Uitspraak
[eiser/verzoeker], V-nummer: [v-nummer], eiser/verzoeker (hierna: eiser)
de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid,
Inleiding
Beoordeling door de rechtbank
Verder stelt eiser zich op het standpunt dat het bestreden besluit onzorgvuldig tot stand is gekomen en dat verweerder door zijn handelwijze het beginsel van behoorlijke rechtshulpverlening heeft geschonden, hetgeen ook een schending van het recht op een eerlijk proces in de van artikel 6 van het EVRM [2] oplevert. Hiertoe wordt overwogen dat de gemachtigde van eiser voor het eerst in kennis is gesteld van de asielaanvraag van eiser in het voornemen. De gemachtigde van eiser heeft voorafgaand aan het voornemen geen koppelingsbrief ontvangen van de Raad voor de Rechtsbijstand en geen toegang gekregen tot de relevante stukken in het dossier. Verweerder heeft daarnaast niet voldaan aan het verzoek in de zienswijze om de dossierstukken aan de gemachtigde van eiser toe te zenden. Dit heeft verweerder pas gelijktijdig met het bestreden besluit gedaan. Verweerder heeft in het bestreden besluit ook ten onrechte overwogen dat eiser niet is verschenen voor zijn aanmeldgehoor. Eiser heeft enkel op 12 januari 2023 een zogenaamde ‘loopbrief’ ontvangen en op diezelfde datum asiel aangevraagd door middel van het M35-H formulier. Eiser heeft daarna geen uitnodiging meer ontvangen voor een aanmeldgehoor zoals in het voornemen wordt gesteld. Vier weken nadat eiser asiel had aangevraagd is hij overgeplaatst naar een opvanglocatie. Eiser heeft vervolgens toestemming gekregen om samen te wonen met zijn partner in Amsterdam onder de voorwaarde dat hij zich elke week zou melden bij de opvanglocatie. Eiser heeft zich tot 3 augustus 2023 elke week gemeld. Op 3 augustus 2023 heeft eiser zich eenmalig niet gemeld omdat hij aanwezig was bij de Gay Pride in Amsterdam. Op 10 augustus 2023 is eiser naar de opvangloc gegaan om hier uitleg over te geven. Eiser werd echter toegang tot de opvanglocatie geweigerd door medewerkers van de informatiebalie. Als reden voor de weigering is aan eiser medegedeeld dat zijn aanvraag buiten behandeling was gesteld. De datum waarop eiser met onbekende bestemming vertrokken zou zijn volgens het bestreden besluit, 11 augustus 2023, is daarom onjuist. Tot slot, is het opmerkelijk dat eiser geen voornemen heeft ontvangen waarin het niet verschijnen voor de meldplicht kenbaar is gemaakt.
Conclusie en gevolgen
Beslissing
Tegen de uitspraak op het verzoek om een voorlopige voorziening staat geen hoger beroep of verzet open.