ECLI:NL:RBDHA:2023:17225

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
26 september 2023
Publicatiedatum
13 november 2023
Zaaknummer
NL23.12483
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek om voorlopige voorziening in vreemdelingenzaak na afwijzing verblijfsvergunning

In deze uitspraak beslist de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op het verzoek om een voorlopige voorziening van de verzoeker, die een verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd heeft aangevraagd. De aanvraag van verzoeker is door de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid afgewezen met een besluit van 15 oktober 2021. Na het indienen van bezwaar heeft de staatssecretaris op 24 april 2023 het eerdere besluit gehandhaafd. Verzoeker heeft hiertegen beroep ingesteld en tegelijkertijd een verzoek om voorlopige voorziening ingediend.

De voorzieningenrechter heeft het verzoek om voorlopige voorziening behandeld op 19 september 2023, gelijktijdig met de beroepszaak NL23.12482. Tijdens de zitting waren de verzoeker, zijn gemachtigde mr. L. Sinoo, een tolk en de gemachtigde van de staatssecretaris aanwezig. De voorzieningenrechter heeft in een andere uitspraak, zaaknummer NL23.12482, op dezelfde dag uitspraak gedaan op het beroep van verzoeker. Aangezien de rechtbank in die zaak al een beslissing heeft genomen, is er geen noodzaak meer voor een voorlopige voorziening. Daarom wijst de voorzieningenrechter het verzoek om voorlopige voorziening af.

De uitspraak is gedaan door mr. G.P. Loman, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr. E. Kersten, griffier. De uitspraak is openbaar gemaakt op 26 september 2023. Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.

Uitspraak

uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Utrecht Bestuursrecht zaaknummer: NL23.12483
uitspraak van de voorzieningenrechter in de zaak tussen
[verzoeker], V-nummer: [V-nummer] , verzoeker (gemachtigde: mr. L. Sinoo),
en
de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, de staatssecretaris (gemachtigde: S. Kowsari).

Inleiding

1. In deze uitspraak beslist de voorzieningenrechter op het verzoek om een voorlopige voorziening van verzoeker.
1.1.
De staatssecretaris heeft de aanvraag van verzoeker om een verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd met het besluit van 15 oktober 2021 afgewezen. Met het bestreden besluit van 24 april 2023 op het bezwaar van verzoeker is de staatssecretaris bij de afwijzing van de aanvraag gebleven. Verzoeker heeft hiertegen beroep ingesteld en een verzoek om voorlopige voorziening ingediend.
1.2.
De voorzieningenrechter heeft het verzoek, gelijktijdig met de beroepszaak NL23.12482, op 19 september 2023 op zitting behandeld. Hieraan hebben deelgenomen: verzoeker, [A] , de gemachtigde van verzoeker, S. Mahed als tolk en de gemachtigde van de staatssecretaris.

Beoordeling door de voorzieningenrechter

2. Bij uitspraak van vandaag, zaaknummer NL23.12482, heeft de rechtbank uitspraak gedaan op het beroep. Een voorlopige voorziening is daarom niet meer nodig. De voorzieningenrechter wijst het verzoek om die reden af. Voor vergoeding van het griffierecht of een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af.
Deze uitspraak is gedaan door mr. G.P. Loman, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr. E. Kersten, griffier.
zaaknummer: NL23.12483
2
De uitspraak is uitgesproken in het openbaar en bekendgemaakt op:
26 september 2023

Documentcode: [documentcode]

Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.