ECLI:NL:RBDHA:2023:17092
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- B.F.Th. de Roos
- Rechtspraak.nl
Verzoek om voorlopige voorziening in vreemdelingenrechtelijke zaak niet-ontvankelijk verklaard wegens niet-betaling griffierecht
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 1 november 2023 uitspraak gedaan in een verzoek om een voorlopige voorziening. De zaak betreft een verzoeker die een aanvraag had ingediend voor een verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd. Het verzoek werd niet in behandeling genomen door de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, die het bezwaar van de verzoeker tegen het primaire besluit niet-ontvankelijk verklaarde. De verzoeker heeft vervolgens de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen.
De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat de verzoeker het verschuldigde griffierecht van € 184,00 niet heeft betaald, ondanks dat hij daartoe in de gelegenheid was gesteld via een aangetekende brief van 25 april 2023. In deze brief werd de verzoeker geïnformeerd dat het niet betalen van het griffierecht zou leiden tot niet-ontvankelijkheid van het verzoek. Aangezien de verzoeker geen reden heeft opgegeven voor het niet betalen van het griffierecht, heeft de voorzieningenrechter geoordeeld dat het verzoek kennelijk niet-ontvankelijk is.
De uitspraak benadrukt het belang van het tijdig betalen van griffierechten in bestuursrechtelijke procedures. De voorzieningenrechter heeft geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling en heeft het verzoek om een voorlopige voorziening dan ook niet-ontvankelijk verklaard. Tegen deze uitspraak staat geen rechtsmiddel open.