ECLI:NL:RBDHA:2023:16603

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
8 november 2023
Publicatiedatum
6 november 2023
Zaaknummer
C-09-653645-KG ZA 23-761
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Kort geding
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vonnis in kort geding over reputatieschade en vrijheid van meningsuiting tussen Lupi B.V. en voormalig werknemers

In deze zaak heeft Lupi B.V., uitbater van drie espressobars in Den Haag, Leiden en Leidschendam, gedaagd voormalig werknemers en organisaties die publieke uitlatingen hebben gedaan over vermeende uitbuiting en onderbetaling. De gedaagden hebben online berichten geplaatst, flyers verspreid en gedemonstreerd, waarbij ook een aangepast logo van Lupi is gebruikt. Lupi vorderde dat de gedaagden hun acties zouden staken en de uitlatingen zouden verwijderen, omdat deze schadelijk zijn voor haar reputatie. De voorzieningenrechter heeft geoordeeld dat het recht op vrije meningsuiting van de gedaagden op dit moment zwaarder weegt dan het recht van Lupi op bescherming van haar goede naam. De vorderingen tot het staken van demonstraties en het verwijderen van berichten zijn afgewezen. Echter, het gebruik van het aangepaste logo is onrechtmatig bevonden, en de gedaagden moeten hiermee stoppen op straffe van een dwangsom. De zaak illustreert de spanningen tussen het recht op vrije meningsuiting en de bescherming van de reputatie van een onderneming.

Uitspraak

RECHTBANK Den Haag

Team handel - voorzieningenrechter
Zaaknummer: C/09/653645 / KG ZA 23-761
Vonnis in kort geding van 8 november 2023
in de zaak van
LUPI B.V.te Leidschendam, gemeente Leidschendam-Voorburg,
eiseres,
advocaat: mr. O.R. van Hardenbroek te Den Haag,
tegen

1.[gedaagde sub 1] te [plaats 1] ,

2.
[gedaagde sub 2]te [plaats 2] ,
3.
[gedaagde sub 3]te [plaats 2] ,
4.
[gedaagde sub 4]te [plaats 3] , gemeente [gemeente] ,
5.
[gedaagde sub 5]te [plaats 1] ,
6.
[gedaagde sub 6]te [plaats 2] ,
gedaagden,
advocaat mr. A.A. Bouwman,

7.[gedaagde sub 7] te [plaats 4] ,

8.
HORECA UNITEDzonder bekende vestigingsplaats of kantoor,
9.
DOORBRAAK.EUte Leiden,
gedaagden,
advocaat mr. J. van Lunen te Den Haag.
Eiseres wordt hierna ‘Lupi’ genoemd.
Gedaagden 1 tot en met 9 worden hierna gezamenlijk aangeduid met ‘gedaagden’. Gedaagden 1 tot en met 6 worden hierna afzonderlijk aangeduid met ‘ [gedaagde sub 1] ’, ‘ [gedaagde sub 2] ’, ‘ [gedaagde sub 3] ’, ‘ [gedaagde sub 4] ’, ‘ [gedaagde sub 5] ’ en ‘ [gedaagde sub 6] ’ en gezamenlijk met ‘de voormalig werknemers’.
Gedaagden 7 tot en met 9 worden hierna afzonderlijk aangeduid met ‘ [gedaagde sub 7] ’, ‘Horeca United’ en ‘Doorbraak.EU’.
De zaak in het kort
Lupi is een uitbater van drie espressobars in Den Haag, Leiden en Leidschendam. Gedaagden, waaronder voormalig werknemers van Lupi, hebben publieke uitlatingen gedaan over Lupi. De strekking van die uitlatingen is dat Lupi haar (voormalig) werknemers te weinig betaalt, ten onrechte kosten in rekening brengt voor een barista-cursus en sprake is van uitbuiting. Gedaagden hebben daartoe online berichten geplaatst, flyers verspreid, gedemonstreerd en de media benaderd. Daarbij is ook een aangepaste versie van het logo van Lupi gebruikt. Lupi stelt dat de uitlatingen van gedaagden onjuist zijn en schadelijke gevolgen hebben voor haar reputatie. Zij wil dat gedaagden hun acties staken, de geplaatste berichten verwijderen en stoppen met het gebruik van het aangepaste logo.
De voorzieningenrechter wijst de gevorderde bevelen tot het staken van (verdere) demonstraties, flyeracties en plaatsing van negatieve persberichten af. Ook hoeven de berichten op de website en social media kanalen van Horeca United en Doorbraak.EU niet te worden verwijderd. Het recht van Lupi op bescherming van haar goede naam weegt op dit moment niet zwaarder dan het recht op vrije meningsuiting van gedaagden. Echter kan een voortzetting van de acties in of nabij de vestigingen van Lupi of via social media er op den duur toe leiden dat de grenzen van het recht op vrijheid van meningsuiting van gedaagden in zicht komen. De voorzieningenrechter oordeelt tot slot dat het gebruik van het aangepaste logo onrechtmatig is en dat [gedaagde sub 7] , Horeca United en Doorbraak.EU daarmee moeten stoppen, op straffe van een dwangsom.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding met producties 1 tot en met 24;
- de akte overleggen aanvullende producties van Lupi, met producties 25 tot en met 35;
- de akte overleggen aanvullende producties van Lupi, met producties 36 tot en met 45;
- de conclusie van antwoord met producties 1 tot en met 13;
- de op 4 oktober 2023 gehouden mondelinge behandeling, waarbij door alle advocaten pleitnotities zijn overgelegd.
1.2.
Aan het einde van de mondelinge behandeling hebben partijen verzocht de zaak tot 21 oktober 2023 aan te houden, zodat zij in overleg konden treden over het bereiken van een minnelijke regeling. Bij e-mail van 20 oktober 2023 heeft mr. Van Lunen bericht dat partijen geen overeenstemming hebben bereikt en dat zij om vonnis verzoekt. Zowel mr. Bouwman als mr. Van Hardenbroek hebben de inhoud van de e-mail van mr. Van Lunen bevestigd. Vervolgens is vonnis bepaald op vandaag.

