdeling die met onbekende bestemming vertrekt, kennelijk geen prijs meer stelt op de bescherming die hij aanvankelijk zocht.

De rechtbank concludeert dat eiser zijn procesbelang heeft verloren, omdat hij niet meer bereikbaar is voor zijn gemachtigde. De gemachtigde heeft bevestigd dat zij sinds 10 oktober 2023 geen contact meer heeft gehad met eiser. De rechtbank heeft geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gemaakt en er is een rechtsmiddel tegen deze uitspraak mogelijk binnen één week na bekendmaking.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Middelburg
Bestuursrecht
zaaknummer: NL23.29931
proces-verbaal van de mondelinge uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen

[naam], eiser

V-nummer: [nummer]
(gemachtigde: mr. N. Wouters),
en

de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder

(gemachtigde: mr. A. Hadfy- Kovacs).

ProcesverloopBij besluit van 19 september 2023 (het bestreden besluit) heeft verweerder de asielaanvraag van eiser in de verlengde procedure afgewezen als kennelijk ongegrond.

Eiser heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld.
De rechtbank heeft het beroep op 16 november 2023 op zitting behandeld. Eiser is niet verschenen. De gemachtigde van eiser is wel verschenen. Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde en heeft digitaal deelgenomen aan de zitting.
Na afloop van de behandeling van de zaak ter zitting heeft de rechtbank onmiddellijk uitspraak gedaan.

Beslissing

De rechtbank verklaart het beroep niet-ontvankelijk.

Overwegingen

1. De rechtbank verklaart het beroep niet-ontvankelijk wegens het ontbreken van procesbelang. Uit het bericht van verweerder van 15 november 2023 blijkt dat eiser door het COA [1] op 6 oktober 2023 en door de vreemdelingendienst per 15 november 2023 is afgemeld als vertrokken met onbekende bestemming. De gemachtigde van eiser heeft op 13 november 2023 onder meer bericht dat zij eiser niet meer heeft kunnen bereiken en heeft vervolgens op 15 november 2023 laten weten geen contact meer te hebben kunnen krijgen met eiser en niet op de hoogte te zijn van zijn huidige verblijfplaats.
2. Uit de vaste jurisprudentie van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State blijkt dat ingeval een vreemdeling met onbekende bestemming vertrekt zonder contact te onderhouden met zijn gemachtigde, wordt geconcludeerd dat hij kennelijk geen prijs meer stelt op de door hem aanvankelijk gezochte bescherming in Nederland. Van de vreemdeling mag worden verwacht dat hij zijn gemachtigde gedurende de hele procedure op de hoogte houdt van zijn verblijfplaats en met hem steeds in contact blijft over de voortgang van de procedure en de keuzes die in dit kader moeten worden gemaakt. De rechtbank verwijst naar de afdelingsuitspraak van 16 september 2021. [2]
3. Ter zitting heeft de gemachtigde van eiser bevestigd niet op de hoogte te zijn van de verblijfplaats van eiser en aangegeven reeds sinds 10 oktober 2023 geen contact meer te hebben gehad met eiser.
4. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.
Deze uitspraak is uitgesproken in het openbaar op 16 november 2023 door mr. S.E. van de Merbel, rechter, in aanwezigheid van mr. S.D.C.J. Verheezen, griffier, en openbaar
gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op www.rechtspraak.nl.
Dit proces-verbaal is bekendgemaakt op:
Rechtsmiddel
Tegen deze uitspraak kan hoger beroep worden ingesteld bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State binnen één week na de dag van bekendmaking van dit proces-verbaal.

Voetnoten

1.Centraal Orgaan opvang asielzoekers.