ECLI:NL:RBDHA:2023:17021

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
9 november 2023
Publicatiedatum
9 november 2023
Zaaknummer
NL23.18368
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Vreemdelingenrecht
Procedures
  • Vereenvoudigde behandeling
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Niet-ontvankelijkheid van beroep tegen niet tijdig beslissen op asielaanvraag

In deze zaak heeft eiser, geboren op 1 [geboortedatum] en van Iraakse nationaliteit, op 6 maart 2022 een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd. Eiser heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid op 8 september 2022 en 12 juni 2023 in gebreke gesteld wegens het niet tijdig beslissen op zijn asielaanvraag. Eiser heeft vervolgens op 7 oktober 2022 en 24 juni 2023 beroep ingesteld tegen het niet tijdig nemen van een besluit. De rechtbank Den Haag heeft op 29 juni 2023 het beroep van 7 oktober 2022 gegrond verklaard en de staatssecretaris opgedragen om binnen zestien weken alsnog te beslissen op de aanvraag van eiser. Op 11 juli 2023 heeft de staatssecretaris een inwilligend besluit genomen.

De rechtbank heeft eiser op 19 juli 2023 verzocht om binnen twee weken te laten weten of de inwilligende beslissing aanleiding geeft om het beroep in te trekken of te handhaven. Eiser heeft besloten het beroep te handhaven en verzocht om vergoeding van de proceskosten. De rechtbank heeft op basis van artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) uitspraak gedaan zonder zitting.

De rechtbank heeft ambtshalve beoordeeld of eiser procesbelang heeft bij de beoordeling van het beroep. De rechtbank concludeert dat dit procesbelang ontbreekt, aangezien er al een uitspraak was gedaan in de procedure NL22.20199. De rechtbank kan niet twee keer beslissen op een beroep dat gericht is tegen hetzelfde niet tijdig nemen van een besluit. Daarom is het beroep van eiser kennelijk niet-ontvankelijk verklaard. Er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.

De rechtbank heeft de uitspraak gedaan op 9 november 2023, waarbij het beroep niet-ontvankelijk is verklaard.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Groningen
Bestuursrecht
zaaknummer: NL23.18368

uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen

[naam], eiser

geboren op 1 [geboortedatum]
van Iraakse nationaliteit,
V-nummer: [nummer]
(gemachtigde: mr. L.J. Meijering),
en

de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, de staatssecretaris.

Procesverloop

Eiser heeft op 6 maart 2022 een aanvraag tot het verlenen van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd ingediend.
Bij brief van 8 september 2022 en 12 juni 2023 heeft eiser de staatssecretaris in gebreke gesteld wegens het niet tijdig beslissen op zijn asielaanvraag. Eiser heeft vervolgens op respectievelijk 7 oktober 2022 NL22.20199 en 24 juni 2023 NL23.18368 beroep ingesteld tegen het niet tijdig nemen van een besluit.
Bij uitspraak van 29 juni 2023 heeft deze zittingsplaats van de rechtbank Den Haag, het beroep van 7 oktober 2023 gegrond verklaard en de staatssecretaris opgedragen binnen zestien weken alsnog te beslissen op de aanvraag van eiser.
De staatssecretaris heeft op 11 juli 2023 een inwilligend besluit genomen.
De rechtbank heeft bij bericht van 19 juli 2023 eiser verzocht binnen twee weken de rechtbank te informeren of de inwilligende beslissing aanleiding is om het beroep in te trekken of te handhaven. Naar aanleiding daarvan heeft eiser het beroep gehandhaafd, met daarbij het verzoek de staatssecretaris te veroordelen tot vergoeding van de proceskosten.

Overwegingen

1. De rechtbank doet op grond van artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) uitspraak zonder zitting.
2. De rechtbank dient ambtshalve te beoordelen of eiser procesbelang heeft bij een beoordeling van dit beroep. Naar het oordeel van de rechtbank ontbreekt dit procesbelang. Ten tijde van het indienen van het nu voorliggende beroep was er nog geen uitspraak gedaan in de procedure NL22.20199. Deze rechtbank heeft op 29 juni 2023 alsnog uitspraak gedaan en het beroep gegrond verklaard en - voor zover hier van belang - een beslistermijn van zestien weken opgelegd om alsnog te beslissen op de asielaanvraag van eiser. Aangezien de rechtbank niet twee keer kan beslissen op een beroep gericht tegen hetzelfde niet tijdig nemen van een besluit dat hetzelfde doel dient, namelijk het verzoek tot het opleggen van een beslistermijn aan de staatssecretaris, heeft eiser geen belang bij het onderhavige beroep.
3. Gelet op het voorgaande is het beroep van eiseres tegen het niet tijdig nemen van een besluit kennelijk niet-ontvankelijk.
4. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De rechtbank verklaart het beroep niet-ontvankelijk.
Deze uitspraak is gedaan door mr. C.H. de Groot rechter, in aanwezigheid van A.J. Kinds, griffier en openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op rechtspraak.nl.
De uitspraak bekendgemaakt op:
Bent u het niet eens met deze uitspraak?
Als u het niet eens bent met deze uitspraak, kunt u een brief sturen naar de rechtbank waarin u uitlegt waarom u het er niet mee eens bent. Dit heet een verzetschrift. U moet dit verzetschrift indienen binnen 6 weken na de dag waarop deze uitspraak is verzonden. U ziet deze datum hierboven. Als u graag een zitting wilt waarin u uw verzetschrift kunt toelichten, kunt u dit in uw verzetschrift vermelden.