2.De feiten

Op grond van de stukken en het verhandelde ter zitting wordt in dit geding van het volgende uitgegaan.
2.1.
Lupi exploiteert (in totaal drie) espressobars in Den Haag, Leiden en Leidschendam en handelt in de verkoop van koffie, thee en aanverwante producten. Lupi maakt gebruik van het volgende logo dat op 14 juli 2023 als merk is geregistreerd:
2.2.
[gedaagde sub 1] , [gedaagde sub 2] , [gedaagde sub 3] , [gedaagde sub 4] , [gedaagde sub 5] en [gedaagde sub 6] zijn voormalig werknemers van Lupi. [gedaagde sub 7] is woordvoerder van Horeca United, een informele vereniging in de zin van artikel 2:30 BW die zich presenteert als een vakbond in oprichting. Doorbraak.EU exploiteert de website ‘www.doorbraak.eu’.
2.3.
De voormalig werknemers hebben in de maanden april en mei 2023 ieder afzonderlijk hun ontslag bij Lupi ingediend. Vervolgens hebben ze zich tot Horeca United gewend. Bij brief van 21 juni 2023 heeft Horeca United, mede namens hen, verzocht om betaling van het achterstallig loon, om (terug)betaling van de kosten die zij aan Lupi hebben betaald voor een barista-cursus en om herziening van alle nieuwe arbeidsovereenkomsten en de huisregels die Lupi hanteert.
2.4.
Een dag later heeft Horeca United een bericht op haar website geplaatst met als titel “Baristas eisen gestolen loon terug in ultimatum aan oud-werkgever”, met daarin onder meer de volgende tekst:
“(…) Wat is er precies aan de hand? Enige tijd geleden werden wij benaderd door een groepje mensen die allemaal bij deze koffiezaken hadden gewerkt en met dezelfde problemen te maken kregen. Het salaris zat onder minimumloon, schoonmaken moest in eigen tijd en ga zo maar door. Alsof dat niet erg genoeg was, laat de baas mensen betalen voor een dure ‘barista cursus’, waarbij ze in feite gratis werken. Zelf neemt hij twee van de drie ‘cursusdagen’ voor zijn rekening, maar als mensen ontslag nemen houdt hij dat geld van hun loon in.
Zes oud-werknemers besloten dit niet te pikken. Ze sloten zich aan bij Horeca United om samen met ons campagne te voeren. Hun looneisen hebben we keurig uitgerekend en op een rijtje gezet, maar ze willen meer dan dat: We eisen ook dat deze baas zich aan de wet gaat houden en stopt met uitbuiten. De contracten en huisregels moeten worden herzien en aangepast aan de cao Horeca, en onbetaald werken of zelf betalen voor een cursus zit er niet meer in. Anders gaan wij actie voeren. (…)”
2.5.
Op 7 juli 2023 heeft Horeca United twee berichten over Lupi op haar website geplaatst met als koppen respectievelijk “NIEUWE CAMPAGNE: Lupi-werknemers vechten tegen stelende baas!” en “Baristas doen hun verhaal over de werkomstandigheden bij Lupi Coffee”. In het eerstgenoemde bericht is, onder meer, de volgende tekst opgenomen:
“(…) Twee weken geleden kondigden wij onze nieuwe campagne aan. We werden benaderd door zes barista’s van Lupi Coffee (…). We hebben hun eisen samengevat in een brief met een ultimatum: Lupi Coffee moet de slechte werkomstandigheden verbeteren en deze zes arbeiders terugbetalen waar ze recht op hebben, of we ondernemen actie.
Helaas vinden ze zich te goed om ons te antwoorden. Het ultimatum is afgelopen, maar nog steeds komt geen reactie. Dit bedrijf dat tegen het einde van het jaar ‘ca 20’ koffietenten geopend wil hebben, spaart kosten nog moeite voor om Instagram-waardig decor of dure robots. Maar als het om personeel gaat, is het een ander verhaal:
(…)
We hebben de eigenaar van Lupi Coffee, de [de eigenaar] , duidelijk gemaakt dat hij met deze praktijken moet stoppen. Volgens onze berekening is hij de zes baristas die ons benaderden € 977 tot € 1974 aan loon verschuldigd, afhankelijk van het geval, plus het cursusgeld dat varieert van € 290 tot € 870.
(…)
