Op 10 oktober 2023 heeft de kinderrechter van de Rechtbank Den Haag een beschikking gegeven in de zaak van Stichting Jeugdbescherming West Haaglanden betreffende de uithuisplaatsing van een minderjarige, hierna te noemen [naam01]. De kinderrechter heeft eerder op 2 oktober 2023 een machtiging verleend voor de uithuisplaatsing van [naam01] tot 13 oktober 2023. Tijdens de mondelinge behandeling op 10 oktober 2023, waarbij de moeder niet aanwezig was maar vertegenwoordigd door haar advocaat, is het verzoek van de gecertificeerde instelling om de uithuisplaatsing te verlengen tot 18 november 2023 besproken. De kinderrechter heeft vastgesteld dat de moeder, die kampt met persoonlijke problemen en problematisch alcoholgebruik, momenteel niet in staat is om voor [naam01] te zorgen. De moeder heeft weliswaar hulp gezocht en is bereid om aan haar problemen te werken, maar de situatie is nog niet zodanig verbeterd dat [naam01] bij haar kan wonen. De kinderrechter heeft geoordeeld dat de uithuisplaatsing noodzakelijk is in het belang van [naam01] en heeft de machtiging verleend voor de duur van de ondertoezichtstelling. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en er is een mogelijkheid voor hoger beroep binnen drie maanden na de uitspraak.