ECLI:NL:RBDHA:2023:17682
Rechtbank Den Haag
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om voorlopige voorziening inzake deelname aan de Subsidieregeling pakket rechtsbijstand herstelregelingen kinderopvangtoeslag
In deze uitspraak van de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 24 oktober 2023, wordt het verzoek om een voorlopige voorziening van verzoeker afgewezen. Verzoeker, die geen advocaat is, had een aanvraag ingediend om deel te nemen aan de Subsidieregeling pakket rechtsbijstand herstelregelingen kinderopvangtoeslag. Deze aanvraag was eerder op 28 augustus 2023 door verweerder, het bestuur van de Raad voor Rechtsbijstand, afgewezen. Verzoeker heeft bezwaar gemaakt tegen deze afwijzing en verzocht om een voorlopige voorziening.
De voorzieningenrechter heeft het verzoek op 19 oktober 2023 behandeld, waarbij zowel verzoeker als zijn gemachtigde, alsook de gemachtigde van verweerder aanwezig waren. De voorzieningenrechter oordeelt dat de aanvraag van verzoeker niet kan worden ingewilligd, omdat de Regeling duidelijk stelt dat alleen advocaten kunnen deelnemen. Verzoeker heeft eerder een aanvraag gedaan die ook was afgewezen, en er zijn volgens verweerder geen nieuwe feiten of omstandigheden die een andere beslissing rechtvaardigen.
De voorzieningenrechter concludeert dat de spoedeisendheid van het verzoek niet voldoende is om de gevraagde voorziening te treffen. Verzoeker stelt dat de afwijzing gevolgen heeft voor slachtoffers van de toeslagenaffaire die hij kosteloos bijstaat, maar de voorzieningenrechter oordeelt dat de Regeling niet bedoeld is voor ondernemers en dat verzoeker in wezen vraagt om een aanpassing van de Regeling, wat niet binnen de procedure van voorlopige voorzieningen valt. De voorzieningenrechter wijst het verzoek om een voorlopige voorziening af en er is geen aanleiding voor vergoeding van griffierecht of proceskosten.