‘De man’ besloot onze brieven te negeren. Hij denkt dat hij weg kan komen met stelen van zijn werknemers terwijl hij de volgende Starbucks Coffee opzet. Niet als het aan ons ligt! We stoppen pas als hij akkoord gaat met onze eisen. Het publiceren van dit artikel is slechts een van vele stappen… (…)”
2.6.
Op 7, 8 en 9 juli heeft een flyeractie plaatsgevonden bij de locatie van Lupi in Leiden. Op de flyers stond de volgende tekst vermeld:
LUPI COFFEE NAAIT Z’N PERSONEEL
  • Uurlonen onder minimumloon
  • Schoonmaakwerk na sluit wordt niet betaald
  • Verplichte “baristacursus” a €290 per dag = op eigen kosten ingewerkt worden
Zes ex-werknemers van Lupi Coffee eisen samen met vakbond Horeca United compensatie en verandering van de illegale praktijken.
Omdat onze eisen niet zijn nagekomen, gaan wij door met actie voeren tot zij hun openstaand loon hebben ontvangen en [de eigenaar] , de eigenaar, zijn contracten en huisregels aanpast aan de regels van de wet en het gezonde verstand.
Lees het hele verhaal op[e-mailadres].
Ook genaaid door Lupi Coffee of een ander horecabedrijf? Werk jij ook in de horeca en klinkt dit als een bekend verhaal? Horeca United is dé DIY vakbond voor support en directe actie. (…)”
Verder stond op de flyers onderstaand logo vermeld:
2.7.
Op 12 juli 2023 is namens Lupi aangifte gedaan van belediging.
2.8.
Op 13 juli 2023 heeft Doorbraak.EU de twee berichten van Horeca United van 7 juli 2023 (gedeeltelijk) overgenomen en op haar website geplaatst.
2.9.
Op 15 juli 2023 heeft een flyeractie plaatsgevonden bij de locatie van Lupi in Den Haag en op 17 juli 2023 is een bericht over Lupi geplaatst op de website van Doorbraak.EU met als titel “Lupi Coffee-baas probeert flyerend ex-personeelslid te intimideren door posters over haar te plakken”.
2.10.
Vervolgens heeft Lupi contact opgenomen met Horeca United. In een e-mail van
19 juli 2023 heeft zij, kort samengevat, de stellingen van Horeca United weersproken en haar gesommeerd om het gebruik van het aangepaste logo te stoppen, net als het flyeren en de diverse publicaties op het internet, social media en haar de website. Daarna hebben Lupi en Horeca United met elkaar gecorrespondeerd, maar dat heeft niet tot een oplossing geleid.
2.11.
Op 4 augustus 2023 heeft Horeca United op haar Instagram-pagina opgeroepen tot deelname aan een demonstratie tegen Lupi op 27 augustus 2023. Deze oproep is vervolgens op 10 augustus 2023 op de website van Horeca United en Doorbraak.EU geplaatst. In de daarop volgende periode zijn er diverse artikelen verschenen over de kwestie in onder meer het Leidsch Dagblad, DH FM en het AD.
2.12.
Op 11 augustus 2023 heeft Lupi via haar website onder andere de volgende berichten ontvangen:
“Hee zielige aap, kleuter directeur, denk je echt dat we gek zijn in Leiden? Je gaat heel veel last van ons krijgen. Succes met je faillissement sappige Isis nazi. de zwarte tulp waakt”
en
“Jammer van je zaak stronthond. Iedereen weet wat voor schoft je bent. Niemand zal nig die smerige troep bij je drinken. Met je Syutsupply pyama. Alles is nep aan jou. Je personeel moet nu weg, het is niet veilig.”
2.13.
De demonstratie heeft plaatsgevonden op 27 augustus 2023, waarbij de demonstranten, na diverse speeches op het Spuiplein, naar de locatie van Lupi in Den Haag zijn gelopen. Bij dit filiaal zijn flyers uitgedeeld en is een (opblaas)bokaal met daarop de tekst
“uitbuiter van het jaar”achtergelaten.
2.14.
Tussen 13 en 15 september 2023 heeft Lupi gedaagden in kort geding gedagvaard. Op 23 en 27 september hebben Horeca United en Doorbraak.EU nog diverse berichten op hun website en social media kanalen geplaatst over de demonstratie en het aangespannen kort geding, waarbij ook is opgeroepen om aanwezig te zijn bij een solidariteitsbijeenkomst voorafgaand aan de kortgedingzitting van 4 oktober 2023.

