Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
[verzoeker], verzoekers
Rechtbank Den Haag
Op 29 september 2023 heeft de Rechtbank Den Haag, zittingsplaats Utrecht, uitspraak gedaan in de zaken met de nummers NL23.25931 en NL23.25939. De voorzieningenrechter, mr. J.J. Catsburg, heeft de verzoeken om een voorlopige voorziening afgewezen. De verzoekers, vertegenwoordigd door hun gemachtigde mr. F.S. Boedhoe, hadden een voorlopige voorziening gevraagd in het kader van hun aanvragen voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd. Deze aanvragen waren door de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, vertegenwoordigd door mr. M.K. Ruijzendaal, niet in behandeling genomen, omdat Duitsland verantwoordelijk zou zijn voor de behandeling van de asielaanvragen.
De verzoekers hebben tegen de bestreden besluiten beroep ingesteld en vroegen de voorzieningenrechter om een voorlopige voorziening. De zitting vond plaats op 19 september 2023, waar de verzoekers en verweerder zich lieten vertegenwoordigen door hun gemachtigden. Tijdens de zitting is ook een andere zaak, met de nummers NL23.25930 en NL23.25938, behandeld. De rechtbank heeft in die zaken uitspraak gedaan, waardoor de noodzaak voor een voorlopige voorziening in de onderhavige zaken kwam te vervallen.
De voorzieningenrechter heeft geconcludeerd dat er geen aanleiding is voor een proceskostenveroordeling en heeft de verzoeken om voorlopige voorziening afgewezen. De uitspraak is openbaar gemaakt op 29 september 2023 en tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.