3.Het geschil

3.1.
Lupi vordert – zakelijk weergegeven en na eisvermindering ter zitting – bij vonnis, zoveel mogelijk uitvoerbaar bij voorraad:
I. gedaagden te bevelen om binnen 24 uur na betekening van het vonnis op eigen kosten alles dat van hun kant nodig en mogelijk is te doen om verdere demonstraties, negatieve persberichten over Lupi Coffee en flyeracties te staken;
II. Horeca United en Doorbraak.EU te bevelen om binnen 48 uur na betekening van het vonnis op eigen kosten alles dat van hun kant nodig en mogelijk is om verwijdering, dan wel afscherming van het publiek van berichten over Lupi op hun websites te bewerkstelligen;
III. Horeca United en Doorbraak.EU te bevelen om binnen 48 uur na betekening van het vonnis op eigen kosten alles dat van hun kant nodig en mogelijk is om verwijdering, dan wel afscherming van het publiek van hun Instagram-pagina’s te bewerkstelligen;
IV. Horeca United te bevelen om binnen 48 uur na betekening van het vonnis op eigen kosten alles dat van haar kant nodig en mogelijk is om verwijdering, dan wel afscherming van het publiek van haar Facebook-pagina te bewerkstelligen;
V. gedaagden te verbieden om gebruik te blijven maken van het logo van Lupi waarbij de centraal daarop afgebeelde wolf is vervangen door een hand met opgestoken middelvinger en de tekst “Coffee & more” is vervangen door de tekst “steals from workers & more” althans enige andere bewerking van het logo van Lupi;
VI. het I tot en met V gevorderde toe te wijzen op straffe van een onmiddellijk opeisbare dwangsom van € 10.000,-- voor iedere keer dat gedaagde sub 1 tot en met 8 niet (volledig en/of tijdig) voldoet/voldoen aan één of meer van de tegen (een van) hen uitgesproken veroordelingen en/of bevelen, in dier voege dat deze dwangsom evenzoveel keer verschuldigd zal zijn als aan (onderdelen van) de genoemde veroordelingen en/of bevelen niet (volledig en/of tijdig) wordt voldaan en, cumulatief, eenzelfde bedrag per dag dat de betreffende niet voldoening voortduurt, daarbij ieder gedeelte van een dag als hele dag gerekend, met een maximum van
€ 250.000,--;
VII. te bepalen dat de termijn voor het instellen van de eis in de hoofdzaak als bedoeld in artikel 1019i Rv wordt vastgelegd op zes maanden.
3.2.
Het standpunt van Lupi komt, samengevat, op het volgende neer. Lupi stelt dat gedaagden een campagne tegen haar zijn gestart met als boodschap dat Lupi haar (voormalig) werknemers te weinig betaalt, ten onrechte kosten in rekening brengt voor een barista-cursus en sprake is van uitbuiting. Volgens Lupi zijn de uitlatingen die door gedaagden worden gedaan uiterst negatief en bovendien onjuist en trachten gedaagden daarmee betaling van Lupi af te dwingen. Gedaagden weigeren om in dialoog te treden en hun vorderingen aan de rechter voor te leggen. In plaats daarvan kiezen zij ervoor om druk op Lupi uit te oefenen en hanteren zij een escalatiemodel. Er is sprake van intimidatie, eigenrichting, smaad (en laster), treitergedrag en chantage. De uitlatingen van gedaagden doen afbreuk aan de reputatie van Lupi hebben gevolgen voor de veiligheid van Lupi en haar werknemers. Gedaagden handelen onrechtmatig en daarom vordert Lupi dat gedaagden wordt bevolen om hun demonstraties, flyeracties en negatieve persberichten te staken en dat Horeca United en Doorbraak.EU wordt bevolen om de smadelijke artikelen op hun website en Instagram-pagina te verwijderen. Verder hebben gedaagden het logo van Lupi dusdanig aangepast dat afbreuk wordt gedaan aan de reputatie van het merkenrecht van Lupi in de zin van artikel 2.20 lid 2 onder d BVIE. Ook handelen zij daarmee onrechtmatig. Het gebruik van dit aangepaste logo is niet toegestaan en moet worden gestaakt.
Lupi heeft tot slot een spoedeisend belang bij een voorlopige voorziening, omdat gedaagden een escalatiemodel hanteren en zowel de eigenaar van Lupi als haar medewerkers al doodsbedreigingen hebben ontvangen. Een verdere escalatie van het conflict is onwenselijk en een bodemprocedure kan niet worden afgewacht.
3.3.
Gedaagden voeren verweer, dat hierna, voor zover nodig, zal worden besproken.

4.De beoordeling

Vooraf
4.1.
De dagvaarding is op 13 september 2023 uitgebracht aan [gedaagde sub 4] . Vast staat dat [gedaagde sub 4] op dat moment nog geen 18 jaar oud – en dus minderjarig – was. Een minderjarige is in het burgerlijk procesrecht in beginsel niet bekwaam om in rechte op te treden (artikel 1:245 lid 4 BW). Weliswaar bestaan op die regel een aantal uitzonderingen, maar daarvan is in deze zaak niet gebleken. Dat betekent dat Lupi niet ontvankelijk zal worden verklaard in haar vorderingen voor zover deze gericht zijn tegen [gedaagde sub 4] , nu verzuimd is de wettelijk vertegenwoordiger als formele procespartij in rechte te betrekken.
Vorderingen I tot en met IV
4.2.
De eerste vraag die de voorzieningenrechter zal beantwoorden, is of gedaagden (verdere) demonstraties, flyeracties en het plaatsen van negatieve persberichten over Lupi moeten staken en daarnaast of Horeca United en Doorbraak.EU de berichten over Lupi op hun websites, Instagram- en Facebookpagina moeten verwijderen.
4.3.
Het gaat in deze zaak om een botsing tussen twee fundamentele rechten, het recht op vrijheid van meningsuiting van gedaagden (beschermd door artikel 7 van de Grondwet en artikel 10 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (hierna: EVRM)) en het recht op eerbiediging van de persoonlijke levenssfeer van Lupi (beschermd door artikel 10 van de Grondwet en artikel 8 EVRM). Een beperking van deze rechten is toegestaan als deze bij wet is voorzien en noodzakelijk is in het belang van onder meer de bescherming van de goede naam of de rechten van anderen respectievelijk de bescherming van de rechten en vrijheden van anderen (de zogenoemde ‘noodzakelijkheidstoets’). Het antwoord op de vraag welke van deze (in beginsel gelijkwaardige) rechten in het concrete geval zwaarder weegt, moet worden gevonden door een afweging van alle omstandigheden van het geval. Het oordeel dat één van beide rechten zwaarder weegt dan het andere recht, brengt mee dat dat de inbreuk op het andere recht voldoet aan de zojuist genoemde noodzakelijkheidstoets. Deze omstandigheden wegen niet allemaal even zwaar. Welk gewicht aan omstandigheden moet worden gehecht hangt af van alle bijzonderheden van het concrete geval, in onderlinge samenhang bezien.
4.4.
Lupi stelt zich op het standpunt dat de publieke uitlatingen van gedaagden over de onderbetaling en de slechte werkomstandigheden onjuist zijn en schadelijke gevolgen hebben voor haar reputatie. Zij heeft veel negatieve reacties en inmiddels ook bedreigingen ontvangen. Dat rechtvaardigt volgens Lupi rechterlijk ingrijpen in kort geding. De voorzieningenrechter volgt Lupi niet in haar standpunt en zal zijn oordeel toelichten.
4.5.
Het staat de voormalig werknemers vrij om op te komen voor hun belangen en zich daartoe te verenigen, zich aan te sluiten bij een vakbond of gelijksoortige belangenorganisatie (zoals Horeca United) en hun standpunten over de (door hen ervaren) misstanden bij hun voormalig werkgever Lupi, ook ten behoeve van het publieke debat, onder de aandacht van derden te brengen, bijvoorbeeld door te demonstreren, flyers te verspreiden, online berichten te plaatsen of de media te benaderen. Wel geldt daarbij dat de uitlatingen van de voormalig werknemers, maar ook die van Horeca United en Doorbraak.EU, niet evident onjuist mogen zijn. Deze moeten steun vinden in het op dat moment beschikbare feitenmateriaal. Ook is van belang dat de middelen die gedaagden gebruiken voor het uitdragen van hun boodschap in redelijke verhouding staan tot het door hen daarmee te bereiken doel. Gedaagden moeten zich dus de gerechtvaardigde belangen van Lupi aantrekken en oog (blijven) houden voor de gevolgen van hun uitingen voor Lupi als ondernemer. Dit alles geldt te meer voor Horeca United die, als zelfverklaarde vakbond, een maatschappelijke rol vervult en bovendien, mede door haar connectie met Doorbraak.EU, een groter publiek kan bereiken dan de voormalig werknemers dat zelfstandig kunnen.
4.6.
Naar het oordeel van de voorzieningenrechter hebben gedaagden de grenzen van de vrijheid van meningsuiting tot nu toe niet overschreden. Van belang is ten eerste dat in redelijkheid niet kan worden volgehouden dat de uitlatingen waar Lupi zich over beklaagt – dat zij haar werknemers te weinig zou betalen, zij ten onrechte cursuskosten in rekening zou brengen en de werkomstandigheden bij haar ondermaats zouden zijn – evident onjuist zijn. Of deze klachten van de ex-werknemers gegrond zijn kan in bestek van dit kort geding niet worden vastgesteld. Dat zal moeten gebeuren bij de bodemrechter of bij een andere door partijen te kiezen geschilbeslechter. In het kader van dit kort geding kan niet gezegd worden dat het standpunt van de ex-werknemers ongegrond is, mede gezien het materiaal waarop gedaagden zich beroepen, zoals de overgelegde loonstroken, whatsapp- en e-mailcorrespondentie en huisregels die Lupi hanteert. De boodschap die gedaagden uitdragen is weliswaar kritisch in toonzetting en de gebruikte bewoordingen zijn soms enigszins ongepolijst, maar de algemene strekking daarvan is helder en, als gezegd, gelet op het beschikbare feitenmateriaal, niet als apert onjuist te duiden.
4.7.
Daarnaast is van belang dat gedaagden Lupi op 21 juni 2023 hebben aangeschreven over de kwestie en zij op zitting hebben toegelicht dat het bij hun bestaande ongenoegen al eerder – zonder resultaat – aan het management van Lupi kenbaar is gemaakt. Tegen die achtergrond acht de voorzieningenrechter het niet disproportioneel dat gedaagden ervoor hebben gekozen om hun standpunten via flyeracties, een demonstratie en via het platform van Horeca United en Doorbraak.EU onder de aandacht van een breder publiek te brengen, waarbij zij ook in meer algemene zin aandacht hebben gevraagd voor de arbeidsvoorwaarden van horecapersoneel.
4.8.
Het staat niet ter discussie dat Lupi nadeel ondervindt van de uitlatingen van gedaagden. Dat hebben gedaagden ook niet weersproken. Lupi heeft van derden negatieve reacties en zelfs bedreigingen ontvangen. Hoewel het nadeel dat Lupi ondervindt naar het oordeel van de voorzieningenrechter op dit moment niet zwaarder weegt dan het recht op het recht op vrije meningsuiting van gedaagden, betekent dat vanzelfsprekend niet dat die belangenafweging in de toekomst niet anders kan uitvallen. Daarbij geldt dat gedaagden niet kan worden verweten dat er derden zijn die in het protest van gedaagden aanleiding zien volstrekt verwerpelijke berichten op social media te plaatsen c.q. tot Lupi te richten. Dat gedaagden daarbij betrokken of daarvoor verantwoordelijk zijn, is gesteld noch gebleken.
4.9.
Op de zitting is gebleken dat de discussie tussen partijen in hoofdzaak juridisch van aard is: is Lupi jegens de voormalig werknemers gehouden geldbedragen te voldoen? Dat is waar het partijen in het bijzonder om gaat. Nu partijen er kennelijk niet in geslaagd zijn gezamenlijk tot een minnelijke oplossing te komen, lijkt het erop dat er een rechter (of andere geschilbeslechter) aan te pas zal moeten komen. Een voortzetting van de acties in of nabij de vestigingen van Lupi of via social media kan er op den duur toe leiden dat de grenzen van het recht op vrijheid van meningsuiting van gedaagden in zicht komen. De acties krijgen dan het karakter van een ongerijmd en onrechtmatig pressiemiddel. Gedaagden lijken dat ook te onderkennen, nu zij op zitting hebben aangegeven dat zij zich met hun vorderingen tot de rechter zullen wenden als partijen geen oplossing kunnen bereiken.
4.10.
De conclusie is dat het recht op vrijheid van meningsuiting van gedaagden vooralsnog zwaarder weegt dan het recht van Lupi op bescherming van haar goede naam. Dat betekent dat de onder I tot en met IV gevorderde bevelen zullen worden afgewezen.
Vordering V
4.11.
De tweede vraag die de voorzieningenrechter moet beantwoorden is of gedaagden het gebruik van het onder 2.6 genoemde logo moeten staken. Lupi meent van wel en doet een beroep op artikel 2.20 lid 2 onder d van het Benelux-verdrag inzake de intellectuele eigendom (BVIE). Volgens Lupi doen de aanpassingen aan het logo afbreuk aan de reputatie van het merkenrecht van Lupi en schaadt het daarmee haar reputatie. Ook doet Lupi in dit verband een beroep op artikel 6:162 BW.
4.12.
Tussen partijen is niet in geschil dat het logo van Lupi is aangepast en dat dit logo onder meer is gebruikt op de flyers die in juli 2023 zijn verspreid. Nu Horeca United op de zitting heeft aangegeven de mogelijkheid te willen behouden om het logo te kunnen blijven gebruiken, heeft Lupi voldoende belang bij haar vordering tot staking van het gebruik daarvan. Verder hebben de voormalig werknemers onweersproken gesteld dat zij het logo niet hebben gebruikt. De voorzieningenrechter neemt daarom tot uitgangspunt dat de gevorderde staking van het gebruik alleen betrekking kan hebben op [gedaagde sub 7] , Horeca United en Doorbraak.EU.
4.13.
Nog daargelaten of het gebruik van het aangepaste logo een schending van artikel 2.20 lid 2 onder d BVIE oplevert, is de voorzieningenrechter voorshands van oordeel dat [gedaagde sub 7] , Horeca United en Doorbraak.EU met het gebruik daarvan onrechtmatig handelen tegen Lupi. Het gebruik daarvan acht de voorzieningenrechter niet geoorloofd naar de regels van het maatschappelijk verkeer. Anders dan gedaagden menen, kan niet worden gezegd dat hier slechts sprake is van humor of de spot met Lupi wordt gedreven. De in het logo verwerkte middelvinger en de tekst “steals from workers & more” zijn zeer negatief van aard en lijken slechts ingegeven om de reputatie van Lupi te schaden. [gedaagde sub 7] , Horeca United en Doorbraak.EU moeten het gebruik van dit aangepaste logo dus staken. Lupi heeft evenwel niet toegelicht waarom ook alle andere bewerkingen van het logo op voorhand inbreuk maken op haar rechten, zodat de vordering alleen wordt toegewezen voor zover deze het aangepaste logo betreft. De termijn in de zin van artikel 1019i Rv zal, voor zover nodig, worden bepaald op zes maanden na heden.
4.14.
Oplegging van een dwangsom, als stimulans tot nakoming van de te geven beslissing, is aangewezen. De op te leggen dwangsom zal worden gematigd en gemaximeerd.
Proceskosten
4.15.
Nu Lupi ten opzichte van de voormalig werknemers in het ongelijk is gesteld, zal zij worden veroordeeld in hun proceskosten. Onder de proceskosten vallen ook de nakosten. De nakosten worden begroot op het bedrag genoemd in het liquidatietarief civiel (per 1 februari 2023: € 173,--). In geval van betekening worden een extra bedrag aan salaris (per 1 februari 2023: € 90,--) en de explootkosten van betekening toegekend.
De proceskosten en de nakosten die zijn begroot op € 173,-- dienen te worden betaald binnen veertien dagen nadat dit vonnis is uitgesproken. De nakosten die zijn begroot op
€ 90,-- en de explootkosten dienen te worden betaald binnen veertien dagen na de betekening van dit vonnis. Bij gebreke van tijdige betaling is de wettelijke rente over de proceskosten en de nakosten verschuldigd.
4.16.
De voorzieningenrechter zal de proceskosten tussen Lupi enerzijds en [gedaagde sub 7] , Horeca United en Doorbraak.EU anderzijds compenseren, omdat zij allen gedeeltelijk in het ongelijk zijn gesteld.

5.De beslissing

De voorzieningenrechter:
5.1.
verklaart Lupi niet-ontvankelijk in haar vorderingen voor zover deze zijn gericht tegen [gedaagde sub 4] ;
5.2.
verbiedt [gedaagde sub 7] , Horeca United en Doorbraak.EU om gebruik te blijven maken van het logo van Lupi waarbij de centraal daarop afgebeelde wolf is vervangen door een hand met opgestoken middelvinger en de tekst “Coffee & more” is vervangen door de tekst “steals from workers & more” en zoals weergegeven onder 2.6, op straffe van verbeurte van een dwangsom van € 50,-- voor iedere dag of gedeelte van een dag dat [gedaagde sub 7] , Horeca United en Doorbraak.EU dit verbod overtreden, met een maximum aan te verbeuren dwangsommen van € 1.000,--;
5.3.
bepaalt, voor zover nodig, de termijn in de zin van artikel 1019i Rv op zes maanden na heden;
5.4.
veroordeelt Lupi om binnen veertien dagen nadat dit vonnis is uitgesproken de kosten van dit geding aan de voormalig werknemers ( [gedaagde sub 1] , [gedaagde sub 2] , [gedaagde sub 3] , [gedaagde sub 4] , [gedaagde sub 5] en [gedaagde sub 6] ) te betalen, tot dusverre aan de zijde van de voormalig werknemers gezamenlijk begroot op € 1.165,--, waarvan € 1.079,-- aan salaris advocaat en
€ 86,-- aan griffierecht, te vermeerderen met nakosten zoals vermeld in 4.15, en bepaalt dat Lupi bij gebreke van tijdige betaling de wettelijke rente over de proceskosten en de nakosten verschuldigd is, op de wijze zoals onder 4.15 vermeld;
5.5.
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad;
5.6.
compenseert de proceskosten tussen Lupi enerzijds en [gedaagde sub 7] , Horeca United en Doorbraak.EU anderzijds, in die zin dat iedere partij de eigen kosten draagt;
5.7.
wijst af het meer of anders gevorderde.
Dit vonnis is gewezen door mr. H.J. Vetter en in het openbaar uitgesproken op
8 november 2023.
fjs